Gentse Feesten is tien dagen gekte. Je ziet er zaken die normaal beter het daglicht niet zien, maar er zijn ook massa’s optredens in de binnenstad. Van schlagers tot undergroundnoise.
De eerste dag was meteen al een dag van verliezen en kiezen. In een straal van 500 meter (of zijn het er 400?) kon je op drie locaties terecht. In de Kinky Star mocht het okselfris talent van Jongeduld zich een dag eerder van zijn beste kant laten zien, terwijl de vrouwen van Girls go BOOM op de Vlasmarkt hun ding mochten doen. Voor één keer moest je dat zeer letterlijk nemen, want de voorste rijen waren voorbehouden aan het vrouwelijke publiek. Twintig meter daarnaast was er het feestje met Toutpartout dat in alle bescheidenheid werd aangekondigd als een concert dat de terugkeer van de Mind Rays moest inluiden, maar een paar weken later werd uitvergroot met Raketkanon. Onnodig te zeggen dat de ticketstroom niet meer te stoppen was. En wie de hoek omdraaide kwam (als je de lokale urinoirs niet meerekent) in de Spiegeltent terecht waar Voltreffer zes bands op haar affiche had staan. Een feestje dat, Gentse Feesten-gewijs, tot diep in de nacht duurde.
Trefpunt liet het muzikale deel van de Gentse Feesten op grootse manier losbarsten met een line-up van veelbelovende en gruwelijk interessante bands. Voltreffer XL is een toepasselijke naam en een klinkend initiatief hoort ook een geweldige locatie te krijgen, de Spiegeltent in het Baudelopark dus!
ILA mocht de debatten openen. De Limburgse Ilayda Cicek laveert tussen indiefolk en indierock en wierp een maand geleden het singer-songwriterstigma van zich af en treedt op als trio. Ila bevindt zich op het podium in haar cocon en schuwt elke vorm van interactie met het publiek, maar dat maakt haar optreden net zo breekbaar en persoonlijk. Op de eerste rijen was duidelijk te merken hoe iedereen steeds meer op zijn of haar manier in de ban van haar stem en songs kwam. Folk durven we dit al lang niet meer noemen, het is intelligente, mysterieuze rock die nu eens een ingetogen klankoefening vormt en dan plots woest uithalend als een vloedgolf de kliffen teistert. Geen Belgische zangeres kan op dit niveau zoveel emoties de baas met enkel haar stem en gitaar als wapens. We wagen het er maar op en durven vergelijkingen opwerpen met de jonge PJ Harvey. Ziezo, het is er uit!
De naam Sunflower draait al een paar jaar rond onze radar. Sinds ze de winnaar van Westtalent zijn geworden, maar vooral sinds hun fenomale debuut The Spiders We Caught op sentimental. De band profileert zich meer en meer als één van de meest toonaangevende postpunkbands van dit lands. IJzersterke songs die door merg en been gaan, niet in het minst door frontman Brent De Wulf die voor het podium geboren is. Het podium en ook de rest van de zaal is zijn speelplaats, de ideale plek om de demonen uit te braken. Chaotisch, maar tot in de puntjes gearrangeerd. Brent heeft duidelijk iets te zeggen, de gal spuwen op god en iedereen, zelfs al moet hij daarvoor een paal inklimmen. Een band moet je evolutie gunnen, wie gisteren Sunflower in Gent bezig zag, weet waarom in het verleden adjectieven als groots of imponerend voor de Bruggelingen al eens gebruikt zijn.
Isa Holliday (what a great name) uit Manchester en haar drie kornuiten uit Leuven sprongen op de shoegaze/postpunk/indierock-trein waar mythische bands als Ride, My Bloody Valentine en Slow Dive al een tijdje waren opgesprongen. Die bands niét citeren om duiding te geven bij de sound van Slow Crush is onmogelijk en de band zelf beseft dit ook. Isa’s frêle stem (denk aan The Cranes) kwam onvoldoende aan de oppervlakte in de broeierige brij van de Spiegeltent maar ze compenseerde dit ruimschoots door wijdbeens vol gas te geven wat een uitstekende sound opleverde. Een volle tent werd zo genadeloos op kookpunt gebracht voor de storm die Crowd Of Chairs zou ontketenen. In ieder geval maakte Aurora ‘furora’.
Vijf songs. Vijf vuistslagen in het gezicht. Meer heeft dit noiserocktrio niet nodig om de spiegels in de tent te doen barsten. Zoals ze het zelf fijntjes zeggen kan Crows Of Chairs het best omschreven worden als een amalgaan van donkere gitaren, bestiaal geschreeuw en drumgeknetter waarmee je naar de oorlog kunt om die te winnen, alle veldslagen incluis. Vanaf Face It en Brommer sloeg de vlam in de pan en joegen Mitch Van Laecke en Youff-drummer Manu Mahie (Manu Magie had evengoed gekund) met bangelijke precisie de ene moordende groove na de andere door de tent. Onderschat vooral het belang van bassist Benjamin Caes niet. Na Tunnel was het zonneklaar. De nieuwe nummers zijn grand cru en de verwachtingen voor de opvolger van Fuck Fuck Fuck nemen nu al reusachtige proporties aan.
Wie Raketkanon al eens aan het werk zag weet wat hij kan verwachten. We gaan er van uit dat het aanwezige publiek dat inderdaad wist want dat feestje van Toutpartout was in een zucht uitverkocht. In thuisstad Gent is het zootje ongeregeld van Pieter-Paul en de zijnen dan ook onmetelijk populair. Enkele weken geleden nog stonden ze voor een hopeloos uitverkochte albumvoorstelling in de Vooruit met een bom van een plaat onder de arm. Ongetwijfeld is RKTKN #3 een plaat die in veel eindejaarslijstjes zal prijken. Het optreden van die avond zal er ook één zijn dat niet snel vergeten wordt. Het feest achteraf hebben we uiteindelijk niet meegemaakt, maar het optreden in de Charlatan zal ons ongetwijfeld lang bijblijven.
Een show van Raketkanon is als een ongecontroleerd vuurwerk dat je krijgt als je een benzinebom in een opslagplaats van vuurpijlen zou gooien. Terwijl Pieter-Paul riep van ai-ai-aah schoot de vlam in de pijp en ontstond een moshpit zonder voorgaande. Jongelingen probeerden te crowdsurfen en minder sportieven hapten naar adem. Mensen met claustrofobie waren er aan voor de moeite want eenmaal bezig kon je niet weg tenzij je snel onder of over de springende mensen kon springen. Na het eerste liedje Fons vroeg Pieter-Paul om vanavond toch een beetje voor mekaar te zorgen en om meer op en neer in plaats van links naar rechts te springen. Zelf sprong hij ook even het publiek in waar hij verder de song afwerkte. Het was warm in Gent maar in de Charlatan was dat ongetwijfeld nog enkele graden warmer dan elders. Bezwete armen en torso’s scheurden tegen mekaar aan. Op het eind van Susanne wisten we niet met zekerheid wiens zweet we nu eigenlijk op ons lijf voelden. Wat we wel zeker wisten dat we deze mannen nog aan het willen werk zien.
De Spiegeltent mocht met Newmoon het Voltreffer-feestje afsluiten. Van hun hardcoreverleden is al lang geen sprake meer, want sinds Space mag je de Antwerpenaren gerust als één van de sterkhouders van de Belgische shoegazescene beschouwen. De band rond zanger Bert Cannaerts had er zin in, al was het maar om te zien of al die wilde verhalen rond de Gentse Feesten wel klopten. De band begon met de nieuwe single Let It End. Een beetje de wereld op zijn kop, want het was in feite net het begin van een nieuw hoofdstuk. De vijf hebben onlangs in Engeland een nieuwe langspeler opgenomen en Gent werd het proefkonijn om het nieuwe materiaal op uit te testen. Geen crowdgesurf of andere gekke taferelen, want met de passage van Slow Crush eerder op de avond was het duidelijk dat het publiek naar de tent was gekomen om te genieten van de muziek. Misschien zijn de nieuwe songs iets meer poppy dan voorheen, de loodzware wall of noise is nog altijd present bij Newmoon.
Onbezorgd en onbezonnen konden vrouwen de nacht afsluiten in de Kinky Star, want de Girls go BOOM-crew liep er nog tot in de late uurtjes rond, als aanspreekpunt indien je geconfronteerd zou worden met eender welk gevoel van aantasting van je privacy, persoonlijke ruimte, vrouw-zijn… Een attente bewustwordingsactie, hoewel wij voorstander zijn van gemengde dansvloeren die gevuld zijn met wederzijds respect voor ieder individu. Maar ‘the girls wént boom…!’
Met de DIY-punkband uit Liverpool Piss Kitti werden we overspoeld met pittige lyrics over seks, relaties en boodschappen tegen elk heteronormatief hokjessdenken. Drie vrouwen die elkaar twee jaar geleden vonden na een relatiebreuk, namen gitarist Dom bij de arm en uitten al hun bedenkingen en emoties in nummers die je niet laten stilstaan. Onbezonnen, maar niet onbezorgd klinken ze dan ook met zangeres Esme, die geen noot zong, maar met zoveel juiste energie en attitude haar teksten als gal en suikerstroop tegelijk het publiek in spuwde. ‘Fuck You!’ scandeerden de vrouwen op de eerste rijen wellustig mee terwijl de middenvingers hoog de lucht in gingen. Stevig doordrammende drums en gitaarriffs die je af en toe in ademnood brachten in o.a. Feeling Badly en Watch Ur Mouth. Agressie met tranen. Punk zoals het hoort te zijn: dynamisch en chaotisch, ruw en rauw hartverte(de)rend!
Een eerste geslaagde avond als je het ons vraagt, ook al kwamen we vloekend thuis omdat we met de gedachte opgescheept zaten dat er door het overaanbod (heeft dat woord wel recht op bestaan?) een paar kanjers hebben gemist.
Wout Meganck/Nel Mertens/Hans Vermeulen/Didier Becu