Mensen stellen vragen. Zoals: wat is country eigenlijk? Is het de blues der witten? En dan nog?
Ja, het is de blues van het witte volk en ze namen het over want zwarten zongen al meer dan een eeuw daarvoor over slechte vrouwen en al even slechte mannen en er werd met drank allerlei duivels uitgedreven. Het is zwart-witte blues voor hen die – gemeend – iets te vertellen hebben.
De wereld van de country was een machowereld waarin Hij zoop en sloeg. Zij wachtte, geduldig maar angstig, op Zijn thuiskomst. Onderdanigheid sierde in het zuiden van de country maar een rouwrandje sierde het vak; het snikken nadat weer een vent onder zijn Stetson begraven werd.
Maar de vrouwen hielden, zoals overal, de boel draaiende. Ze kregen slaag in een wereld van vroeger, ze heetten Patsy Cline (de allergrootste) en June Carter (ook al dood) en nu is Loretta Lynn dood.
En wat nu zo oplevend is aan een dood en begraven genre als C&W is dat vrouwen daarin de broek droegen en dragen. “Ga zuipen. Sla. Toon dat je een man bent, als dat moet.” Maar zij maakten de meest hartgebroken songs. Vrouwen weten wat pijn is.
Loretta Lynn is dood. Dochter van een mijnwerker, Coal Miner’s Daughter. Ze maakte mooie plaatjes. Wij niet. Wij schrijven over die plaatjes. En buigen, als er weer eens iemand sterft, in respect het hoofd.