Home Interview EMIL LANDMAN

EMIL LANDMAN

by Björn Comhaire

We ontmoeten Emil Landman in Gent voor een gesprek naar aanleiding van zijn nieuwe ep: Vinter. Vinter is het eerste deel van een tweeluik dat ook nog de ep Sommer zal bevatten. Vinter is vanaf 23 februari online beschikbaar op de alle streaming platformen.

(c) Björn Comhaire

Ik ga eerlijk met je zijn, maar ik had, voordat ik naar je nieuwe ep Vinter luisterde, nog niet van je gehoord. Kan je jezelf kort even voorstellen?
Ik ben Emil Landman, singer-songwriter uit Utrecht, Nederland en ik heb gestudeerd voor gitarist. Een jaar of 5-6 geleden besloot ik om een paar liedjes te schrijven, kijken of ik dat kon, en dan één keer één show spelen. Tijdens dat optreden waarin ik mijn enige twee liedjes zong, stond er toevallig een producer [Martijn Groeneveld] in de zaal en die vroeg of ik zin had om met hem eens een koffie te drinken. Fast forward zes jaar, we werken nog steeds samen en zijn nu bezig aan album nummer drie (lacht). Het was ook in diezelfde periode, zo rond 2012-13, dat ik een plaat van Grey Reverend hoorde. Ik vond die muziek zo mooi dat ik hem gemaild heb en vroeg of ik bij hem naar New York mocht komen. Een week op de bank slapen om van hem te leren. Hij reageerde daar heel positief op. Uiteindelijk hebben we dan later, in Nederland een week samengewerkt en zo is toen mijn eerste ep tot stand gekomen. Vanaf toen begon ik het steeds leuker te vinden om te spelen en te zingen. Er ging echt een wereld voor me open.

Ben je toen onmiddellijk in het Engels beginnen zingen?
Ja, mijn familie woont in Vancouver, Canada. Dus voor mij was het heel natuurlijk om meteen in het Engels te schrijven.

Je noemt jezelf een singer-songwriter is dat ook hoe je jezelf ziet?
Ik zou wel eens gewoon twee maanden het leven willen hebben van een rocker. Het lijkt mij heel charmant om eens even helemaal om niets of niemand te geven (lacht). Maar ik ben daar veel te introvert voor. Singer-songwriter is natuurlijk gewoon een term die een beeld geeft van wat je doet: een muzikant met een gitaar die wat softere liedjes maakt, en ja, dat ben ik wel. Al heb ik met de nieuwe plaat wel het gevoel dat ik niet meer helemaal pas in dat typische beeld van de singer-songwriter.

Je bent fulltime, professioneel muzikant. Was het voor jou altijd al duidelijk dat dit was wat je wilde doen?
Ik studeerde eerst muziek op de Herman Brood academie in Utrecht en daarna heb ik conservatorium gedaan. Toen ik in mijn laatste jaar van het conservatorium zat, kon ik het al niet meer bijbenen. Ik kon al zoveel doen met muziek dat ik een half jaar studievertraging opliep en sindsdien is het eigenlijk altijd doorgelopen. Ik zeg niet dat het makkelijk is. Ik ben soms een maand lang aan het schrijven of ik zit in Noorwegen, dan ben ik niet aan het optreden en moet ik wél de rekeningen betalen. Maar ik realiseer met echt heel goed wat voor voorrecht het is dit allemaal te mogen meemaken!

Ik las dat je voor één van je vorige projecten negen weken met de trein letterlijk de wereld bent rondgereden. Je schreef ook liedjes in Canada en nu verbleef je twee keer een week in Noorwegen. Heb je dat nodig, weggaan van thuis, om muziek te maken?
Voor mij werkt dat heel goed ja. Het is zo’n beetje zoals wanneer je op vakantie bent. Je loopt door een Frans of Spaans dorpje en je ziet een klein steegje en je denkt: “laat ik daar nu eens in gaan wandelen”; of iemand nodigt je uit om iets te komen eten en je gaat met die mensen mee. Het is een soort van openstaan voor, een nieuwsgierigheid die je thuis soms niet hebt. Het is dat gevoel dat voor mij heel goed werkt om in een creatieve flow te komen.

Gaan de liedjes dan eerder over de ervaringen die je op zo’n moment meemaakt of is dat gevoel eerder een voorwaarde om geïnspireerd te worden?
Beide. Tijdens die treinreis bijvoorbeeld schreef ik het nummer Closer. Ik schreef het in een capsule-hotel in Japan en de dag daarop zou ik naar LA vliegen. Ik realiseerde me toen dat ik vanaf dan op de terugweg was want ja, ik kon niet meer verder weg van huis. Op dat moment was ineens die song daar. Het gaat dus wel degelijk over hoe ik me daar op dat moment voelde op die plek.
Of neem Underneath the same stars van diezelfde plaat, dat was ook zo’n moment. Ik was op toen in Mongolië en sliep in een tent, zo’n ger. Ik liep ‘s nachts naar buiten onder een heel heldere sterrenhemel en besefte toen dat het eigenlijk niet uitmaakt waar je bent of hoe gek je doet, het zijn dezelfde sterren, je blijft dezelfde persoon.
Tijdens die treinreis schreef ik de liedjes maar ik nam ze soms pas maanden later op in een studio. Bij Vinter was het helemaal anders, ik wilde het veel sneller doen! Ik wilde dat moment vastleggen dat je “ja” zegt tegen dat steegje of dat je bij die mensen gaat eten.
Ik ben twee keer een week naar hetzelfde huisje gegaan op het eiland Reinøya in Noorwegen, eerst in de winter als er bijna geen daglicht was en dan in de zomer als het nooit donker werd. Deze keer was ik dus niet diegene die naar een andere plek ging, het was de plek zelf die veranderde. Ik wilde terwijl ik daar was liedjes schrijven en opnemen, en dan kijken wat eruit komt!

En gebeurt dat dan ook? Want ja, je hebt maar een week tijd en misschien gebeurt er helemaal niets!
Ja, da’s wel spannend! Je weet nooit wat er komt. Maar aan de andere kant weet je wel dat je dit al eerder hebt gedaan. Waarom zou er dan nu niets komen?

Je slaagt er dus in om jezelf bijna te verplichten om onder druk liedjes te schrijven. Uiteindelijk staan er op de Vinter ep wel zeven nummers!
Wat ook werkt is dat je daar zeven dagen bent, met niets anders te doen dan muziek maken. Dat zijn wel heel andere zeven dagen dan als je thuis bent. Er is geen internet, het is donker, er is geen supermarkt op het eiland… Dan maak je dagen van 16-17uur, dan kan je heel veel doen.

Ging je dan ook naar buiten in de paar uurtjes dat er een beetje licht was?
Ja, en wat ik daar zo inspirerend aan vond, is dat je alles moet doen op een hele korte tijd. Als je iets wilt zien, dan moet je nu gaan want nu is het licht. Als het dan terug donker was dan zette ik soms elk kwartier een kookwekker en ging ik iedere keer snel even buiten kijken of er noorderlicht te zien was. Ook die spanning tussen of je wel of niet het noorderlicht zal zien en druk bezig zijn met liedjes schrijven en opnemen … dit vind ik het allerleukste wat er is!

Heb je het noorderlicht gezien?
Ja! Dat was heel bijzonder.

Zoals je zei nam je Vinter op toen het donker was, en Sommer toen het constant licht bleef. Merkte je ook dat je andere muziek maakte, dat je op een andere manier muziek speelde?
Uiteindelijk wel ja. We zijn echter niet naar daar gegaan met de bedoeling dat het zo zou zijn. Als ik in de zomer alleen maar droevige liedjes zou maken, ja dan was dat maar zo. Mijn leven moet geen resultaat zijn van concepten die ik verzin. Ik doe gewoon mijn ding en wat er uitkomt dat komt er en gelukkig klinkt het dan helemaal anders. In Vinter had je twee uur dat je buiten iets kon doen, bij Sommer was het 24 uur per dag licht. Ik kon gerust even een boek lezen want ja, ik kan straks ook naar buiten want het blijft toch licht. De vogels bleven de hele dag door fluiten, soms aten we om zes uur ’s avonds soms om één uur ’s nachts en als je niet op de klok kijkt dan heb je geen idee hoe laat het is. Tijdens Vinter waren het hele compacte dagen en bij Sommer was het net één lange dag, het leek net één lang uitgestrekte sessie. Uiteindelijk kwam ik dan ook veel vermoeider terug van Sommer dan van Vinter, terwijl ik had verwacht om daar één en al energie te zijn.

Hoor je dat dan aan de liedjes die je maakte, dat de vermoeidheid steeds meer begon door te wegen?
Ja, toch wel (lacht). De liedjes staan niet in de volgorde waarop ze zijn gemaakt dus je merkt het niet zo, maar er staan wel twee hele rustige, al dan niet droevige liedjes op, en die zijn op het einde opgenomen.

Als je dan in Noorwegen bent, wil je dan ook muziek schrijven die aansluit bij die omgeving?
Wat ik niet wil is dat mijn leven als artiest heel erg gestileerd is. Dat we een concept verzinnen en dat heel de plaat dan conceptueel moet kloppen. Of dat je spontaan een liedje schrijft en dan achteraf denkt: “nee dat klinkt niet naar Noorwegen…” maar het is toch gewoon een leuk liedje! Je moet daar een balans in vinden, maken wat je mooi vindt, er zelf achter staan en in je muziek kwijt kunnen wat je zelf kwijt wilt. Da’s het voordeel van het allemaal zelf te doen! Ik bepaal of een liedje erop komt of niet.

Hoe ga je te werk als je nummers schrijft?
Omdat ik al langer gitaar speel dan zing, komen de liedjes eigenlijk altijd uit de gitaar. Als wat ik op de gitaar speel mij inspireert, dan borduur ik daarop voort. Daarna komt er een melodie en een ritme. In Noorwegen begonnen we toen vaak al op te nemen (begint Near – Far te zingen maar vervangt de tekst door “nanada nanadada… capucino met soja melk…”). Dan had ik in ieder geval het ritme al te pakken, later kwam de tekst er dan bij. Het liedje schreef zich bijna vanzelf.

Je hebt in 2017 in het voorprogramma gespeeld van Suzanne Vega in de AB en je speelde ook samen met Milo Meskens. Is 2018 het jaar waarin je België wilt veroveren?
Ja, ik wil België helemaal overnemen! (lacht uitbundig). Ik denk dat we in een tijd leven dat muziek heel makkelijk over de grenzen kan gaan. Ik hou van reizen en ik vind het ook heel gemakkelijk om hier naartoe te komen. Dus voor mijn part wordt het zo uitgestrekt over de wereld als de wereld dat wilt.

Heb je op dit moment plannen om in België te komen optreden?
Neen, er staat momenteel niks op het programma. Ik heb de laatste twee jaar ontzettend veel getoerd en ik wil nu focussen op één show op 17 maart in de Vondelkerk in Amsterdam. Dat is een heel bijzondere plek en ik wil er echt een beleving van maken. Het is bevrijdend om je op één project te kunnen focussen en na te denken over hoe je dat gaat vormgeven.

Vind je het belangrijk dat je de toeschouwer dan tracht mee te nemen in jouw verhaal?
Ik denk dat daar wel de diepere laag zit van de muziek die ik wil maken. Kijk, wat ik bedoelde toen ik zei dat ik wel eens een rockster wil zijn, is het beleven van een bepaalde kick. Hard spelen, veel energie, een uitlaatklep weet je wel. Met iets introvertere muziek moet je het zoeken op een ander niveau. Je moet niet proberen om iedereen uitbundig te krijgen en te moshpitten op rustige songs, dat gaat niet gebeuren! Dus die connectie die je maakt met je publiek die moet ergens anders van komen, en daar ben ik naar op zoek.

Je gaat optreden met een band, zijn jullie al lang bezig om dit concert voor te bereiden?
Ik keek laatst in mijn agenda en ik dacht: “wow!”. We gaan iets van een 18 keer repeteren voor één show. Da’s belachelijk (lacht)!

Hopelijk wordt het dan toch net iets meer dan één keer optreden…
Het liefste zou ik morgen met een 40 jaar oud VW-busje met 400 000km op de teller 40 shows spelen doorheen heel Europa. Maar ik zie ook wel het belang van aandacht geven aan wat je maakt, beter worden in wat je doet. Repeteren niet alleen omdat het werk is, maar ook gewoon omdat je plezier haalt uit samen spelen. Ik zie het als een investering zodat ik al artiest kan groeien.

Aan de ene kant neem je zeven nummers op in één week tijd en aan de andere kant ben je de perfectionist die 18 keer repeteert voor één optreden. Hoe passen die twee stukjes in mekaar?
Het zijn gewoon twee verschillende dingen. Als je spontaniteit kan vangen in een lied dan zit de kwaliteit in iets abstracts. Het idee dat je, als je een liedje beluistert, voelt dat diegene die het zingt aan het lachen is. Het is iets ongrijpbaars maar als je dat kan vangen dan maakt de rest voor mij veel minder uit. Dan zit er een soort echtheid in de nummers die maakt dat het gewoon goed zit. Ik heb alle instrumenten op Vinter zelf ingespeeld, en ik ben geen bassist of percussionist. Maar als we bezig zijn dan werkt het. In het liedje Falling bijvoorbeeld, na de riff zit er een bel, dat is gewoon een slakom die toevallig precies in de toonaard stond als het liedje. Ik hoorde dat geluid en dan steek ik dat er gewoon in. Het is die spontaniteit die je in de ep kan horen. Live spelen vind ik dan weer anders, je moet boven je materie staan. Je moet niet spontaan kijken of je een slakom kan bespelen maar wel weten wat de waarde is van een slakom als je hem bespeelt.

Even terug naar Vinter en Sommer, zijn er plannen om beide ep’s ook in fysieke vorm te laten verschijnen of kunnen ze enkel online beluisterd worden?
Momenteel is Vinter enkel online te beluisteren maar eens we in de zomer ook Sommer releasen dan brengen we beide samen uit op vinyl als een dubbel lp.

Wat wil je de komende vijf jaar zeker nog doen?
Dat vind ik echt een hele moeilijke. Mij lijkt het gaaf om eens een jaar lang niets anders te doen dan in een busje te zitten en te rijden van show naar show naar show. En of er dan tien mensen zitten te luisteren of tien duizend dat maakt mij niets uit, als ze het maar mooi vinden!

You may also like

This website uses cookies to improve your experience. We'll assume you're ok with this, but you can opt-out if you wish. Accept Read More