Foto’s Hannelore Dieleman
In Sint-Niklaas hebben ze een cinema en ook een fijne club, De Casino. In Lokeren hebben ze twee festivals om U tegen te zeggen. Het kleinste van de twee – de Fonnefeesten – houdt het principieel gratis, maar slaagt er toch in om leuke affiches samen te stellen zoals die van zaterdagavond met een rist interessante jonge en minder jonge Belgen op het podium en een Versuz-fuif als toetje.
Zoals Glitterpaard die de soundtrack mochten leveren voor een ontwakende stad. Na acht dagen feesten is het vroeg starten om 19u!
Dan maar rustig aftrappen met Turnstile Youth, een trage beat, de stem van Johan Verckist en komende en gaande soundscapes op de Fender Jaguar van Philip Bosschaerts, die de zang overnam in Ask Around, een stevige mid-tempo song. De beide frontmannen bleven tijdens de set afwisselen. All Rights Reserved, een pareltje met mooie arrangementen en backing zang en toetsen van Sarah Pepels, overtuigde ook live. Een paar nummers later nog zo’n mooie ballad, Into The Night, spaarzaam gespeeld, mooie samenzang, en waar bijvoorbeeld eeuwig vergelijkingspunt dEUS live al eens de trappers kwijtspeelt en slordig wordt, bleef Glitterpaard goed verzorgd werk afleveren.
Tijd om wat reclame te maken voor de merch en de cd of vinyl aan te prijzen aan het park-publiek dat geleidelijk aangroeide. Slim, want toch wat nieuwe klanten op het grasplein, vermoeden we. De integrale debuutplaat kwam aan bod, al was de volgorde onvoorspelbaar.
Distant Light was dan aan de beurt, met drie aan de zang, en een steeds steviger wordende wall of sound in het nummer. De motor was opgewarmd en presteerde steeds beter. Wat gas terug met Bird’s Don’t Sing en Zuzu’s Petals, om met Drawing Hands op te bouwen naar een climax in de finale, met Algemene Grondwerken Bosschaerts in de weer op zijn effectpedalen.
In de marge van het optreden konden we fijn nieuws vernemen: Glitterpaard werkt volop aan een tweede album en blijft dus in galop. Daar worden we bij Luminous Dash alleen maar vrolijk van!
Tijd voor Mooneye, de band rond singer-songwriter Michiel Libberecht die tegen zonsondergang het voordeel kreeg van de intiemere sfeer in het park en het alsmaar toenemende publiek. Gedurfd openen deed Libberecht met This Thing, helemaal alleen akoestisch. De akoestische gitaar en de songs zullen voor de verdere set niet meer wijken.
Bij Thinking About Leaving kwam ook de band meespelen en we kregen een warm dekentje achteraan dit nummer in de vorm van een à capella einde.
Heel wat fans waren speciaal voor Mooneye naar Lokeren afgezakt, we hoorden en zagen ze meezingen op de eerste rijen. Maar zo een groot publiek is de band nog niet gewend, en zanger Libberecht was oprecht onder de indruk van de honderden en honderden mensen die het park gezellig vulden.
Steeds meer kreeg de band er zin in en verschillende nummers kregen een instrumentaal uitgesponnen finale mee. Bright Lights raakte de goede snaar, zelfs zonder de gastbijdrage (in de studio) van Meskerem Mees. Fix The Heather rondde de set af en een blije band nam afscheid van het Lokerse publiek.
Op de tonen van Gainsbourg’s Aux Armes et cetera kwam de laatste band het podium opgewandeld, tegen (een achtergrond van) een verweerde muur en de afgesleten letters Noordkaap, nauwelijks leesbaar.
“Zou het kunnen dat ik langzaam zot word?” Dat is al lang geleden gebeurd, en heeft zijn wortels ergens in het begin van de jaren ’90 toen Gorki, The Scene en Noordkaap de Nederlandstalige rock volwassen maakten.
De wederopstanding van Noordkaap was vroeger gepland, maar raakte uiteindelijk in 2022 op kruissnelheid en bracht hen het voorbije jaar opnieuw bij duizenden fans. Het lijkt wel of er bijgekomen zijn, in plaats van weggevallen na zo’n twintig jaar stilte. En zij die er toen al waren, zijn gebleven onder het motto “Geef nooit op”.
Noordkaap trakteerde zijn publiek op een best of album dat met veel passie en trots gebracht werd aan de ondertussen pakweg drie- vierduizend mensen in het park (hoeveel mensen kunnen er eigenlijk op het plein van de Fonnefeesten?). Jongeren keken verbaasd naar de vijftigers, die de teksten – niet alleen het refrein of “oeh oeh” – integraal meezongen. Zijn die ook ooit jong geweest? En Stijn Meuris vond het al van in het begin “een fantastisch publiek” op “verdorie een mooi plein”. De songs van Noordkaap hebben een patent op in akkoorden verpakte melancholie. Niet alleen in Panamarenko, maar ook in Verloren Dag: “De klok is ongedurig” kleintjes, maak er iets van, want de tijd vliegt. Maar ook Hoopvol blijven natuurlijk.
Geen nieuw werk van Noordkaap, meestal getrouwe live-versies, maar Van God Los – technisch gesproken een Monza cover – bouwde voort op een intro met enkel gitaar en zang. Trouwhartig zijn dat mag als jouw liedjes met de jaren relevanter worden. In Pretentious moi zijn enkel de statistieken achterhaald. “De halve wereld is gek gemaakt. De andere helft wordt hard geraakt.” Wereldbeschouwing op een disco-beat. “Ca va!!”
Meuris is thuis van alle markten, ook die van Lokeren. Bij de bandvoorstelling bleken alle muzikanten (Erik Sterckx, bas, Nico Van Calster, drums, Wim De Wilde, toetsen) afkomstig van Lokeren, haha, behalve – helaas – Van Bambost uit Sint-Niklaas. Hilariteit alom in het park. De prestatie van het kleine stadje met een mega-festival op de Kaai en – enkel gescheiden door een dorpskermis – een lokaal gratis festival in het park, werd gemeend met lof beladen. Het is me daar wat aan de Durme. Enkele vrijbuiters en honderden vrijwilligers vooral.
Het bleef droog de hele avond, maar classics bleef het regenen: Satelliet Suzy werd luidkeels meegebruld net als Arme Joe, dat overvloeide in Wat Is Kunst? Die Keith Richards riff die even boven gehaald werd, dát is kunst. Hoe meticuleus dat gitaarspel toch van Lars Van Bambost. In Een Heel Klein Beetje Oorlog mocht hij soleren, al zit reeds in de basisriff van deze song het ganse nummer vervat. We hadden trouwens graag wat meer gitaar in de mix gehoord, net als de keyboards bleven ze wat onderbelicht in het totaalgeluid, ook toen we naar een andere plek opschoven om een beter geluid te zoeken.
Een verrassende keuze: De Belofte Jong Te Sterven als eerste bisnummer. Noordkaap-melancholie ten top, een mooie parel voor het eind bewaard. “De belofte jong te sterven houdt me bezig. Ik had beter niks gezegd.”
Eindigen uiteraard met Ik Hou Van U, het nummer dat een grotere gigant is geworden dan de band zelf. Een korte stoot intergenerationele verbinding werd door het Prinses Josephine Charlottepark gestuurd. En dan weer verder. Meuris: “Wij waren Noordkaap, u was Lokeren.” Dat lijkt ons een fijne rolverdeling.