Als eigen liedjes zingen altijd een beetje jezelf blootgeven is, dan is zingen in het Nederlands dat toch nog net iets meer. Er is minder om je achter te verstoppen. Elk woord voelt zoveel directer aan. Zinnen die mank lopen, vallen meteen op. Meis is echter onbevreesd: met zeven Nederlandstalige nummers over grote verwachtingen en kleine overwinningen levert ze een debuut-ep af om jaloers op te zijn.
Met Wacht begint het allemaal rustig en mijmerend. En net wanneer je denkt dat het gaat kabbelen, schudt Meis een prachtig refrein uit haar mouw. Met evenveel naturel glijdt het muzikaal van tintelende synths over dromerige snaren naar weemoedige blazers. In Alsof schildert Meis dan weer een stilleven of knutselt ze een kijkdoos, enkel met haar woorden: “De ruimte is smal, de kamer valt naar binnen / alsof het zonlicht vergat dat dat zijn taak was”. Hier is iemand aan het werk die weet welke kant ze uit wil.
Er bestaat zo’n spreekwoord over een appel en een boom. Meis heet eigenlijk Aysha de Groot en mag opa zeggen tegen de man die ons Testament, Verdronken Vlinder en Avond leerde kennen. Toch zou het oneerlijk zijn om Meis’ nummers met die van haar illustere grootvader te vergelijken. Ze is jong in andere tijden, grasduint in eigen thema’s en timmert aan haar eigen weg, stijl en stem.
Met Zee heeft ze alvast een instantklassieker gepend. “Ik ben heus niet bang voor water, ik weet alleen niet wat eronder zit”: kijk, met zo’n intrigerende openingsregel heb je onmiddellijk onze aandacht. Het diepe water waar Meis in het donker door waadt, is een metafoor voor al onze angsten en onzekerheden. En toch kneedt ze er een geruststellend lied van dat nog lang blijft nazinderen.
Waarom we meteen daarna Zee nog eens te horen krijgen, maar dan in een rustige akoestische versie, is niet helemaal duidelijk. Van een sterk nummer krijg je nu eenmaal nooit genoeg, maar deze versie sleept net te veel. Met Bram krijgt de ep echter wel een mooie, hypnotiserende afsluiter.
Meis blijft uiterst intiem en ingetogen op haar debuut. Live bewees ze echter al dat snedige rock haar ook als gegoten zit. Een gezapig nummer als Veel hadden we dan ook graag omgeruild voor wat stevigers. Hopelijk horen we Meis in de toekomst ook die kant van zichzelf meer verkennen, om haar muziek nog rijper en kleurrijker te maken.