Tekst: Dillian Penel
Sfeervol blauw licht schijnt over het podium in zaal De Zwerver vooraleer Lee Swinnen (met bakkebaarden) en zijn kompanen het toneel betreden als Frankie Traandruppel. Leffingeleuren is begonnen!
Druppelend komt het publiek binnen terwijl Lee plagend zijn gitaar staat te stemmen om dan meteen over te gaan naar de openingstrack. Wat we krijgen zijn korte nummers met soms stevige tempowissels (The Lone Ranger, Knock Your Boots) afgewisseld door lijzig gezongen tragere songs. The Darkness (comes 2 town) is zo een mooi voorbeeld en sluit hier de set af. Een trage donkere (sic) songs die de in mei verschenen plaat Castling niet haalde maar hier wel passend afsluit. Een goed half uur en meer dan een dozijn songs maken dat de openingsact een staalkaart kan geven van wat Frankie Traandruppel zo allemaal te bieden heeft. En dat smaakt naar meer.
Kort daarop start in de Apollo (de kapel van vroeger) het Haïtiaanse Chouk Bwa hun optreden samen met het Brusselse The Angstromers.
Voor ons is het eerst wat onwennig en traag startend. Maar de muziek en set groeit. De beats lijken eerst weinig tot geen impact te hebben maar eens de bezwerende percussie het overneemt en de zware elektronische begeleidende beats erbij komen worden we weg gekatapulteerd naar verre en donkere oorden. Logisch want de voodooritmes lenen zich daar natuurlijk toe. De bandleden van Chouk Bwa staan kleurrijk in het midden van het podium. Percussionisten wat naar achteren geplaatst en de zangpartijen beurtelings vooraan te bewonderen. Die worden op hun beurt geflankeerd door de twee leden van The Angstomers. Chouk Bwa doet gewoon zijn ding en The Angstomers sturen de muziek dieper naar onze maag. Songs die het diepst onder onze vel duiken zijn toch wel Negriye en Ogou Bwe.
In deze donkere setting werkt deze benadering echt wel en voor even zaten we toch in een woud ver van hier. De temperatuur voelt ook zo aan, dus het plaatje is perfect. Twee muzikale stromingen die een kolkende rivier vormen.
Als vier op één lijn presenteren de heren van The Hicky Underworld zich. Letterlijk en figuurlijk. Het gebeurt niet vaak dat de drummer gewoon vooraan tussen de gitaristen in geposteerd word maar dat is in dit geval niet meer dan logisch. Drummer Jimmy Wouters zijn ritmes bepalen enorm de vorm van de doolhoven die The Hicky zo graag maken. Hun muziek is verre van hapklaar maar voor diegenen die ze de tijd gunnen ze te ontrafelen is de beloning altijd groot. Zeven jaar lag de band stil maar dit jaar brachten ze twee nieuwe uitstekende singles uit (Living On Big Foot en Wall On The Fly) en zijn ze terug shows beginnen geven. Gitarist Jonas Govaerts is terug aan boord en deze originele lin-up geeft ons een les in speelplezier gepaard gaand met vakmanschap. Strak maar met een veelvuldige glimlach zien we de eerder vernoemde leden samen met Younes Falktakh (gitaar en zang) en Georgios Tsakiridis (basgitaar) blikken uitdelen terwijl de zaal meer een meer op temperatuur komt. Hier en daar begint men te moshen en wanneer de eindspurt ingezet wordt met hun grote hit Future Words trekt men die lijn heerlijk door met een stomende versie van Blond Fire. The Hicky Underworld are back en we wachten vol ongeduld op de nieuwe plaat die zeker in 2025 – maar laat ons op 2024 hopen – uit zal komen,
Nog een band die terug in originele bezetting spelen zijn Pigs,Pigs,Pigs,Pigs,Pigs,Pigs,Pigs uit Newcastle. Naast de niet voor de hand liggende naam krijg je ook vijf leden die bij elkaar geraapt lijken. Drummer Ewan Mackenzie , terug na vijf jaar weg geweest te zijn, neemt dus – sinds hun vierde plaat die in februari uit kwam (Land of Sleeper) – terug zijn rol op en de band brengt dan ook een waarlijk indrukwekkende show. Zanger (en geboren performer) Matthew Baty staat blootsvoets op het podium – net zoals bassist John-Michael Joseph Hedley – en brengt een soort Freddy Mercury-show. Niet alleen lijkt hij ‘de broer van’, maar buiten het feit dat de muziek – smerige stoner rock en metal (vandaar de groepsnaam) – niet bij het plaatje past, zien we een frontman die de aandacht zuigt en ons begeesterend terug wild maakt. Halfweg de show bedankt hij de volle zaal. Hij beklemtoont hij dat hij beseft dat niet iedereen de band kent en dat zeker niet iedereen deze muziek een warm hart toe draagt maar dat hij iedereen wil bedanken om te komen en het een kans te geven. We zijn dan een goed half uur weg en hij geeft aan dat alles wat we tot dan hoorden slechts een opwarmer was. Het echte werk begint dus pas. Hij demonstreert de perfecte headbang maar adviseert een kleinere, voorzichtigere te gebruiken als leek.
Wanneer hij A66 wil aankondigen als afsluiter heeft Pigsx7 Leffinge ingenomen en overtuigd. We blijven applaudisseren en fluiten en het doet ze alle vijf zichtbaar deugd. Pigs,pigs,pigs,pigs,pigs,pigs,pigs. Applaus,applaus,applaus,applaus,applaus,applaus,applaus!
Ook uit een havenstad maar dan iets dichterbij (Rotterdam) komt Tramhaus ons daarna nog gezelschap brengen. Make It Happen, de heerlijke single waar alles dat niet zou mogen gebeuren toch maar gebeurt, is geen ééndagsvlieg. Dat maakt ook deze show duidelijk. Gitariste Nadya van Osnabruuge viert haar 26e verjaardag en dat werd al gevierd en zetten we dus nu door. Karen Is A Punk, Minus Twenty, I Don’t Sweat en Switch (met schreeuwende Nadya) passeren hard de revue en zanger Lukas Jansen dartelt op het podium als een Julians Casablancas op speed. Tramhaus maakt een leuke mix van indie en postpunk en de nummers zijn zo ook lekker onvoorspelbaar.
Het is nog steeds wachten op hun officiële debuutplaat, maar na passages op Best Kept Secret en Lowlands vorig jaar, mogen we toch wel stellen dat ze vele harten aan het veroveren zijn en er wel een volwaardige en talentvolle band te bewonderen is. Ook al zorgde de verjaardag voor wat lossere versies. Het kon wellicht nog snediger maar dat is muggenziften. Tramhaus gaat nog potten (blijven) breken.