MERGEL, dat zijn Wouter Reggers en Sasja Maekelberg. Een match made in heaven, zowel op persoonlijk als op artistiek vlak. Voordat De Zon Ons Ziet is hun eerste ep en zo’n plaatje dat je alsmaar wil horen, gewoon omdat het zo schoon is en zoveel over het leven zegt. Een babbel met Wouter en Sasja.
Mergel is Wouter Reggers en Sasja Maekelberg. Wie doet wat en hoe kwamen jullie op het idee om samen iets te doen?
Wouter: Ik had al een paar nummers liggen waar ik iets mee wilde doen, los van andere projecten waar ik toen in zat. En toen leerde ik Sasja kennen via een van die projecten. Het klikte meteen, en ik wist: met hem wil ik samenwerken. Ik denk dat wij in het begin even vaak op café zaten als in de studio – dat is eigenlijk nog altijd zo – maar daaruit is MERGEL uiteindelijk ontstaan. Meestal begin ik aan een nummer met een ruwe demo.
Sasja: Vervolgens zet ik mijn petje als producer op en ga er met de grove borstel door. Ik zet soms de structuur op zijn kop en begin ook al met het zoeken naar de juiste sound. Daarna gaan we samen het nummer verder uitwerken.
Wouter: Ondertussen is onze samenwerking heel instinctief geworden. We weten heel snel waar de andere naartoe wil, en hoe we daar kunnen geraken. MERGEL is zodanig een versmelting van ons beide geworden dat we soms niet meer weten waar de ene eindigt en de andere begint. Nu, blijkbaar hebben mensen dat ook al over ons gezegd, los van de muziek…
Sasja: Ik kan dit alleen maar bevestigen!
Nederlandstalige muziek is populairder dan ooit, ik neem aan dat dit niet de enige reden is waarom jullie verkiezen om in de eigen taal muziek te maken, dus: waarom?
Sasja: Ik had voor ik met Wouter samenwerkte niet zo veel met Nederlandstalige muziek. Hij heeft mij echt dieper doen graven in die scene en nu ben ik helemaal mee!
Wouter: Vroeger heb ik wel eens iets in het Engels geschreven, maar ik begon dat hoe langer hoe meer bevreemdend te vinden om songteksten niet in het Nederlands te schrijven. Ik wil mijn verhaal brengen, en mijn innerlijke gevoelswereld speelt zich nu eenmaal af in mijn moedertaal. Hoe kan je jezelf écht blootgeven als je je verstopt achter een andere taal? Dat gevoel bekruipt mij ook vaker bij anderen. Engelse teksten van Belgische artiesten voelen voor mij al snel minder doorleefd aan, minder oprecht. Alsof de teksten iets nabootsen in plaats van iets vertellen.

Onlangs sprak ik met Maria Iskariot en die vertelden me dat de taal er niet doet, maar dat mensen gewoon je muziek begrijpen. Ervaren jullie ook muziek als een universele taal?
Sasja: Met mijn soloproject sasja is het merendeel van de muziek instrumentaal dus ik begrijp dit zeker en vast. Wouter en ik sturen zelf ook heel vaak instrumentale muziek door naar elkaar voor inspiratie.
Wouter: Sasjas solowerk moet je écht checken. De rijkdom die je daarin vindt, vaak zonder woorden, is fenomenaal. Dus enerzijds klopt dat zeker – met MERGEL proberen we enigszins ook evenveel te vertellen met de muziek zelf als met woorden. Maar toch mag je de impact van de tekst niet onderschatten. Zeker in het omgekeerde geval: neem nu een fantastisch nummer met een geweldige sound en alles erop en eraan, maar zo’n tenenkrullend slechte tekst. Da’s toch echt een deal breaker.
Voordat De Zon Ons Ziet is jullie eerste ep. Ik hoor een band die verschillende horizonten opzoekt, maar toch als MERGEL klinkt.
Wouter: Dat is alleszins het doel! Sasja en ik zijn echt muzikale sponzen die uit zowat alles inspiratie kunnen halen. Maar als we samen in de studio kruipen, willen we echt iets maken dat alleen wij twee samen hadden kunnen maken.
Sasja: Ik heb nog nooit samengewerkt met iemand waarmee het zo goed klikte op alle vlakken eigenlijk. Dit zal wel een reden waarom MERGEL zó MERGEL klinkt.
Ik vind het al bij al een vrij zware brok, in die zin dat het enerzijds wel luchtig klinkt, maar de teksten komen vrij hard binnen. Jullie zijn twee melancholische zielen?
Wouter: Ik denk dat wij beide wel een flinke dosis melancholie in ons hebben, ja. Maar ook, de pijn die ik in onze muziek steek, kan ik daarbuiten meestal wat meer loslaten. Ik denk dat dat de zwaarte in onze muziek deels verklaart. En ook, vrolijke muziek doet mij vaak nog miserabeler voelen, dus ja.
Sasja: Vrolijke muziek zegt mij heel weinig. Misschien kijk ik daar over 10 jaar wel anders naar, maar nu is het alleszins wel zo.

Ook al is het elektronica, hoor ik er ook best wat kleinkunst in.
Sasja: Ik denk dat onze inspiraties eerder bij Eefje De Visser en Spinvis liggen qua sound en gevoel. Die zou ik ook niet direct als kleinkunst definiëren?
Wouter: Hmm, ik hoor dat persoonlijk ook iets minder. Misschien omdat we veel aandacht aan onze teksten besteden. Maar voor de rest is dat niet meteen iets waar we inspiratie gaan zoeken.
Denken jullie vaak na over de tekst? In ieder geval moet ik er zelf wel een paar keer naar luisteren vooraleer ik door heb waarover jullie het hebben.
Wouter: Ha, zo’n reactie doet mij eigenlijk plezier. Ik vind het een fijn idee dat de tekst niet meteen alles prijsgeeft. Om op je vorige vraag terug te komen, is dat misschien wel een verschil met kleinkunst. Ik schrijf niet snel zo’n directe, alledaags beeldende teksten. De eerste versie van de tekst is nog heel intuïtief, maar daarna komt er meestal een lang, doordacht proces. Doorheen de productie van het nummer wordt die eerste tekst meestal nog een paar keer herschreven, en vlak voor de opnames duiken Sasja en ik er vaak samen nog eens in de diepte in. Werkt het metrum, zit de juiste klank op de juiste plek, klopt de woordkeuze overal? Het leuke daaraan is dat doorheen het herwerken de tekst steeds nieuwe lagen krijgt. Wij weten precies waar de tekst voor ons om draait, maar belangrijk is dat ze ook resoneert bij de luisteraar. Daar willen we genoeg ruimte voor laten.
De vreemde eend in de bijt is zonder twijfel De Kleinste Man, niet alleen tekstueel, maar het nummer bevat ook vrij donkere industriële klanken. Kunnen jullie iets meer kwijt over dit nummer?
Wouter: Ja, klopt helemaal. Ik ben heel blij met hoe dat nummer uiteindelijk klinkt. Het is voor mij een beetje het keerpunt van de plaat – het is donkerder, dreigender, en het is eerlijk, maar tegelijk ook wat ongemakkelijk. Onze ep draait veel rond contrasten: de drang om gezien te worden en het verlangen om te verdwijnen, kracht versus kwetsbaarheid, verslagenheid versus hoop. Maar in dit nummer schuift alles op. Wat als die spanning zo groot wordt dat de menselijkheid verdwijnt? Als afwijzing, onbegrip en wanhoop omslaan in iets hard. Het is wat moeilijker verteerbaar dan de andere songs, zowel qua tekst als sound, maar net daarom is het zo belangrijk op de ep, vind ik.
Sasja: Ik ben zelf wel fan van een wat industrial sound dus heb ik mij daarin volledig kunnen laten gaan. Het past ook heel goed bij de tekst die Wouter hiervoor had geschreven, dus dat klikt meteen in elkaar.
De nummers klinken vrij weemoedig, ik neem aan dat het allemaal gebaseerd is op echt gebeurde dingen?
Wouter: Elk nummer is geïnspireerd op eigen ervaringen, ja. Pas op, dat betekent nu ook niet dat je onze teksten letterlijk autobiografisch moet interpreteren. Zoals ik eerder al zei, krijgen onze teksten doorheen de productie meerdere lagen, waardoor er elementen van vele verschillende ervaringen in sluipen. Beschouw onze muziek gerust als schetsen van emotionele plekken die ik doorheen mijn leven al bezocht heb.
Sommige mensen zullen jullie wel linken met Bazart, wat vind je daar zelf van?
Sasja: Ik snap die vergelijking wel ergens, maar ik denk dat je ook wat verder mag kijken. Als je wat dieper naar de muziek luistert, hoor je wel een duidelijk verschil.
Wouter: Het is natuurlijk niet zo dat we dat niet als een compliment zien, die mannen hebben fantastische dingen gemaakt. Maar voor ons klopt de vergelijking niet helemaal. Ik moet nu ook schaamtelijk toegeven dat ik mij eigenlijk nooit echt in hun muziek verdiept heb… Ik denk dat er andere muzikale linken duidelijker zijn, en dat onze sound en teksten toch ook een beetje vanuit een andere invalshoek vertrekken. Maar de vergelijking komt voor veel mensen natuurlijk snel als ze elektronische pop horen met Nederlandstalige teksten – daar kan je in Vlaanderen natuurlijk moeilijk omheen.
Zijn er muzikale inspiraties?
Sasja: Ik denk dat de meeste inspiratiebronnen van ons vooral internationaal zijn. Ik denk daarbij dan bijvoorbeeld Brian Eno, Radiohead, Massive Attack die dus wel een grote invloed hebben op onze sound. We gaan alleszins maniakaal op zoek naar de juiste sound, zoals die bands ook doen.

Ik hoor een band die ambitieus is. Klopt dat en hoe ver gaan die ambities?
Wouter: Ik denk dat dat zeker klopt. We geloven keihard in dit project, en we genieten van elke stap die we kunnen zetten. Ik denk niet dat er een punt zal komen waarop een van ons zal zeggen: “Dit is genoeg, meer hoeft niet”. We willen onze muziek met zo veel mogelijk mensen delen en zien het eigenlijk wel heel ambitieus, maar ondertussen genieten we ook van het proces. Het allerbelangrijkste zal altijd zijn dat we onszelf kunnen blijven uitdagen, dat we blijven groeien en ontwikkelen.
De vraag is onvermijdelijk: Wat zijn de volgende stappen?
Sasja: We zijn meteen na de release aan nieuwe muziek begonnen, een nieuwe single zal ook niet zo lang meer op zich laten wachten. We hebben alleszins al een kleine studio gehuurd voor een paar dagen in Praag deze zomer. Dus we zullen zien wat daaruit komt.
Wouter: Tot dan zijn we onze ep op verschillende manieren aan het promoten: we krijgen airtime op verschillende radiozenders, zowel lokaal als nationaal, zoals op Radio 1, en in Nederland. Daarnaast zijn we hem ook live aan het voorstellen. Zo speelden we de releaseshow in een goed gevulde Charlatan in Gent. Sindsdien hebben we onze liveshow op verschillende plekken in Vlaanderen gebracht, en het is zalig om goede reacties te krijgen op onze muziek, de sound en de energie van onze liveband. Deze week hebben we nog een show in Antwerpen, en eentje in De Centrale in Gent.
Onze laatste vraag is degene die iedereen krijgt: wat is je favoriete plaat aller tijden en waarom?
Sasja: Abbey Road van The Beatles. Klinkt belachelijk goed, heeft prachtige nummers en de B-kant was in die tijd revolutionair. Maar morgen zeg ik waarschijnlijk wel In Rainbows van Radiohead.
Wouter: Dat constante wisselen herken ik. Mensen die mij goed kennen, weten ook dat ik gigantisch veel moeite heb met favoriet-vragen. Maar hierop antwoord ik meestal The Wall van Pink Floyd. Ik ben ervan overtuigd dat er op elk afzonderlijk vlak betere platen zijn, maar er is voor mij geen enkel ander muzikaal product dat songs, concept, teksten, sound, liveshows, artwork en visuals op zo’n manier tot een totaalconcept kan combineren. Het is ook een van de weinige platen die ik écht rug aan rug op repeat kan beluisteren: tegen dat je het einde van de plaat hebt bereikt, voelen de eerste nummers qua sfeer zó veraf dat ik keer op keer opnieuw meegezogen word.