Zowel Wallace Vanborn als Rhea hebben nieuw materiaal klaar en dus krijgen wij de kans om deze twee Belpop-kanjers vanavond in een dubbelaffiche aan het werk te zien in De Klinker Club in Aarschot.
Sinds hun finaleplaats in De Nieuwe Lichting in 2016 lijkt het alleen maar in stijgende lijn te gaan voor Rhea en hun behoorlijk stevige rockmuziek. Een tour in Europa en voorprogramma van Royal Blood en Wolfmother. Hun eerste ep Lust For Blood Pt. 1 in samenwerking met Alex Newport (Bloc Party, Death Cab For Cutie) verscheen in het voorjaar. Deel twee wordt verwacht in december.
Deze avond mogen ze de spits afbijten in een halfvol gevulde De Klinker. Zanger Jorge Van De Sande opvallend in een tijgervest en leadgitarist Guillaume Lamont met heerlijk foute python boots.
Het publiek krijgt niet echt de tijd om op te warmen want de mannen zetten met Silver Lines al direct een heuse wall of sound neer. Met het strakke en überaanstekelijke Baby I’m Sorry wordt de trend potig verdergezet. De frontman probeert het publiek wat aan te moedigen tot actie (of gewoon al een reactie). Na herhaaldelijke ‘Aarschot you motherfuckers common’ wil de redelijk flegmatieke meute jammer genoeg nog niet echt mee.
‘Tonight is about Rock ’n Roll” schreeuwt Jorge terwijl het overduidelijk Royal Blood-geïnspireerde Stuck In The Middle’ ingezet wordt. Het publiek lijkt iets of wat in beweging te komen. Muzikaal is dit live ook een heus bommetje: vuile gitaarriffs, moddervette bas en strakke drums. Vocaal moeten we toch opmerken dat Van De Sande in het eerste deel van de set wat lijkt te verdrinken in de bombast van het muzikale geweld. Dit wordt met het iets rustigere (nu ja voor zover je bij deze mannen van rustig kan spreken) Screaming wel goedgemaakt. Met Shut Up And Take My Money krijgen we nieuw werk van de jongens te horen en dat is meteen raak. Het aanstekelijke refrein en knallende drumpartijen zorgen voor een echte oorwurm en ongetwijfeld hun volgende hit in wording. Het kan aan de vermoeidheid liggen na het uitgebreide toeren of omdat het een nieuw nummer is dat dit nog niet echt ingespeeld is, maar ook hier gaat de zanger live in de hoge noten regelmatig de mist in. Nog een nieuw nummer is het meeslepende Under My Skin met een epische opbouw, knappe brug en een loodzware drumlijn die onze knieën doet knikken. Zeker ook eentje om in het oog te houden.
Met de stevige rockversie van Jay-Z’s 99 Problems bewijst de band en frontman Jorge (met de nodige rock ’n roll-attitude) dat niet alle covers per se slecht hoeven te zijn. De verrassing van de avond die voor de nodige sfeer in het publiek zorgt. En die ambiance wordt nog een tikkeltje aangedikt door gitarist Lamont die tijdens Never Out Of Sight met zijn weelderige krullen headbangend tussen het publiek springt voor een indrukwekkend staaltje gitaarles. Setafsluiter is het opzwepende Eyes On You dat ook op Lust For Blood Pt. 2 te horen zal zijn. Hiermee leunt de groep opnieuw dicht aan bij de Royal Blood-sound. Het heeft een spannend tegenritme dat als luisteraar je volle aandacht vereist en de drums klinken alsof er een reus ligt te meppen op het drumstel. Een waardige afsluiter van een wisselende set die het publiek vanavond niet echt meekreeg.
Dynamische rocknummers met loeiharde gitaarriffs, een strakke ritmesectie en een solide, herkenbare sound dat is waar het Gentse vijftal RHEA garant voor staat en waar wij ook voor kwamen. Maar het moet ons toch van het hart dat het live met momenten allemaal een beetje teveel van hetzelfde klinkt en vocaal niet altijd even sterk was. We misten wat variatie maar ook een hecht bandgevoel, dat na het optreden van Wallace Vanborn nog eens bevestigd wordt. Shut Up And Take My Money en Under My Skin klinken veelbelovend en we willen zeker meer van dat maar stiekem hopen we toch ook dat de jongens in Pt.2 nog net iets meer buiten de lijntjes durven kleuren. Wordt vervolgd.
De Gentenaren hebben volgende live-shows nog op het programma staan:
04-12 : Vooruit – Gent
13-12 : (dubbelaffiche met Black Mirrors) Geruis – Dendermonde
Wallace Vanborn dan. Al 10 jaar voorzien Sylvester Vanborm, Dries Hoof en Ian Clement het Belgische muzieklandschap van stevige, weelderige en scherpzinnige rocknummers. De Gentse rockformatie is met A Scalp For The Tribe alweer aan zijn vierde album toe. Vanavond is er de try-out in jeugdhuis De Klinker. De verwachtingen zijn hooggespannen, hier kijken we al een tijdje naar uit.
De productie van A Scalp For The Tribe nam de band volledig voor eigen rekening maar ze konden wel op de hulp rekenen van Sebastian Omerson voor opnames in de Number Nine-studio. De plaat werd daarna nog eens gemixt door Koen Gisen in studio La Patrie en gemastered door Maor Appelbaum in Californië. Het blijft stevige stonerrock maar de nummers op het nieuwe album zijn een iets toegankelijker. In plaats van eenzijdig hun gal te spuien pleit de band voor meer dialoog deze keer. Een soort compromis tussen het rauwe, apocalyptische van hun voorgaande platen en een iets volwassenere, gepolijstere sound.
De avond zal achteraf blijken een mooie afwisseling te worden van nieuw en oud werk van de Gentenaren. Ze vliegen er onder luid applaus dan ook zonder veel gedoe in met het zinnenprikkelende Am I The One You’re Looking For uit de nieuwe plaat. Met z’n hoog QOTSA-gehalte bloedstollende gitaarrifs en de smekende stem van Clement worden we in een wurggreep gehouden. Met de pure rock ’n roll van Supply & The Damned en Found In L.A. krijgen we zoals Clement zelf aankondigt enkele gouwe ouwe. Loeiende gitaren en ongenadige drumlijnen aangevoerd door de rauwe vocals van hun frontman.
Terug naar het nieuwe werk met het explosieve, psychedelische Even A Broken Guru Is Right At Least Two Times A Day . De titel alleen al, schitterend! Met Ian Clement als sprituele leider zijn wij met veel plezier een trouwe volgeling. De sinistere, rauwe zanglijn van Ian met Dries als tweede stem bezorgen ons koude rillingen die we tot in het puntje van onze tenen voelen. De frontman waagt zich zelfs kort aan een bezwerende parlando. De scherpe gitaaruithalen, drums en de tempowisselingen creëren een hypnotiserende sfeer, een trance waaruit we eigenlijk niet willen ontwaken. Dit is het soort van song dat live het beste tot z’n recht komt.
Met de aankondiging ‘we gaan de roest nog eens van onze schouders schrapen’ worden we terug in de tijd gekatapulteerd met het gepeperde The Lair, het schitterende maar hopeloos onderschatte Wastelands en dynamische Cougars. Strakke drums, wervelende gitaren, een intens zingende Clement ‘Give me high, give me low. We want more’. Amen! Clement demonstreert nog maar eens zijn veelzijdige, krachtige stem én zijn gitaarvirtuositeit feilloos bijgestaan door Hoof en Vanborm op bas en drums. De band heeft eigenlijk geen ‘frontman’ want er is een gelijkwaardig rolverdeling. Deze muzikanten vormen een hechte band, bijna familie. Ze spelen overduidelijk recht uit het hart en dat wordt nog maar eens duidelijk deze avond. We zijn lichtjes onder de indruk en aan de reactie van de andere toeschouwers te zien, zijn we niet alleen.
Terug naar het nieuwe werk met het ongelofelijk catchy From A To Yellow. Een grungy sound gekruid met een pikante Chillipepper-saus met leuke elektronische bliepjes verweven in verslavende gitaarlijnen. Beter kunnen we het niet omschrijven, je moet het gewoon horen om te begrijpen wat we bedoelen. Het zangtimbre van Ian komt in de buurt van Anthony Kiedis en live heeft de song een ongelofelijk punch. Dit nummer bulkt van het hitpotentieel en de radiostations die dit niet oppikken verdienen het niet om zendtijd te krijgen.
‘Tijd om te bezinnen’ vindt Ian Clement met Heart Is Where The Home Is. Die dwingende pulserende drumlijn, klievende gitaargeluiden en donkere basgeluiden. Het klinkt als het liefdeskind van The Queens Of The Stone Age en Red Hot Chili Peppers in de onweerstaanbare soundtrack van een opwindende achtervolging. I heard you wanna fly, just cut the wings straight from an angel straight from the dark… Zalig toch die teksten van Clement en co. Wallace Vanborn legt de lat zowel muzikaal als tekstueel hoog.
Met een Pink Floyd-esque intro en onder enthousiast applaus wordt Lara Chedraoui op het podium geroepen voor, wat ons betreft, het epische Mastering Ascension. Een subliem opgebouwd, gelaagd nummer met een veelheid aan instrumenten en invloeden. Een opwindende synthriff, tribal percussie, scheurende gitaren, fulminerende drums en een indringende, emotionele zanglijn van Clement in het refrein bijgestaan door de prachige stem van Chedraoui. Wat een machtig nummer en wat een performance! We kunnen niet anders dan onze mond laten openvallen van verrukking en onze haren ten berge laten rijzen. De avond kan voor ons niet meer stuk.
De stemming zit er in en het razende, opjagende tempo van het rauwe We Are What We Hide doet de eerste rijen flippen. De eerste echte moshpit is een feit. Een memorabele drumsolo waarbij Vanborm explodeert oftewel een gecontroleerde orkaan, zoals Wallace Vanborn zichzelf wel eens omschrijft. Met Cowboy Panda’s Revenge uit hun debuutalbum wordt de avond afgesloten. Live een muzikale, beukende pletwals die duidelijk in de smaak valt bij het publiek en ons in hogere sferen brengt. Dit is puur genieten!!
Jammer dat we van het nieuwe album het schitterende You Shot The Punching Ball met z’n dynamische stootkracht en spanningsboog vanavond niet te horen kregen. Of Devil In A Brother dat onherroepelijk Rage Against The Machine en Bodycountsferen oproept. Live zou deze nummers ongetwijfeld een ontploffend kruitvat geweest zijn. Een tip voor de komende liveshows? We weten het jullie te zeggen want wij hebben onze tickets voor Het Depot alvast gereserveerd.
Wallace Vanborn kan je live nog aan het werk zien:
08/02 Trix, Antwerpen
07/03 De Warande, Turnhout
27/03 De Vooruit, Gent
02/04 Nosta, Opwijk
09/04 Het Depot, Leuven