De Brusselse Botanique omarmde gisteren in haar grootste zaal, de Orangerie, twee artiesten met een totaal andere oorsprong, achtergrond en invalshoek. De 27-jarige Alexandra Savior McDermott uit Portland, Oregon, heeft twee platen op haar cv staan. Als tiener werd ze op Youtube opgemerkt door ene Courtney Love en door 4 Non Blondes’ Linda Perry met Fiona Apple vergeleken. Voor haar debuutplaat Belladonna Of Sadness kon ze rekenen op de schrijfhand –en spandiensten van Alex Turner van Arctic Monkeys. Twee jaar geleden kwam opvolger The Archer uit die ze nu in feite een beetje kwam presenteren. Razend benieuwd.
Als voorprogramma kregen we een Franse zangeres, Sarah Maison, te horen. Ook zij heeft een psychedelische invalshoek maar verpakt die gans anders, namelijk met Franse chanson en Oosters impressionisme. Dit resulteerde vooralsnog in drie ep’s: Western Arabisant, Soleils en Karma.
Maison kwam al meteen met Karma aanzetten, opgesmukt met Bardot-achtig zuchten, stijl Et Dieu Créa La Femme. Vreemd genoeg klonk Sarah best wel anders dan op de ep waarvan dit nummer is geplukt. Daar horen we vooral soulvolle chanson à la Vendredi Sur Mer maar in de Orangerie klonk het aanvankelijk oosters electro. Ze is best een rijzige dame en was piekfijn uitgedost met hoge hakjes die haar nog groter maakten. Het gros van haar muziek stond op tape, waar ze overheen zong. Live hoorde je de subtiele instrumenten niet hoewel ze een bassiste had uitgenodigd, Camille Frillex.
Ze wilde hoop uitstralen met het nummer A La Clareté Du Jour. We hoorden haar “des yeux de tristesse et une lourde lumière” zingen tijdens deze nochtans vrolijk huppelende song. Musul gaat over de liefde en klonk ook oosters maar Sarah zong hier hoog en dat klonk meteen anders. Western Arabisant was dan echter helemaal niet Arabisch maar pure chanson.
De teneur van de nummers veranderde en het was op het einde vooral haar hoge stem die indruk maakte, of irriteerde want Sarah zong gemaakt vals, maar deed Bardot dat vroeger ook niet af en toe? “Le ciel bouge dans mon coeur”. Afsluiter deed ze met titeltrack Soleil . “J’attendais ça depuis longtemps”. De live prestatie van Sarah Maison was helemaal niet wat we ervan verwacht hadden maar het intrigeerde en fascineerde wel tot de laatste noot. Grappig is ze bovendien ook want ze zocht vaak de interactie op met het publiek en altijd had ze het laatste woord.
Bardot iemand? Op de tonen van Initials B.B. van Gainsbourg werd het sein gegeven voor de blijde intrede van Alexandra Saviour. De Amerikaanse kwam in een sobere bijna preutse outfit maar gezegend met een zwoele stem het volk groeten.
De roadie was voordien de ster want hij slaagde er in vier keer haar gitaar van positie te veranderen op het podium. Het eerste wat ze deed was die gitaar terug verzetten. Hilarisch! Haar piano-gitaarsongs zijn op plaat behoorlijk melancholisch. Dit zal Turner indertijd ook niet ontgaan zijn. Ze maakten overigens samen een nummer voor zijn andere band The Last Shadow Puppets. Haar laatste plaat staat naar eigen zeggen vol “feminist angst horror film feel”.
Saving Grace opende braaf maar heel erg sfeervol. De fans aten wel meteen uit haar hand en Alexandra liet zien dat ze pretoogjes heeft en in termen van humor niet moet onderdoen voor Sarah. Het feit dat ze in het begin een paar mondjes Frans probeerde te spreken maakte haar natuurlijk super sympathiek.
Al snel volgde het nieuwe All The Girls dat meer richting Twin Peaks’ druilerige jazz opschoof. In het met Turner flirtende Vanishing Point gooide Saviour stilaan alle schroom van zich af en liet horen dat ze niet alleen over een verbluffend straffe stem beschikt maar die ook erg gevarieerd etaleert op een podium. Soms is dat snerpend in een Oregonees – bestaat dat? – dialect, maar ook vaak bedaard engelachtig. Opener Soft Currents van haar laatste worp The Archer beantwoordde aan dat laatste. Bloedmooie song die de aanzet was tot een in alle opzichten prachtige finale.
Saviour bracht een kwartet mee, drummer Alexandra Radakovich en de immer lachende Lily Breshears op de synths, maar vooral de bevlogen gitarist Mitchell Gonzales kreeg vaak een terecht open doekje.
Beach House en Angel Olsen flitsten wel een paar keer door onze hoofden terwijl Savior ons in een stevige regenachtige septemberknuffel omarmde. Nog een nieuw nummer werd erg grappig aangekondigd. You Make It Easier vond ze voor de gelegenheid beter klinken als ‘cheesier’ maar in de Botanique spreken we Frans dus waarom niet ‘fromagier’. Behoorlijk wegmeanderende americana overigens, deze wegsmeltende brok heerlijke kaas. Ook Alexandra zong heel divers maar naarmate de set vorderde, kregen we vaker de krop in de keel want hoe mooi regenverjagend is haar stem niet? Steeds meer gingen haar armen de lucht in en bewoog ze gedoseerd gracieus over het podium.
Can’t Help Myself is de uptempo song die het uitmuntende slot finaal inzette. “She don’t wanna go to sleep” … Girlie is vintage Patches. In het laatste nummer But You zong Alexandra met opzet moeilijk en het nummer schuurde lekker dankzij de Arctic Monkey-gitaarsound. Ondanks het feit dat dit zogezegd al een extra song was (You could have fooled me Alexandra) kwam ze terug voor een geweldige versie van The Archer.
Zichtbaar ontroerd meldde ze dat ze deze warme respons twee jaar geleden had moeten krijgen, maar dat ze zo dankbaar is voor de steun die ze in de Orangerie voelde. Mitchell Gonzales kreeg hier een glansrol toebedeeld en bracht de zaal in extase met een geweldige gitaarsolo. We kregen nog een laatste nummer, Mystery Girl. Hierin zong ze iets als “Playing tricks on me. Awoeee. Don’t try to calm me down.” Savior liet zich vallen in een extatische bui en zorgde zo voor een einde in crescendo van een bedwelmend mooi concert dat ze bewust aarzelend inzette om dan ‘all the way’ af te ronden.
Alexandra Savior – Sarah Maison