Wie bij Little Sad and Not so Sad Songs een “normale” Annabel Lee-plaat verwacht zal zich zonder enige twijfel vijf keer in zijn koffie verslikken. Eerst en vooral is het een taperelease, maar (en dat is nog veel belangrijker) horen we op Little Sad and Not so Sad Songs alleen maar Audrey Marot.
Voor wie zich geroepen voelt om de boulevardpers op te trommelen moeten we met plezier teleurstellen, de band is helemaal niet gesplit. Alleen vond Audrey dat de tijd (of de nood) er was om iets solo te gaan doen. Op de stem en de attitude na, staat deze release dan ook mijlenver van het geluid van de band die we kennen.
Geen gedreven powerpopnoise dus, wel tien intieme songs die allen gespeeld zijn op de akoestische gitaar. Het feit dat deze release op tape is uitgebracht geeft het lo-fi gevoel nog een tintje extra (die ruis weet je wel).
Little Sad and Not so Sad Songs staat vol fragiele songs en het is opmerkelijk hoe Audrey haar ziel in deze songs blootlegt. Zoals de titel zegt, soms wat triest, en dan weer vrolijk (hoewel). Het verlangen om de innerlijke roerselen aan de wereld te verkondigen. Zoals verwacht is het solowerk van Audrey wat te vergelijken met dat van Cat Power, maar hoort u ons daar één seconde over klagen?