Het Aalsterse trio VVYNN, spreek uit: win, bracht vrijdagavond het concertweekend op gang in Bar Wilson (Nest) met een half uurtje wervelende indierock voorzien van een stevige 90’s touch. De oudere jongeren ter plaatse knorden tevreden, uw man deed net hetzelfde.
Twee ep’s heeft de band aangevoerd door Angie Clopterop tot dusver uitgebracht. Twee maal een visitekaartje waaruit onmiskenbaar een voorliefde voor de gruizige gitaren van twee decennia geleden blijkt. Poprock met een grungy twist – The Breeders mogen opdraven als referentie – zonder retro te klinken.
Al dat gitaargeweld blijkt niet eens nodig; een handvol akoestische shows bewees al omstandig dat de VVYNN – nummers sterk genoeg zijn om ook niet-geëlektrificeerd door het leven te gaan. Dat kan bezwaarlijk van iedere jonge band worden beweerd.
Vrijdagavond stond het vorig jaar uitgebrachte Lux centraal. Alle nummers van de ep werden er vlotjes doorgejast, wel geplaagd door een redelijk mottige mix die de frele zang bepaald geen deugd deed en de bas onbedoeld hard op de voorgrond plaatste.
Het manke geluid zette geen demper op het aanstekelijke enthousiasme waar het power rio mee uitpakte. Het hoogtepunt waar netjes naar toe werd gewerkt bevond zich midden de set met het drieluik Shade – Sirens – Shewolf. Een krachtig trio van fijne melodieën waarmee het pad werd geëffend naar het verongelijkt hakkende Rubicon – ‘I think we lost it all’ – het enige nummer van de eerste ep dat de playlist haalde. Te goed om het niet te spelen.
Met Glass Floors werd afgesloten. Einde van een half uur prettig-pretentieloze poprock met de nodige weerhaken. Iedereen content. Ganz Gut!