Wat is het toch steeds weer een voorrecht om De Grote Post te mogen betreden voor een concert waarvan de verwachtingen hoog gespannen staan. En dinsdag 31 oktober was zo’n dag. Een dag waar je zomaar blueslegende Roland Van Campenhout tegen het lijf kon lopen.
Hij heeft niets meer te bewijzen of te verdienen. Zijn pluimen staan al lang op zijn hoed en toch… En toch doet de man verder met wat hij graag doet en zal blijven doen: muziek maken. De ene keer op een omgedraaide bierbak ergens op een verdoken pleintje, de andere keer – zoals hier – zoals het écht hoort: in een mooie zaal met beschikking van een loge, toeters, bellen, een warme maaltijd en goed gevulde frigo.
De man ademt blues en het gerucht gaat dat als ze bij Roland een bloedafname moeten uitvoeren, men tijdens dat hele proces een snerpende gitaar kan horen vanaf er geprikt wordt. Ook zou hij ooit door een bekend merk zijn gevraagd om bloeddrukmeters te mogen afstellen op zijn pols en bovenarm, zo wist men zeker dat bloeddruk 12/8 ook wel degelijk 12/8 was. Roland zelf had geen zin in ‘dieje ziëver’ en zo is de schaal van Van Campenhout er nooit gekomen. Maar het scheelde geen haar! Althans de geruchten, pin er ons niet op vast.
Stress kent de man dus niet. Nooit. De drummer gaat later zijn? Dan doen we de soundcheck zonder drummer. Welke playlist hij gaat spelen? Buiten een lach komt er niets. Hij weet gewoon niet wat hij gaat spelen, dat wordt beslist op het podium, op het moment zelf, à la tête du client, maar nog meer naar hun eigen goesting.
Mensen van boekingskantoren en mensen die een review willen schrijven, krijgen daar stress van. Voor Roland is het een doodgewoon gegeven, al vele jaren. En de mensen die Roland mee begeleiden… vinden dat normaal. Dus het lijkt nog besmettelijk te zijn ook.
In een eerder interview zei Roland daarover: “Ik heb nog steeds een hekel aan repeteren. Ik werk niet met een setlist want ieder moment van de dag ben je iemand anders. Ik wil kort op de bal kunnen spelen en zal nooit tweemaal hetzelfde spelen. Ik haat plat gerepeteerde bands met een vaste setlist die steeds dezelfde show, solo’s en mopjes opvoeren. Voor mij is optreden voor het juiste publiek en samen met de juiste muzikanten vergelijkbaar met een soort religieus gevoel. Met ouder worden, is optreden voor mij steeds gemakkelijker. Ik weet wat ik kan en waar ik beter af blijf. Ik krijg nog steeds positieve energie van optreden. Ik wil mijn “metier” (om een vies woord te gebruiken) niet inzetten voor geld. De dag dat ik het enkel voor geld moet doen, stop ik (grinnikt).”
En laat ons wel wezen: Roland weet zich te omringen door een prachtverzameling muzikanten die eigenlijk ook niets meer te bewijzen hebben maar precies hetzelfde willen als El Commandante zelf: muziek maken.
Teun Verbruggen aan de drums, Mirko Banovic op de basgitaar, Pieter-Jan De Smet neemt het gros van de gitaarpartijen voor zich, Frederik Segers speelt gitaar en keyboard, Nicolas Mortelmans op sitar en Nils De Caster, tenslotte, speelt viool. De voertaal onderling in deze bezetting, als Space Cowboys, is plat Gents met saus uit zowat alle provincies.
We kennen de meeste muzikanten vrij goed en weten dat ze in andere bezettingen wel een tijdschema volgen, een playlist bij de hand hebben en op voorhand zo goed als zeker weten hoe het optreden zal verlopen. Maar eens ze in de buurt zijn van Roland, is dat allemaal overbodige ballast. Dan veranderen ze in een soort van fanfare van honger en dorst. De meest gebruikte uitspraak is met grote waarschijnlijkheid ‘dat zien we straks wel’. Misschien op de valreep geklopt met de vraag ‘Wanneer gaan we naar La Fayette? (La Fayette is een populaire bar onder artiesten gelegen in de Langestraat te Oostende) Als dat maar goed komt…
Voor Roland de vlam in de pan kwam steken, mocht Raman het publiek alvast in de juiste sfeer brengen. Hij doet dat met een eigen sound en stijl die je meeneemt naar de Blues met een grote B. Soms verfijnd, soms wat meer groovy maar hij komt met beide goed weg.
Bij Luminous Dash volgen we deze Gentse jongen al langer, dit kan je bijvoorbeeld hier lezen. Hij komt op 1 december met een nieuwe single, een voorloper van een album dat later zal volgen. Hou hem zeker in de gaten, wij doen dat ook.
Na het optreden van Raman en een pauze van twintig minuten doven de lichten opnieuw in de zaal en niet veel later komt Roland het podium opgestapt, gevolgd door zijn kornuiten.
Hij tuurt in de zaal, weet niets anders uit te brengen dan ‘jah’ en plugt de jack in zijn gitaar. Met die ‘jah’ brengt hij het publiek meteen aan het lachen en op dat moment is iedereen klaar om uit zijn hand te eten.
En daar snerpt de eerste gitaar, de muzikanten volgen naadloos en ze kijken elkaar aan met dezelfde gelukzalige blik. Hier is het hen allemaal om te doen.
Wat dan volgt is een aaneenschakeling van rauwe blues, feestmuziek, groovy sounds, indrukwekkende solo’s en zoveel, zoveel meer.
De songs die wij ons nog kunnen herinneren (geen playlist, weet je wel) zijn sowieso: The Banks Of The Ohio, Pack Up Your Sorrows, Washi Kudasai, Swamp Adversity en Lies For Sale. Afgesloten werd er met een magistrale versie van Pieter Breughel In Brussel van wijlen Wannes Van De Velde.
Ironisch genoeg was het net in dat laatste nummer dat Roland zijn stem af en toe wat kraakte en we beseften plots dat de man intussen 78 jaar is. Maar blues dient diep te gaan, tot op het bot. En dat hebben ze dus gedaan in De Grote Post, zoals het hoort. De krak in Roland zijn stem maakte het nummer alleen nog maar zoveel mooier.
Roland & The Space Cowboys luister en zie je niet alleen, je voelt ze en je proeft ze. Ze komen, ze zien, ze spelen de zaal plat en duiken opnieuw de nacht in. De Oostendse horeca wenst hen uitdrukkelijk te bedanken.
We onthouden, naast het muzikale vakmanschap, vooral ook de ongekende vriendelijkheid van Roland en zijn trawanten.
We willen hen bedanken om ons toe te laten. Greenhouse Talent bedanken we voor het vertrouwen en De Grote Post voor het warme onthaal.
Dit proeft naar zoveel meer.