Nederlandstalige electropop laat al jaren een stempel achter op de Vlaamse en Nederlandse muziekcultuur. Hoewel eigentalige muziek altijd al legendes heeft voortgebracht in de Benelux (Boudewijn de Groot, Willem Vermandere, Franz Bauer…), lijkt dit meer en meer een zeldzaamheid te worden in de immer doordringende globalisering die haast elke single omtovert tot iets Engels. Nochtans toont de elektronische revolutie in muziek als nooit tevoren dat het land van René Magritte nog steeds een ondoofbare drang heeft naar experimenteren.
Koppig in het Nederlands blijven zingen werd al langer gecombineerd met synthgeluiden door bijvoorbeeld Eefje de Visser en Spinvis, die zeer metaforische teksten bijna tot een landschap bouwen, of het jolige Gestapo Knallmuzik (want Duits kunnen we dat toch niet noemen) die zich nét iets minder serieus nemen. Waar exact Willy Organ past in dat rijtje… dat is ons ook niet volledig duidelijk.
De instrumenten van Diep In De Ravijn klinken zeer funky en doen je hoofd al snel knikken op het ritme. De tekst daarentegen beschrijft een meer luguber onderwerp: het ongewild prijsgeven van zijn ‘vileine’ kantjes aan iemand. Iets dat hij liever verborgen hield. De metaforen die Willy Organ gebruikt zijn soms opvallend simpel, haast kinderlijk, maar die aanpak lijkt enkel maar bij te dragen aan het eclectische en verwarrende geheel.
De videoclip is dan ook weer een vreemde combinatie van uitersten. De montage lijkt op een project van iemand die net alle effectjes van Windows Movie Maker ontdekt heeft en de danspasjes lijken eerder een prestatie die je ritmeloze oom zou vertonen op een feestje met een goedkope dj. Tegelijk zit die propvol met symboliek zoals rottend vlees, kussende farao’s en een kleine valies die hij meesleurt op een snelweg. Wat het allemaal betekent is onduidelijk en dat is dan waarschijnlijk ook net het punt ervan. Er is bitter weinig aan deze single dat je “duidelijk” kan noemen. Wat wel duidelijk is, is dat je het meteen nog eens oplegt van zodra het afgelopen is. Zot catchy.