Een imposante pletwals die zonder verpinken ingenieus en nauwgezet liefdevol zieltjes vermorzelde en het publiek ei zo na dodelijk verdronk in een bad vol diepe melancholie, smart en schoonheid. Of hoe omschrijf je beter die duistere magie die Mick Moss en de zijnen teweegbrachten in een goedgevulde De Casino zaterdagavond?
Antimatter speelde Sint-Niklaas volledig murw met een bijzonder eigenzinnige verjaardagsset, waarbij elke donkere parel daaruit, elke melomaan wel moést raken en/of beroeren. Zo geschiedde: ruim anderhalf uur lang hield Antimatter ons magisch en beklemmend in de ban. Atmosferisch slepende, meesterlijke melodieën met hypnotische drums, diepe bassen, onaardse gitaren en die machtige stem van Moss die je als fikse knauw in de maag fysiek voelde, waren ons deel. Of we al wat bekomen zijn? Misschien nog niet helemaal, durven we in alle eerlijkheid antwoorden.

Vooraleer Mick Moss een veelheid aan donkere pracht over ons zou uitstorten was het aan Ann My Guard om De Casino warm te spelen. Op de Antimatter-fans na die al trouw vooraan hadden postgevat, was de zaal dan nog lang niet vol, al zouden wel stilaan meer mensen toestromen. Of dat aan de set van Ann My Guard lag, durven we niet beweren. De band rond zangeres Eszter Anna Baumann liet nogal wat steken vallen, de niet altijd toonvastheid van de zangeres hielp ook niet echt. Al gaf opener Echo wel hoop op een sterke set, met een uitwaaierende, groezelige gitaarsound en Baumann wat klinkend als de verkouden versie van Anneke van Giersbergen. Helaas, meteen al dus niet zo toonvast.
En toch kan Baumann wat met die stem van haar, zoals ze zou demonstreren in de korte tijd die hen was toegemeten. Of je van de stem houdt is natuurlijk smaak en goesting. Het wisselen van hoge naar bijzonder lage noten was niet altijd even succesvol, en toch kan deze zangeres zingen. Maar was er gesoundcheckt? Het viel ons ook op dat de muzikanten soms te laat of te vroeg invielen. Wel wat foutjes dus.
De mix van folk en progressieve rock met een vleugje metal was zeker origineel, de aan de band toevoegde celliste en achtergrondzangeres waren een meerwaarde voor het bandgeluid, zeker in Callisto, waar Baumann dan jammer genoeg vocale uitschuivers had. De drums hadden een net iets te hoog houthakkergehalte, de keys waren niet altijd even veelzeggend en de visuals waren wel knap maar boden weinig meerwaarde en leidden soms de aandacht wat af.
Tegen het eind van de set leek de band erin te komen. Getuige daarvan mooie vertolkingen van Hekate, met Baumann die nu de gitaar omgorde, heel erg laag zingend, en het a capella gezongen The Day I Die, hier een sterke vocale prestatie met enkel wat zweverige keys ten geleide. Baumann zette nog een dwarsfluitsolo in, waarop de compositie en de set nogal onhandig en abrupt eindigde. We willen deze band op een ander moment zeker nog eens een kans geven, er is potentieel.
Tijdens de change-over, waarbij Ann My Guard behoorlijk wat materiaal had op te ruimen, zagen we Mick Moss al zelf al de Antimatter-instrumenten komen stemmen/checken, later ook diens muzikanten, als snel bleek de klus geklaard en twee minuten vroeger dan voorzien klonken dreigend donkere keys. De band kwam op en om exact 21.30 tikten de drums Existential op gang, en een eerste portie zware melancholie was ons deel, ook gedragen door de vioolpartijen en meteen dat fenomenaal machtige en krachtige volle stemgeluid van Moss.
Veel tijd om te bekomen zou ons niet gegund zijn, en een subliem Killer volgde meteen. En nog was het (lang) niet gedaan, met een fantastisch Uniformed & Black, waarbij “Don’t breed on me” haast als een hymne door De Casino klonk. Gedwee meegezongen ook. Die indrukwekkend imposante stem van Moss, die speciale gitaarklank: wow! En toen kwam het slepende emotieparcours Firewalking op ons af. “You can walk with your eyes wide open through coal, but the harder you try it’s blowing to slow. Build a wall between your soul and reality, only then will your head be truly free”. Slik, Hallelujah!
Het genieten ging gewoon verder met achtereenvolgens Liquid Light en het door een pompende bas aangedreven Saviour, waarna Moss ons trakteerde op een indrukwekkende interpretatie van Black Sun van Dead Can Dance, intens mooi. En toen besloot Moss ons pletwalsgewijs te vermorzelen, of toch al zeker onze ziel, met een majestueus Paranoid Carbon. Met Fools Gold bleven we in de duistere wurggreep, nogmaals bevestigend of zelfs overtreffend met The Freak Show, nog zo’n duister pareltje.
Even dachten we een Anathema-classic te herkennen, en Landlocked heeft wel een beetje die vibe. Nochtans was het Moss’ voormalige kompaan Duncan Patterson, de man met de Anathema-stamboek. Leuke een-tweetjes tussen Moss en de gitarist/violist, in dit machtige, instrumentale nummer. Vervolgens werden we zowaar getrakteerd op een desperaat en ronduit pakkend The Weight of the World: “I’m drowning in a thouasand faces, alien expressions over and over again, I’m trying to scream, but I can’t exhale”. En het kon niet op want ook een wonderlijk Angelic was ons deel. Jawel!
“We hebben heel wat te vieren dit jaar, bijvoorbeeld 25 jaar Antimatter, dus we spelen vanavond al onze albums”, waarmee Moss natuurlijk selecties uit die platen bedoelde. En wat voor een keuzes! “Dit is speciaal, we doen géén standaard setlist, en elke avond spelen we andere songs waar we dán zin in hebben”, werd onthaald op veel gejuich. En toen zette Moss een formidabel Dream in, heerlijk atmosferisch en slepend. Ook een monsterlijk mooie apotheose en afsluiter van de set. Onder luid applaus groette Moss het publiek en je hoopte vurig dat de band terug zou keren.
Nog geen twee minuten later liep Antimatter opnieuw het podium op. “We vieren vandaag eigenlijk meerdere verjaardagen”, waarop Moss ons meldde hoe oud elk album op dat moment was. Hij zette kort de release van de verzamelaar Parallel Matter (Rarities 2001-24) in de kijker én wist ons te melden dat er nieuwe projecten én nieuw Antimatter-materiaal in de stijgers staan.
“Maar nu is het tijd voor de bis!” waarop de band Black Eyed Man inzette, om ons dan te verblijden met Monochrome en met Paranova als ultieme kers op de verjaardagstaart.
Ondertussen was het kwart over elf en terwijl het publiek nog even aan het bekomen was van zoveel intense pracht, ging Moss even de cd’s halen die hij vanop het podium zou verkopen “ik heb zo geen zin in een merchstand”, had hij eerst nog gezegd.
Wat was dit jongens? Wat was ons overkomen? Wat een pracht, wat een intense trip, we waren compleet murw geslagen, en ook een beetje veel van ons melk met al die donkere pracht die ons deel was. Een magische avond, dat is niet eens overdreven. Voor ons mag het volgende Antimatter-concert snel komen! We laten ons gewillig weer meenemen in de diep donkere wereld van Moss & co. En nog, en nog!