Allerlei verschillende muziekstijlen door elkaar draaien kan resulteren in amateuristisch gepruts of gewoon iets geniaals. Frank Zappa is een voorbeeld van hoe dat laatste kan en ook al loopt hij nog lang niet in zijn voetsporen, geldt deze regel ook voor de Oostendse drummer en producer Ronny Wondr.
Wie zeg je? Wel, in het dagelijkse leven heet hij Renaud Debruyne en slaat hij de drumvellen stuk bij momoyo, Foutloos, Shoreline Collective, Vincent Coomans, Mergel of Mirek Coutigny. In zijn eentje is hij de heer van zijn eigen kasteel en maakt hij hiphopbeats uit samples van oude soul-, funk- en jazzplaten. Hiphop zonder woorden zoals hij het zelf zegt en we zouden het niet beter kunnen verzinnen, want de nagel op de kop.

Ook zijn tweede single Bottle Cap ontstond op deze manier, door de klank van een oude hihat die hij in het Verenigd Koninkrijk kocht te bewerken. Hij boorde gaten in het metaal tot hij het geluid had dat hij wilde horen. Voor de rest gebruikte hij zijn gesamplede stem, een toevallig voorbijrijdende sportwagen – over field recordings gesproken – en de gitaarlijnen van jazzgitarist Thomas Decock.
Arty farty? Integendeel, Bottle Cap heeft wel een repetitieve sound, maar voor de rest groovet het als de beesten. “Aanstekelijk” is een net iets te veel gebruikt woord in muziekrecensies, maar in het geval van deze single de enige omschrijving die je kan gebruiken.