Tien jaar na Romance Float (2014) verscheen zopas Precious Nothings, het tweede album van singer-songwriter en multi-instrumentaliste Scarlett O’ Hanna. In die tien jaar heeft Anna Muchin, allesbehalve stilgezeten en zich op allerlei andere projecten geworpen. Maar het begon weer te kriebelen dus nam de in Brussel wonende Frans-Griekse muzikante haar nom-de-plume weer aan en sinds april is Precious Nothings een feit.
Op het album probeert O’ Hanna verschillende muzikale invloeden en interesses te combineren, zo luidt het. Wie houdt van donkere minimalistische kunstwerkjes, die je diep raken, moet even geduld oefenen tot de vierde compositie Cacti, dé beklemmende revelatie van het album. Eerst wordt de luisteraar ondergedompeld in schaamteloos bij new wave aanschurkende dreampop met nummers als Unafraid, met grootse kamerbrede synthesizertapijten waarbij de vergelijking met Beach House snel gemaakt is, of zelfs ook de vroegere Depeche Mode en OMD. Of ook Open Doors, dat op het zelfde elan verder gaat maar iets dansbaarder is. Erg goed gedaan, maar doe ons dan toch maar Beach House.
Bij Precious Nothings lijkt het even of O’ Hanna Laurie Anderson achternagaat. Dan hebben we het over die stemmetjes in het begin, die dan als sample door heel de track klinken. Interessanter is dat de zangeres in deze track voor het eerst ook echt uitpakt met de pracht van haar fraaie stemgeluid. O’ Hanna zingt erg doorleefd ook. De keys op de achtergrond zijn een tikkeltje storend met hun iets te hoge Fischer Price-gehalte. Beetje jammer wel. Hoe zou dit nummer klinken, wanneer uitgevoerd met enkel stem en piano of/en gitaar? We vragen het ons vurig af.
Eigenlijk hinkt Precious Nothings op twee benen, dat van de (net iets te) gekunstelde weinig inspirerende dreampop en de gloomy composities, waaronder niets dan beklijvende minimalistische kunstwerkjes zoals het eerder vermelde Cacti. Laten wij het nu vooral voor dat tweede beentje hebben…
Cacti dus. We noemden het al ‘een beklemmende revelatie op het album’. Terecht, toch? Want hier is het volop genieten van het bijzondere stemgeluid van O’ Hanna én haar songwriterschap. Haar vocalen klinken hier erg jazzy en gloomy. Het ingetogen instrumentarium klinkt ronduit dreigend en hoe ver ook op de achtergrond, toch bijzonder aanwezig, zo de dramatiek en intensiteit benadrukkend… Horen we zachte dreigende steeds verder aanzwellende strijkers? Beetje akelig, ook akelig mooi.
Het intimistische ongemakkelijke maar bloedmooie ontroerparcours wordt dan nog een goede twaalf minuten volgehouden met pareltjes als Stick With You, al even donker als gloomy of zeker ook het erg frèle in het Grieks gezongen Driving (Έτσι Όπως Τρέχουμε) met als afsluiter Deep Is The Night dat je nog eens stevig kopje onder duwt met stompjes in de maag.
Het album klokt af op achtentwintig minuten, met slechts zeven songs, waarbij het toch vooral dat laatste kwartier is dat ons echt kan bekoren. Die vier songs grijpen ons werkelijk genadeloos bij ons nekvel. Jawel: Cacti, Stick With You, Driving (Έτσι Όπως Τρέχουμε) en Deep is The Night kleven nog aan onze ribben, een bijzondere sensatie toch wel, verhip!
Een constante op het héle album is natuurlijk wel dat aparte en veelzijdige stemgeluid van O’ Hanna.