Jonathan Pierce (frontman van The Drums en het enige nog originele lid, dus kunnen we meer spreken van het soloproject van Pierce) belooft voor het zesde The Drums-album een radicale ommekeer. Voorheen ging de man met zijn gitaar achter de computer zitten en na twee minuten had hij een song klaar. Pierce ging echter in therapie en dat had (naar eigen zeggen) een duidelijk effect op zijn relatie tot zijn kunst. Het proces vertraagde waardoor nieuwe en delicatere vormen tevoorschijn kwamen.
Vóór de release van Jonny kregen we al de singles I Want It All, Protect Him Always, Plastic Envelope, Obvious, Better, Isolette en The Flowers, waarin we maar weinig merkten van die aangekondigde, radicale ommekeer.
Het zijn allemaal vrolijke korte indiepopsong waarin de typische monotone drums iedere keer weer terugkomen in combinatie met sprankelende gitaren.
Geldt dit ook voor de andere nummers op de plaat?
Bij I’m Still Scared krijgen we een eigenaardige happy house-vibe, en Harms bestaat voornamelijk uit Pierce die in z’n eentje een duet zingt met zichzelf. Little Jonny lijkt een intro voor iets anders maar is blijkbaar het volledig nummer. Be Gentle en Green Grass zijn ballades zonder diepgang en Teach My Body is weer zo’n typische Pierce-compositie. Tijdens Pool God horen we monotone elektropop en bij I Used To Want To Die zingt Jonathan nog eens een duet met zichzelf.
Voor de singles koos Pierce duidelijk de veilige nummers met een herkenbare sound. De andere nummers op het album klinken als probeersels voor iets nieuws. Het blijft helaas bij probeersels en veel indruk maken de nummers niet. Het is best mogelijk dat Pierce lang heeft nagedacht over de liedjes op de plaat, een verpletterend resultaat levert al dat denkwerk niet op.