Na de passages vorige week in Hasselt, Leuven en Antwerpen was Sound Track klaar om de kerstvakantie in te luiden met de finales van Brussel en Oost- en West-Vlaanderen. Wij kozen voor heimat Gent en de Handelsbeurs. Lang leve de kerstaankoopgekte ook! Finn zal dit niet graag lezen maar we stonden nog hermetisch op slot in een zinloze parkeerfile toen zij haar optreden speelde. Zo werd Kiki Abels ons eerste concert van een ongetwijfeld spannende en boeiende avond muzikale genialiteit. Kiki nam haar band mee, met name Lissa Staepels (synth, backings), Robbe Embrechts (gitaar, elektronica), Tuur Geldhof (bas), en Thibault Goudket (drums).

Kiki’s sound wordt als hoekig en warm elektronisch omschreven. Als het eerste nummer, Electric Wires, inderdaad vergelijkingen met Radiohead wettigt en we bij Light The Fuse hard aan The Notwist in diens meest melodische outfit moesten denken, dan kunnen we hiertegen alvast geen bezwaar laten optekenen. De band was nog straffer op dreef dan in BarBroos een paar maand geleden en klonk vol en heerlijk majestueus. Maar referenties schoten ruim te kort om te vatten wat de hemelse psychedelica voor ons in petto had bij de aaneengeschakelde slotnummers Wishes en Word Punch. Pure avant-garde kregen we te horen in een boeiende rocksaus gedrenkt. Tempowisselingen en klankverschuivingen rolden de zaal in en Kiki keek en zag dat ze de lat ‘abelachtig’ hoog had gelegd.

Mika Ram, een Amsterdamse inwijkeling in Gent en dus ook in dit concours een fenomeen. Hoewel wat ons betreft Mika Ram op zich al een uitmuntende artiestennaam ware geweest, opteerde de grapjas voor een pittiger variant. Frans Kalf alstublieft!
We waren een maand of 2 geleden al gecharmeerd door zijn kunnen in een geamuseerd luisterende Zebrastraat. Voor deze finale had de koe extra gekalfd, want hij nam zijn veestapel mee. Een vijfkoppig orkest zou zijn Nederlandstalige alternatieve schlagers op ons afvuren. Heel benieuwd! Lukja Vanaverbeke speelt ook gitaar bij Ciska Ciska. A capella het optreden inzetten, de man deinst nergens voor terug: “Tanja ik wil met jou naar Spanja, Sarah met jou wil ik naar de Sahara…..” Met Karolijn wilde hij gewoon samenzijn. Ontwapenende steelse humor blijft een enorme troef.

Spinvis-achtige poprock werd af en toe gedempt voor een beklijvend stukje proza waarbij de aanwezigen ademloos luisterden. Ramses Shaffy en kleinkunst kregen zo een onvervalste eigen identiteit en leverden onze Frans een straffe eigen smoel op. Natuurlijk was de tijd kort en diende Mika zich méér op songs dan humor te richten. ”Ik ben half Amsterdammer maar dat is niet van belang want dit lied is voor alle mensen”. Lang leve Luxemburg is even knotsgek qua titel als onweerstaanbaar, volgens de leer van The Shovels. Hij schreef zich in deze provincie in omdat ze in Luxemburg zijn Frans Kalf niet verstaan… Ook een popgenre in de stijl van The Jayhawks zijn Mika en band meester. Wat een heerlijke attitude, podiumprésence en sterke songs kan Frans Kalf voorleggen. Nu is het aan de stemmers en de jury.


Dan waren Odile Versele en Oskar Cappon aan zet. Wodiwo heten ze en we hoorden veel fraais over hun op loopstation steunende liedjes. Odile zong bij aanvang blootvoets in het Frans, zij het zonder kalf… Ze kan de lage maar evenzeer de hoge tonen aan. Haar stem gooit ze in een loop waardoor ze een koortje achter zich leek te krijgen. Laisse moi mon ami. Oskar hield zich ondertussen in alle geweld bezig op de drums. Elk nummer bleek een biotoop op zich. Oskar kwam rappen en Odile drummen na de nodige echo’s in een loop te hebben gedraaid.
Een uitzinnige Handelsbeurs zag beiden samen dansen en hoe langer ze speelden hoe meer Coco Rosie en Mermaid Chunky weerklonken. Odile haalde in heuse Chunky-stijl blokfluit en gitaar boven om zo een heel tropische dansbare complexe wending te geven aan de bijzonder aanstekelijke looppareltjes. Grommen van achter de drums terwijl Sound Track bedankt werd, stampende bliepjestechno en gilletjes à la GOAT en ondertussen de fans hun naam luidkeels horen scanderen, zo kon je dit wervelende optreden samenvatten. Wodiwo niet bij de winnaars plaatsen lijkt nu al onbegonnen werk. Alle gekheid op een synthstokje, dit was op het randje van briljant.

Nana Osei Twum Barima mocht de tweede helft op gang trappen. We leerden een nieuw instrument kennen. De seperewa is een Ghanese harp-luit die op de één of andere manier zijn stem hielp vormen. Hij zingt, drumt en danst en lijkt zowat de Sheila E van de toekomst te kunnen worden. Overdrijven we? Wellicht want Sheila heeft geen Ghanese invloeden in haar percussie. Het kan aan ons liggen maar de wijze waarop de seperewa bespeeld werd zag er dubieus uit. De luit hing voor de broek en ja, dan ziet dat er raar uit. Muzikaal deed dit ons niets maar dat ligt puur aan het genre.
Opzwepend en dansbaar was het uiteraard in de overtreffende trap. Bongo’s, trompet, saxofoon en de klassieke rockinstrumenten deden ons net niet naar de akpeteshie grijpen, een geestrijke Ghanese drank. Niet dat de Handelsbeurs dit op de kaart had staan. Punt is dat wij niet van de kaart waren. Het scheidsrechtersfluitje zette ons finaal buitenspel. Muzikaal vakmanschap viel wel te noteren en dat werd gebracht door een achtkoppige band. Doe maar! Naar verluidt waren dit de eerste woordjes Nederlands die hij herhaaldelijk hoorde bij aankomst in Gent. Het was meteen ook de titel van een feestelijk slotnummer waarbij hij wild door de knieën dansend het volk entertainde.

Niet dat Mechelaar Pieter Birame Alloing zin had in een solo moment op het grote podium, want ook artiest nummer 6 bracht vrienden mee. Flor Nackaerts (drums) en Laurens Mannaerts (gitaar) zijn Leuvenaars. Kasper Snellebrandt op bas en Anna Schaeken (op zang en elektronica) waren in heel opvallende outfits getooid. Los van het feit dat die podiumoutfits klasse en ambitie uitstraalden en de songs heerlijk vloeiden en aan het soulvolle van TV On The Radio deden denken, bleek Birame ook een begenadigd zanger te zijn. Met de hulp van toetsen en een sterke psychedelische inslag maakten Birame en band grote sier.

In Reverse Conversations kon de band grooven tot ze handelsbeurs en blauw zagen. Inleven in de denkwereld van een artiest is verre van evident maar we hebben het gevoel dat een conversatie met Birame niet verkeerd of omgekeerd zou zijn. Zijn lief Seppe werd bedankt omdat de band sowieso de fictieve prijs voor beste outfit in de wacht zou slepen. Pray Away volgde en bevestigde al het fraais van het eerste kwartier. Na de break ging Birame zingen in het Frans, zonder dat het kalf verdronk. Het kruis dat het podium sierde, werd de hoogte in gejaagd en iedereen werd aangemaand om te feesten bij de slotsong. “Let’s dance and shake some ass”. Birame was een openbaring.


We naderden het einde en de straffe Gentse Roosje Nilis kon haar driekoppige band het podium op sleuren voor de set van haar alter ego Rosie Stuart. Gentenaars Kamiel Bossuyt en Jannes Van Houcke op gitaar en bas werden in het midden bijgestaan door een Eeklonaar op drums, Tibo Polleunis.
Geen voer voor typische singer-songwriters, deze Sound Track finale. Alle songsmeden lieten zich in Gent rijkelijk omringen. Het was in Leuven vorige zaterdag toch net iets anders. Rosie rockte en nog geen klein beetje. Denk aan Library Card met een bijtende stem en je bent in de buurt. De band bracht Factory en Carpe Diem overtuigend en wel ja, natuurlijk klinkt ze als een ‘Polly Jane Calvi’ maar dat is een reusachtig compliment.

Cupid klonk een pak vrolijker en dat gold ook voor het slotnummer met de opvallende titel I’d Fire Myself Too. Maar rocken bleef Roosje als geen ander en wat is haar stem gegoten voor dit rauwe rockwerk. Rosie Stuart mag voor ons elke week optreden en is wat ons betreft een zekere winnaar. De bandnaam deed ons ongewild denken aan the Stuart Highway, een reusachtige snelweg in het hart van Australië, want ze gaat het nog ver brengen. Voor de kenners, het is de autostrade die je van Port Augusta naar Darwin brengt.

Het laatste woord werd voorbehouden aan een Gentse gitaarvirtuoos die zijn nummers in kleermakerszit op een dj-tafel brengt, door kaarsen omsingeld. Jonas De Kesel is zijn naam. Ook zonder de aanwezige wierookstokjes waren we er gegarandeerd in geslaagd de man in één adem aan ‘bewieroken’ te verbinden. Jonas speelde gitaar, begeesterde, bedwelmde en etaleerde zijn buitengewoon talent. Jonas bedankte zijn ouders en schoonouders die elkaar vanavond voor het eerst ontmoetten. Veel stress schudde hij van zich af met slotnummer Tale/Tail (beiden kunnen) Of The Golden Pheasant. En of het vanavond fazant was! Tijd voor de jury en het genadeloze verdict.

Tijdens de wedstrijd konden we al probleemloos horen dat Wodiwo de grootste achterban had meegebracht. Het logische gevolg daarvan was uiteraard dat het duo de Lotto Publieksprijs met de bijhorende cheque van 1.000 euro opstreek. Die werd hen overhandigd uit de handen van jurylid Liese Claeys.

De drie winnaars werden dan op het podium verwacht. Birame werd als eerste gelauwerd en nodigde de bandleden mee het podium op. Mooie beloning voor een knap optreden en hou deze artiest maar nauwlettend in de gaten.

Onze gedoodverfde favoriet – Kiki Abels – werd niet meer op het podium uitgenodigd en werd dus jammer genoeg geen Sound Track winnaar. De naam Frans Kalf weerklonk wel, dus de halve Amsterdammer maakte terecht ook op de jury een felle indruk.

De laatste winnaar was warempel Rosie Stuart. We kunnen deze keuze alleen maar omarmen en we kijken al enorm uit naar haar optredens in 2026. Sound Track Voor Artiesten, het zit er alweer op! Voor de winnaars breken echter drukke tijden aan.

INSTAGRAM: Sound Track – Kiki Abels – Frans Kalf – Wodiwo – Nana Osei Twum Barima – Birame – Rosie Stuart – Jonas De Kesel


