Boombox Experiments maakt “akoestische elektronica om al dansend bij weg te dromen”. De band speelt op 23 oktober in JH De Moeve in Lier.
Waar komt de naam vandaan en stel jullie eens voor!
Boombox Experiments is een Antwerpse band die bestaat uit Thomas De Clerck (samples/gitaar/synth), Marijn Claeys (piano/synth), Wouter Ysenbaardt (samples/drums), en Guy Hazelof (basgitaar). We maken naar eigen zeggen ‘akoestische elektronica’, maar we doen dat zonder computer op het podium.
De naam werd bedacht/gevonden door Thomas, een grote fan van de Amerikaanse psychedelische cult-band The Flaming Lips. Hun zanger, Wayne Coyne, organiseerde ooit een optreden waarbij het publiek simultaan fungeerde als orkest. Ze moesten zich niet wagen aan saxofoon of cello, maar kregen een Boombox (denk aan een oude Ghettoblaster) waarin een cassette met muziek van Wayne zat. Wayne was de dirigent en dirigeerde het orkest, waarbij personen de cassette moesten afspelen en weer stopzetten. Het klonk uiteraard verschrikkelijk, maar het was wel een cool concept!
Hoe moeten we jullie muzikale geschiedenis tot nu voorstellen?
Als een constante zoektocht naar onze eigen muzikale identiteit, met het nodige vallen en opstaan. Tijdens de eerste maanden dat we samenspeelden, in 2018, probeerden we allemaal tezamen nummers te schrijven die ontsprongen uit jams tijdens onze repetities. Helaas leidde dat niet altijd tot de meest kwaliteitsvolle songs. Gelukkig zijn we daar zelf op tijd achter gekomen, en volgde een heuse tabula rasa.
Daarna heeft Thomas het voortouw genomen om de basis van alle songs te schrijven, waarna we die samen met z’n allen finaliseren tijdens de repetities. Dat werkt voor ons veel beter. Het is onze songs ook duidelijk ten goede gekomen.
Wanneer volgde het besef dat muziek spelen jullie passie is?
Al heel vroeg. Wouter en Thomas kennen elkaar al van kinds af aan via de muziekschool, en spelen al heel hun leven samen in bands. Alle kneepjes van het vak hebben ze daar dan ook geleerd. Marijn z’n hele familie is extreem muzikaal, dus hij groeide op tussen de piano’s en vinylplaten. Guy is nog niet z’n hele leven bassist, maar muziek heeft hem altijd al mateloos gefascineerd. In een recordtempo leerde hij zichzelf basgitaar spelen.
De band begon als duo: Thomas en Wouter. Later volgde ook Guy en tot slot werd Marijn nog toegevoegd. Al sinds onze eerste repetitie met vieren voelden we: “dit zit juist”.
Wie zijn voor jullie inspiratiebronnen en hoe zou jullie muziek het best omschreven worden?
Op 13/08 hadden we het voorrecht om op te treden op Jazz Middelheim. Onze stijl is moeilijk te vatten in traditionele genres, maar het leunt zeker dicht aan bij de sound die andere bands brachten die dag: het elektronisch gedaver van Echt!, de subtiele jazztronica van Portico Quartet, en de met samples doorspekte jazz-funk van STUFF.
Zelf noemen we het vaak gewoon ‘akoestische elektronica’.
Met welke band of artiest worden jullie vergeleken, hoewel jullie dat absoluut niet willen?
De meeste mensen die onze muziek appreciëren kunnen ons moeilijk met andere bands vergelijken, dat blijft voor ons toch wel het grootst mogelijke compliment. Een eigen sound creëren is namelijk niet gemakkelijk, en het heeft toch een tijdje geduurd voor we zelf een rode lijn zagen in onze eclectische setlist.
Een goed voorbeeld van zo een band kunnen we dus helaas niet noemen.
Onlangs zei iemand ons dat onze muziek juist niet eclectisch genoeg was. Toen moesten we toch even de wenkbrauwen fronsen. Maar iedereen reageert anders op muziek hé…
Voor welke band willen jullie graag het voorprogramma spelen en waarom?
Er is momenteel een hele mooie scene rond de muziek die wij spelen: bands als Kau Trio, Echt!, Tukan, etc. inspireren ons mateloos.
De band waar het, alleszins volgens ons, allemaal mee begon is STUFF. De godfathers van de Belgische ‘electronic jazz/hiphop-scene’. Die mannen blijven er toch met kop en schouders bovenuit steken hoor. Als zij ooit bellen voor een voorprogramma doen we het gewoon gratis. You can quote us on that!
Wat maakt jullie anders dan andere bands?
Hoewel we onszelf toch wel tot de groeiende groep instrumentale elektronica-groepen rekenen, zijn we daar toch een buitenbeentje. Onze songs zijn niet echt ‘beats’, maar eerder composities. Sommige mensen dansen erop, andere dromen weg. Iedereen reageert er anders op en iedereen heeft een andere favoriet. Dat vinden we zelf heel mooi.
We vreesden eerst dat onze muziek te eclectisch zou zijn, maar nu is dat meer onze trademark geworden: elk nummer is totaal anders dan de rest.
Wat wordt de volgende (grote) stap voor de band?
Festivals aaneenrijgen.
We hebben al een ep uitgebracht, onze muziek is op de radio gedraaid (thanks LEFTO!), we hebben Jazz Middelheim geopend, en we hebben al een mooie fanbase opgebouwd. We hebben eigenlijk al meer bereikt met onze muziek dan we ooit zelf dachten, dus hetgeen dat we nu vooral nog willen doen is live spelen. Zoveel mogelijk!
En wat is jullie favoriete plaat aller tijden en waarom?
De debuutplaat van STUFF.
Individueel zullen we allemaal wel andere favorieten hebben maar als band blijft STUFF. toch onze grootste inspiratie.
Wat is het mooiste en het minst mooie aan muziek?
Het mooiste is dat het voor iedereen anders is. Geen een persoon heeft exact dezelfde reactie op een muziekstuk als een ander. Het is iets unieks en persoonlijks.
Helaas is muziek en geluid tout court niet zonder gevaar. Veel mensen in de culturele sector kampen met gehoorproblemen en bij ons is dat niet anders. Jongeren nu zijn daar wel meer mee bezig, maar toen wij vroeger uitgingen droegen we niet altijd oordoppen. Dom, dom, dom.