Hey daar! Weten jullie; trouwe lezers, dat IJsland voor 1972 gewoon héél onbekend was? Ja, vulkanen lieten er al eens een boertje maar het waren Bobby Fischer en Boris Spasski die het eiland op de kaart zetten omdat ze, toen en daar, het WK schaak betwistten.
Nu weten wij niks van schaak wegens te dom, maar we weten wel iets van muziek. IJsland: daar komt niet zoveel vandaan behalve Björk en haar Sugarcubes. En nu dus Arny Margret, ijzig als haar eiland en klaar voor haar debuut.
Dit is het, dat, dit debuut en het zal jullie levens niet veranderen maar stiekem hopen we natuurlijk van wel.
De prille Dylan vormt zich rond het gitaargepluk in Whatever it Means, er worden vragen gesteld in Cold Aired Breeze, een van sneeuw dampende winterwandeling (“The clouds slowly mask my reflection, it makes me wonder who I am. What will I say will I be my own rejection or will I do everything I can?”)
Is het dan allemaal goed? Nee, want ze kan flink zagen (Balcony, bijvoorbeeld) maar jonge, heel porseleinen meisjes zijn nu eenmaal zo breekbaar als dit meisje. Het zijn zielenroerselen én of ze in haar ziel roert, maar door niemand laat roeren: vergeet het.
Dingen breken in Untitled, kaarsen gaan aan en zij uit want ze wil alleen zijn. Alle respect hoor, daarvoor. Koester haar. Maar we willen Arny Margret wel eens zien want met dit heeft ze ons schaakmat gezet.
Facebook – Instagram – Website