Het Gentse Sint-Pietersplein. Een immens plein dat iets met muziek heeft. Het was de plaats waar we voor de laatste keer een handgebaar naar Luc De Vos konden wuiven en ook een plek dat meermaals omgetoverd wordt tot een concertplein. Met een paar memorabele namen. De aandacht voor het concert van Massive Attack zo’n twee jaar geleden verslapte wel eens door de ellenlange rijen aan de bar, maar de show zelf was briljant. Er waren ook memorabele concerten van Prince en Leonard Cohen.
Deze zomer was het de beurt aan Björk. Terug heropgevist door Gent Jazz en wie weet kon dat best lukken, want wellicht zal men tot op het einde van het jaar blijven volhouden dat een paar dagen eerder David Byrne in de Oude Bijloke het concert van 2018 heeft gespeeld. Of Björk dat ook zou doen? Helaas voor haar en nog meer voor het publiek, is de IJslandse net iets te extravagant en te verwend om haar fans te trakteren op een denderende rit doorheen een solocarrière van 25 jaar. Wel koos ze (bijna) voluit voor haar Utopia-plaat, eentje die uitblinkt in verveling.
Dit jaar wordt ze 53 en het moet worden gezegd. Was ze ooit de voortrekster van een generatie die de ontbrekende schakel tussen indiepop en dance had gevonden, is ze nu een artieste geworden waar zelfs de die hard-fans wel eens de schouders durven voor ophalen. Wij gaven haar de kans, een icoon als zij verdient dat.
Van Björk mag je alles verwachten. Dat was in tijden van The Sugarcubes zo en dat is nu zeker niet anders. Dat de IJslandse nog altijd liefhebster van vreemde muziekjes is, merkten we meteen al aan de door haar gekozen support acts.
Afrikaanse avant-garde (of wat het ook was) van het Londense Klein en de destructieve breakcorebeats van Lanark Artefax. Achteraf bleek duidelijk waarom de support acts slechts een draaitafel op het podium mochten hebben, want achter het zwarte doek wachtte het sprookjesachtige Björk-decor.
We hadden het al eerder gezien bij Massive Attack toen de legende Adrian Sherwood er al eerste plaatjes mocht draaien. Zoiets lukt niet op het Sint-Pietersplein, en bij Klein en Lanark Artefax deed het dat al evenmin. Noem ze hipsters of wat dan ook, maar de mensen rondom ons die gehurkt gingen zitten om een boek boven te halen konden ten minste de tijd doden.
Eens de beats de stilte werd opgelegd, was het wachten op de sprookjesfee. We hoorden een korte tape die minutenlang op repeat stond met daarop allerlei vreemde dierengeluiden en dan viel het doek: een groot scherm verwoorde de essentie van Utopia. Iets wat er bij het heerschap als Trump maar niet blijkt in te gaan: het is vijf voor twaalf voor onze planeet.
Het volk wist niet waar eerst te kijken, het leek wel alsof alle praalwagens van de nakende Gentse Feesten-stoet op het podium waren beland. Een paradijselijk decor waartussen haar medespelers (een heleboel dwarsfluitspelers, een drummer en een harpiste) verscholen zaten. Dit waren de instrumenten waarmee we het zeven minuten zouden moeten mee doen en natuurlijk ook iemand die zich volgens Björk met het elektronische gedeelte bezig hield. En neen, de sprookjes van Koningin Fabiola waren nooit ver weg…
Toen Arisen My Senses zagen we Björk volledig verpakt in een vreemd hoofddeksel en een pak waar de modeontwerp(st)er van dienst zich zou voor moeten schamen. Er was geen glimp van Björks gelaat te bespeuren, ook in Gent toonde de diva zich van haar beste kant als ijskoningin. Weinig of geen emoties, Björk speelde gewoon de rol van Björk en de conversatie bleek beperkt tot een “merci bien” of een “bedankt”.
Wie de Björk van de jaren 90 aan het werk wilde zien, kon eigenlijk al na vijf minuten zijn biezen pakken. Verder dan Isobel, Human Behaviour en afsluiter The Anchorship (niet toevallig de beste nummers uit de set) ging de teletijdmachine niet. Wel een extra large-trip door Utopia waarbij we op grote videoschermen animatiebeelden zagen die verduiveld veel op Avatar leken. Björk als warrior zoals in Loss waarin we nog eens de oude Björk konden horen. Vette beats, weet je wel.
Het enthousiasme van het volk bleef beperkt tot een beleefdheidsapplausje. Slecht werd het nooit, zelfs nooit vervelend, wel waren we getuige van het feit dat Björk zich meer en meer isoleert in haar eigen gemaakte wereld. Mooi om naar te kijken, maar het genie van weleer moet meer en meer wijken voor het extravagante. Het siert haar, maar of de fans dat ook met open armen ontvangen?