Je zal maar te kleine benen hebben en de blues kunnen spelen zoals B.B. King. Of Tiny Legs Tim nu effectief te kleine benen heeft, laten we in het midden want dat zou ons naar te verregaande anatomische discussies leiden. Dat hij en zijn band de blues meester zijn, staat echter als een paal boven water. Wat kunnen die gasten spelen!
Call Us When It’s Over is het zesde studioalbum van Tiny Legs Tim dat voor ons gemak ook zes tracks telt. We zijn nog slechts één referentie naar het nummer zes verwijderd van een link met de duivel. Mogelijks moeten we hier in de loop van de recensie dan ook nog eens even op terugkomen.
De plaat werd opgenomen tijdens de eerste lockdown van 2020 en dat na een periode van drie maanden zonder samenspel en liveoptredens. Dat het al een tijdje geleden was dat de muzikanten nog eens konden samenspelen, hoor je aan de plaat. Klinken de muzikanten dan een beetje ‘rusty’? Allesbehalve, het spelplezier spat er gewoon van af. We zijn er zeker van dat er tijdens de opnames in studio The Yellow Tape een bijzonder sfeertje moet hebben gehangen en dat de vier heren met hun samenspel een gat scheurden in tijd en ruimte.
Op het album vinden we de blues terug in zijn puurste vorm maar gebracht met de nodige ballen. Blueslicks, de kenmerkende blues frasering van teksten, de alom gekende shuffle, de typische blues klaagzang en een hele hoop indrukwekkende instrumentaliteit. Noem het en het komt aan bod op deze plaat.
Op Call Us When It’s Over vinden we naast vijf nieuwe composities ook één cover van de vermaarde blues-profeet R.L. Burnside. In Going Down South toont Tiny Legs Tim een herinterpretatie van het nummer zonder aan de ziel van het origineel te raken en daar houden wij van. De versie van Tiny Legs Tim heeft ene hoger rock-’n-roll-gehalte dan de oorspronkelijke versie en ook dat kunnen wij best smaken.
Vijf van de zes nummers op Call Us When It’s Over hebben behoorlijk wat ballen maar eindigen doet Tiny Legs Tim met het breekbare It’s All Over Now. Geen rock-’n-rolldrive noch een stevige ritmesectie noch schreeuwende uitroepen van melancholie en pijn. Alles wordt teruggeschroefd tot het absolute minimum, wat het misschien nog sterker maakt dan de vijf voorgaande nummers. Eindigen met klasse noemt men dat!
Wat is nu de slotsom? Dat het album vernieuwend is, zouden we niet durven stellen. Tiny Legs Tim bouwt verder op de traditionele bluesbouwstenen die in een ver verleden gelegd werden. Is dat dan erg vraag je je af? Absoluut niet. Sommige dingen moet je niet over compliceren en overdenken. Wij zagen ooit een kok op tv een hedendaagse versie maken van het oervlaamse “videetje”. Het enige wat wij toen dachten was, waar is nu het videetje? Een schuimpje van dit, een sausje van dat, een krokantje van… De moraal van het verhaal is dat je sommige dingen nu eenmaal best gewoon kan laten zoals ze zijn. Tiny Legs Tim heeft dat begrepen en maakte dit album met veel respect voor de voornoemde bouwstenen.
Wij kunnen Call Us When It’s Over alvast meer dan smaken en zijn dan ook erg blij om een exemplaar van het album aan onze platenkast te kunnen toevoegen. Dat we de aanschaf van het album aanraden spreekt dus voor zich.
Wij eindigen deze recensie graag met een citaat van mr. Tiny Legs himself: “I’ve got tiny legs and scars all over me. But I’m still rockin’ baby. Come on take a ride with me.”
Door een gebrek aan een derde referentie naar het getal zes heeft Tiny Legs Tim mogelijks wat krediet verloren bij Beëlzebub. De bluesgoden daarentegen die keken en zagen dat het goed was. Geniet alvast van de muzikale rit met Tiny Legs Tim!