“Ze gaat ook zo met Pasen uit”, repliceerde ze op de nonkel die haar met Halloween complimenteerde met haar geslaagde outfit. “Ge pakt toch ne pullover mee, hé? ’t Is nog gene zomer…”, klonk het vandaag.
Moeders. Of je nu 20 of 60 bent, de meeste blijven – met onvoorwaardelijke aanvaarding en zorg – hetzelfde. En een hele bende 20 tot 60-jarigen (we doen een voorzichtige inschatting), vond de vluchtroute van het heilige familiefeest rechtstreeks naar Bar Bricolage, waar Scratch & Snuff een line-up presenteerde, veel smeuïger dan het paasei deze ochtend!
Mooi te zien dat in de late namiddag het publiek zat te genieten van de warmte van de zon en de frisheid van de pintjes in de – vrij volle – openluchtbar. Bezorgd, want wie ruilt dàt nu in voor een portie sonische rauwheid in een donkere, frisse zaal? Onterechte zorgen, want Mitraille opende deze Better & Bigger-editie van een pandemisch uitgesteld mini-festivalletje en lokte meteen het volk naar binnen met hun garage fuzz punksound. Met Cancelled legden ze meteen de link naar uitstellen, aflassen, teleurstelling,… waarmee we de laatste 2 jaar op muzikaal uitjes-vlak te vaak geconfronteerd werden. Het nummer verscheen op het eind van de eerste lockdown in 2020 op hun derde ep Schroothoofd.
Wild en rebels klinken ze. Bij het derde nummer springt een eerste gitaarsnaar, maar dat houdt hen niet tegen om even geweldig en krachtig aan nummer vier te beginnen, tot de Tramhaus-gitariste liefdevol haar knalroze punkgitaar uitleent. Hij zou er zorg voor dragen, belooft hij, maar ook bij deze moet er een snaar én uiteindelijk ook de gitaarband aan geloven. Hopelijk verkochten deze heren flink wat merch, want ze vielen in kosten… In een lo-fi-punksfeertje waar ‘poeier’ achter zit, met ronkend stomende bas, krijgen we naar een climax oplopende riffs en shouts te horen met psychedelische trekjes en gaan ze stevig rechtdoor in een hoog tempo, zonder in te boeten aan melodie. De samenzang van bassist en gitarist geeft hun geluid af en toe een Amerikaans punkrock-karakter, hoewel het geheel toch gewoon als goeie, inheemse smurrie aanvoelt!
Met het laagste punkgehalte in deze line-up zette de nowave-/postpunkband Milk TV wellicht de meest uitgesproken eigen sound neer deze avond. Indrukwekkend fijn, want hun tracks zetten ongetwijfeld aan tot dansen, met erg natuurlijk klinkende ritmedetails. In het algemeen leveren ze een vrij warm geluid af, waarbij in elk nummer continu verrassende onvoorspelbaarheden opduiken. Ze versmelten heel wat genres in 1 track, doen dit naadloos en komen er – bij ons alvast – erg goed mee weg. Absurde haakse elementen in zang en gitaar, wat galm op de micro en een funky energie die zo overslaat op het publiek. Het zou experimentele impro kunnen geweest zijn, want klonk soms als warrige heisa of gebricoleerde absurditeiten, maar daarvoor leek het dan toch weer net iets té netjes afgewerkt. Met een portie ironie en humor in de teksten en heel wat speelse elementen, zoals in hun recente single Anorak, maar vooral een fris originele sound, wisten Brusselaars Matthieu Peyraud (zang, bas), Casper De Geus (gitaar) en Thomas Vaccargiu (drum) hier heel wat zielen te veroveren.
Vanuit Rotterdam zakte Tramhaus af om er een stomende set te spelen. Het geluid neemt exponentieel toe, per band die het podium vult. Vol en rijk, vuil en alles vernietigend. Met vijf op het podium, zetten ze een behoorlijk geluidsmuurtje neer. Met een frontman die er staat en een bassiste, gitarist, gitariste en drummer waar je het plezier van op een podium te staan kan aflezen, vuurt Tramhaus de ene broeierige track na de andere af. Attitude en lef in hun sound en teksten, als we nog maar denken aan de instrumentaal iets zachter, track I Don’t Sweat, dat ironisch erg koeltjes gebracht werd, met een diep donkere baslijn om een instant huwelijk mee aan te gaan.
Wellicht hebben we dit genre al net iets te veel gehoord in ons leven, maar wat Raw Peace bracht, klonk ‘bigger’ van sound, maar konden we niet als ‘better’ beleven. Instrumentaal en vocaal was het er uiteraard, als een gebalde vuistslag, recht op. Een band die er kwalitatief, met kracht en energie staat. Maar ons nog weinig doet. De tracks gingen in hoog tempo razend en brullend door. Rechtdoorzee hardcorepunk, waarbij vooral de agressieve ondertoon blijft nazinderen, maar daarbuiten weinig losmaakte. Bij ons alvast, want het publiek met opspattend zweet in de wervelende moshpit denkt er ongetwijfeld – en wellicht terecht – anders over.
Waar we vrij zeker van waren dat het ons wél zou raken, was het optreden van de Limburgse sludgegrungeband Peuk. Een band die dat sinds hun prille start al deed, ons volledig mee had met hun debuutalbum en ons nu wat zenuwachtig maakte, omdat we wisten dat ze nieuwe nummers hebben, die we nog niet gehoord hadden. Iedereen weet hoe lastig het voor fans en bands is, als die tweede plaat die eerste, geprezen, niet zou overtreffen. Wat als…? Maar opnieuw komen we terug tot we al eerder ervoeren door dit drietal: Peuk is als een welkome blitzkrieg, als een vuilere, ruigere, eigen versie van Nirvana, Sonic Youth en Hole.
Openen deden ze met Drunk’n Caravan van hun debuut, gevolgd door Skin It. Zangeres/gitariste Nele Janssen blaast ons meteen omver met haar stem die het zowel uit kan schreeuwen, als fragiel weet te raken. Rasmuzikanten Dave Schroyen op drum en bassist Jacky Willems doen geen greintje onder. Hoe schoon zij versmelten met hun instrumenten, hun blikken slechts enkele keren oprichten om te genieten van het publiek of te checken of hun bandmaatjes ok zijn…
Peuk laat vanavond al behoorlijk wat nieuwe nummers horen. Onder werktitels, want hoewel we na het horen van het nieuwe werk liefst met een plaat onder de arm naar huis zouden trekken, is de band er nog volop mee aan het werk. Zo horen we Rudy, dat met een speels ‘come and get me’-refrein en haakse gitaar charmeert. Met een zuiders ritme en gitaarwerk opent Break Table, dat even later open barst met weids vocale switches door Nele. “We never felt so thirsty…”.
Ook zijn er 2 nummers met werktitels die duidelijk verwijzen naar hun inspiratie. Zo klinkt Sonic uiteraard jeugdig, met de heerlijke lazy, zware stonergrungesound zoals we die van Sonic Youth kennen. Van hoogschreeuwende vocalen, een doodsschreeuw tot bijna lieflijk gedropte woorden… Ook Pixie is er zo eentje met ‘linken naar…’. Een zachtere track met melodische strofes en een sterke instrumentale opbouw. Wat de nieuwe nummers zo sterk maakt, zijn vooral de variaties in stemgebruik door Nele. Ze laat zich op alle fronten horen. We never felt so thirsty, Peuk. Met lege handen en een vol hart laten we dit overweldigend sterk optreden bezinken. Er is nooit genoeg Peuk.
Wanneer Pink Room uit de schatkluis der noise-, punk, trash-, fuzz- en garagerock tevoorschijn komt, zien we de positionering binnen het publiek wijzigen: Op de eerste 2 rijen treden wel erg enthousiaste dames (ja, hij heeft charisma, die frontman), waarachter de heren zich centraler opstellen, klaar om zich in de pit te gooien. Als de band zowat klaar is voor de eerste noten, verschijnt er een boze dame op het podium, die wordt verwijderd, maar nadien ook nog verwoede pogingen doet om langs de klankman op het podium te geraken. Even dachten we dat het ‘part of the act’ was – want de heren zijn niet vies van wat gekheid op het podium – maar het bleek toch om een vrouw te gaan, die even de weg en de voeling met de realiteit kwijt raakte. Pink Room stoorde er zich niet aan en deed waarvoor ze gekomen waren: de zaal in lichterlaaie zetten en de temperatuur de hoogte injagen! Vuil, luid en trashy, maar vooral met een ijzersterke volle sound palmden ze het publiek in met nummers van zowel hun eerste plaat Zum Kotzen als opvolger Putain Royale. Hamerend drumwerk, in een rauwe punk rock ’n roll sfeer, met psychedelisch gitaarwerk en frontman Bart Cocquyt die uit zijn bas diepe trillingen tokkelt, terwijl hij de nummers met zijn woorden een ziel toeschreeuwt.
De hele namiddag stond er in Bar Bricolage een retro game console, waarop we Turf War konden spelen, de computergame die de bandleden zelf progarmmeerden (met zichzelf in de hoofdrol uiteraard). Wij geraakten niet veel verder dan een high score van 200, waarna er telkens weer Wasted op het scherm verscheen. Ook na vanavond, blijft Wasted één van onze favoriete tracks. Het drumwerk en de herhaling van de woorden blijven het doen. “I never been so wasted! Regrets! Regrets! Regrets!” Geen greintje spijt voelen we na dit optreden, Pink Room!
En neen, afronden doen ze hier niet zomaar met een dj-set, maar met het dirty electroduo Kill Test. Het gaat om leden van Vogue en Haemers, maar we herkennen de man achter de elektronica ook vooral als de gitarist van Pink Room. Vette, wild onbegrensde beats, met de nodige vuiligheid daartussen en live vocals die de laatste energie in ieders lijf in een aantal minuten weet te verdubbelen!
Pink Room / Peuk / Tramhaus / Raw Peace / Milk TV / Mitraille / Kill Test