Alessio maakt dark pop, zo omschrijft de zanger zijn muziek zelf. Moeilijk om hem ongelijk te geven: luister maar naar de eerste synthesizertonen van Running Back To Me en meteen weet je dat er iets duisters, broeierigs en onheilspellends op je afkomt. Het blijft fascinerend hoe ons brein kleuren en beelden koppelt aan wat eigenlijk enkel geluid is. Toch schuilt er achter deze inktzwarte façade een boodschap die veel lichter en stralender oogt dan je op het eerste gehoor vermoedt.
“Some things never, ever, change / Think it’s in my DNA / Giving my all ’til we’re overflowing”, zo luiden de eerste regels: Alessio is een gever die in relaties vaak meer geeft dan hij heeft. Nu staat hij echter op een point of no return: alle onzekerheden, alle feesten van angst en pijn en alles wat onuitgesproken en onderhuids bleef schudt hij van zich af. Het is tijd om zichzelf te aanvaarden, te omarmen wie hij is, zo lezen we in het refrein “So I’m running, running, running, back to me.”

Een goudeerlijke boodschap die hij uit zijn eigen ervaringen haalt, als trots lid van de LGBTQIA+-gemeenschap, maar voor iedereen op aarde geldt. Daarom hadden we in de tekst graag nog wat meer concreets ontdekt. Zinnen als “The hamster wheel goes round and round / We fight against it, yet stay bound / To all the things that are to waste” en “We try to revive to relive again / The moments we didn’t lose ourselves / Flash back to where it wasn’t too late / But I can break loose, fearful, I’m good on my own” zijn goed gevonden, maar blijven wat op de oppervlakte.
In het particuliere schuilt immers het universele, de beste liedteksten vertellen met het verhaal van één mens dat van de hele wereld. Pluspunten dus voor de durf en de oprechtheid, verpakt in een meeslepend nummer waarmee Alessio als een sirene zijn luisteraars de duisternis in lokt, maar we voelen dat hier nog meer in schuilt.