Zit het outdoor festivalseizoen erop, dan is het tijd om naar binnen te trekken. Thorn In My Side kiest voor de (3e) editie van 2023 veilig onderdak in JH Kakva Zappa in Antwerpen, na de regeneditie van vorig jaar. Vijf bands, één podium en een afterparty is de formule.
Monsterlijk vroeg (4u in de namiddag) mag presentator Stijn Meuris (Noordkaap, Radio Willy) The Love aankondigen. Deze nieuwe band is niet onervaren met onder meer Cedric Maes van The Sore Losers in de rangen als side-man voor Bob Belmans.
Klinkt de groepsnaam mogelijk gezwollen en ambiteus (“The Love” begot), dan is deze vijfkoppige band dat allerminst. No nonsense, 1, 2, 3, 4.
We kregen Come On And Feel The Love, het album dat in mei dit jaar het licht zag, integraal voor de voeten met nog één cover aan de set toegevoegd. Want Some was de openingsvraag, rechttoe rechtaan garagerock het antwoord. Vaak moest Belmans de grenzen van zijn stembereik opzoeken, wat leidt tot erg krachtige, rauwe en hese zang. Twee gitaren en een keyboard (of derde gitaar), bas en drum, maakten het erg rock-’n-roll.
“Kom wat dichter”, vroeg Bob Belmans. “Hier pikken de kiekens”, luidde de inside joke. Het aanwezige publiek kwam wat dichter en vermenigvuldigde zich tijdens de set, want het rockte, swingde en het zat gewoon allemaal goed. Veel plezier op het podium ook en Donna kwam ter sprake, een song met het hitpotentieel van de gladste Ramones-nummers.
Afsluiten deden de jongens met Angel. Mogen we hopen dat die engel hen snel naar hogere regionen op affiches kan brengen. Wat een goed begin van de dag!
Tijd voor Wegsfeer, of de terugkeer van de donkere eighties met new wave classics door deze ervaren genre-coverband. Vanaf nummer één, Caucasian Walk van Virgin Prunes, zat het meteen raak en frontman Filip Heylens was zijn charismatische doom-zelve. Het wat oudere publiek was direct bij de les.
She’s In Parties van Bauhaus was een eerste hoogtepunt nu de band goed warm gelopen was. Bart Van Lierde (op bas) schitterde doorheen het nummer. Met Eisbär van Grauzone golfde de Neue Deutsche Welle door de zaal, met priemende ijspegels die uit de gitaar van Kris Delacourt kwamen gevlogen. Na Alice van The Sisters Of Mercy, kwam ook het publiek op dreef en ging aan het dansen tijdens Is Vic There? (Department S). Drummer Niko Westelinck leidde alles in goede banen en het nummer ging in de staart over naar I Wanna Be Your Dog. Kortom, op alle posities is dit een straf ploegje van vier, dat de sfeer van de knappe setlist perfect weet te zetten.
Eindnoot The Human Fly van The Cramps kreeg de hele zaal aan het dansen op het uur dat die lui normaal een croque monsieurtje eten. Een feestje is geen feestje meer zonder Wegsfeer.
Finalist van de Nieuwe Lichting 2022, Ila zorgde voor een eerste volksverhuizing in een goed gevulde zaal Kavka Zappa. De jongeren waren duidelijk voor Ila en later op de avond Sons gekomen. De affiche van deze Thorn editie mikte dus zowel op de jongere als oudere indie liefhebber, slim gezien van organisator Kris Van De Kerckhove denken we dan, die zo zijn publiek verdubbelde.
Ilayda Cicek zette furieus in met opener Kill My Mind, ingeleid door de drums van Cas Kinnaer. In Vain volgde, een slepende en bezwerende track. Make It Easy maakte het openingstrio rond, een track die op een synth-achtige bas van Sam Smeets vertrouwde. Ila communiceerde nauwelijks met het (aandachtige) publiek tussen de nummers, ze investeerde al haar energie in de passionele muziek, die kwetsbaar en tegelijk verrassend hard kon uithalen. De nineties zijn niet onopgemerkt gebleven bij deze jonge band.
Ben Alamam werd opgedragen aan de vader van Ilayda (aanwezig in de zaal), ze schreef het oosters aanvoelende nummer samen met hem, de Turkse roots alle eer aandoend. En ook hier haalde Ila alles uit haar lijf in verschroeiende grungy vocale uithalen. We hebben het wel voor Live To Love, de single uit 2022, die verder in de sporen van bv. de jonge PJ Harvey of Hole nieuwe wegen zocht.
De set eindigde met Ila’s bekendste song tot nu, Leave Me Dry, dat nog even fris klinkt als twee jaar geleden. Gebalde en stevige set, het jonge én wat oudere volkje lustte het wel.
Mogen we LeNoise een buitenbeentje noemen op deze affiche? Deze Neil Young coverband moest zich bewijzen tussen jong geweld en de iets meer alternatieve genres.
Maar zoals presentator Meuris al aankondigde, is het straf wat deze mannen doen met de muziek van Neil Young. Voor de set van deze avond werd vrij geplukt uit het oeuvre van de Canadees en dan vooral in de steviger elektrische nummers uit de jaren zeventig.
De zware rol van de originele frontman wordt verdeeld met de zang voor rekening van Piet De Pessemier en de scheurende leads voor gitarist Luc Schreurs.
De hele band brengt het uitstekend en dan werkt de kwaliteit van de nummers in het voordeel natuurlijk: Cinamon Girl, het meezingbare Four Dead In Ohio, Southern Man, Down By The River en ga zo maar door. Frontman Piet De Pessemier weet voldoende de stem van Young te benaderen, zonder ooit te parodiëren. En de band kan Crazy Horse gewijs in een flow geraken op de ritme sectie van Jo Smeets (drums) en Vital Maesen (bas) die ook beiden de typische en essentiële backing-vocals invulden.
Een akoestisch rustpuntje had er van ons tussen gemogen, maar waarover klagen we met afsluiters Hurricane en Hey Hey My My (Into The Black)?
De headliner van de derde Thorn In My Side was absoluut Sons, ook al een laureaat van De Nieuwe Lichting, ondertussen een kleine eeuwigheid en twee albums geleden, in 2018.
Frontman Robin Borghgraaf kondigde voor een volle zaal aan dat dit voorlopig het laatste optreden zou zijn en de band kreeg van de organisator een halfuurtje extra in deze bijna thuismatch, zodat ze een volle set van anderhalf uur voor de boeg hadden.
Flitsen was toegelaten voor de fotografen en dat zouden we geweten hebben, want door de lichtman er werd gestroboscoopt dat het een lieve lust was. Niet voor epileptici! Hard en flitsend was ook Sons, die een verschroeiend energieke set speelden, wel ja alsof het hun (voorlopig) laatste was. Veel bekenden van de band in de zaal, en die mochten slopen, moshpitten en crowdsurfen alsof het hún laatste keer was. Drummer Thomas Pultyn anticipeerde door vestimentair enkel in sportshorts en tattoo’s te starten en als bassist Jens De Ruyte tijdens het optreden geen emmer zweet afstond, dan weten we het ook niet meer.
Sons speelde strak en hard en putte hun catalogus uit met maar liefst 20 nummers.
Opener Family Dinner liet geen spaander twijfel heel, en tegen het vierde nummer I Need A Gun, waren we de pedalen al lang kwijt. Full throttle! L.O.V.E., Bike en I Don’t Want To toonde live waar het album en ook titeltrack Sweet Boy voor staan: snoeiharde punkrock-riffs van Arno De Ruyte en de gedreven zang van Robin Borghgraef, die er bedrieglijk als een Sweet Boy uitziet, maar op het podium werkelijk alles geeft.
Tube Spit, Waiting On My Own en Ricochet mochten in de finale van een set die als één rollercoster aanvoelde, zowel voor de band en het hoofdzakelijk jonge publiek. Aan de merch-stand kon je na afloop merken hoe fanatiek de aanhang van Sons wel is. Die fans wachten wel even op het nieuwe werk waar de band nu aan gaat beginnen.
DJ Peter Melis mocht de nacht verder zetten met een newwaveset die het beste aansloot bij de Wegsfeer-tracklist en dan ook vooral de generatiegenoten aansprak. Geslaagde derde editie van Thorn In My Side dat in 2024 zeker terugkeert voor meer.
The Love: Facebook – Instagram
Wegsfeer: Facebook –Instagram
Ila: Facebook –Instagram
LeNoise: Facebook –Instagram
Sons: Facebook –Instagram