Mainstream funky pop maar wel kwalitatief en met een boodschap, subtiele elektronische arrangementen, een weemoedige track die opgebouwd is rond een aanstekelijke vibe, kippenvel en straffe catchy indiepop!
Volgende artiesten komen deze week uit onze boxen: Dull Boy Johnny, Isaac Roux, Monrad, Dexelle en River Into Lake.
De groovy guys are back in town. Rik De Bal, Jan Vanhamel en Nard Houdmeyer aka Dull Boy Johnny – over een goede naam gesproken! – trekken met She Can Groove deze keer de dansschoenen aan. Het nummer begint met een vette funkbeat die aan Chic doet denken. Een vibe die doorgetrokken wordt, want dit is gewoon moddervette disco die je terugvoert naar de seventies toen discobollen en auto’s met tijgervellen nog cool waren.
Denk aan Earth, Wind And Fire, The Trammps of Rose Royce – dat soort bands dus – en je hebt er een idee van hoe She Can Groove klinkt. Mocht dit in 1976 zijn uitgebracht, dan was het een regelrechte hit geweest. Denken we toch.
De Antwerpse band die live wordt bijgestaan door Cas Kinnaer (ILA) en Dries Meeus (Jaguar Jaguar) baseerde zich voor deze song op het bruisende Antwerpse nachtleven dat ze tijdens de opnames van hun ep The Move meemaakten. Het bekijken van een documentaire over de New Yorkse Stonewall-rellen van juni 1969 toen de holebi-beweging weerstand bood tegen de politievernederingen, deed de rest.
Mainstream funky pop, wel kwalitatief en met een boodschap. Als dit het begin is van een nieuwe trend zullen wij de laatste zijn om hier iets op tegen te hebben. Geef de draaitafels maar in handen van Dull Boy Johnny, de muziek doet de rest!
Singer-songschrijver/multi-instrumentalist Boris Gronemberger is van vele markten thuis. Hij zat achter de drums bij Girls In Hawaii, schreef arrangementen voor Alain Chamfort en werkte voor artiesten als Chantal Acda, François Breut, Blondy Brownie en Castus. Daarnaast had hij vroeger zijn eigen band V.O. en maakte hij soloplaten onder River Into Lake. Begin dit jaar verscheen daarvan het derde album Rise & Shine waaruit we nu nog een single is getrokken.
Don’t Drive Into The Tree is een dromerige song met subtiele elektronische arrangementen die in het midden ineens een avontuurlijke wending krijgt. Het nummer begint als een pakkende melancholische track, maar vanuit het niets verandert de sfeer plots met tegendraadse hoekige elektronica en vreemde soundscapes en is de vergelijking met zowel Bon Iver als Talk Talk nooit ver weg.
Volgende maand brengt de Amerikaanse producer Lusine hiervan trouwens een remix uit. Het blijft vreemd dat het talent van River Into Lake in Amerika wel omarmd wordt, maar dat in Vlaanderen bijna niemand het project kent. Hoog tijd dat daarin verandering komt.
Op de persfoto zie je Matthew Ramon aka Monrad met een feestfluitje – of hoe heet zoiets? – in de mond. Feestvarken, denk je dan. Naar wat deze Kortrijkzaan allemaal uitspookt hebben we het raden, wel horen we dat zijn muziek doordrenkt is van diepe melancholie.
Matthew heeft geen zittend gat. Altijd zwerft hij wel ergens rond, soms zelfs met een lange tussenstop in Italië. Een zoektocht naar zichzelf die hij combineert met prachtige, intense muziek die we reeds konden horen op een ep die hij opnam bij Filip Tanghe (kind des huizes bij Balthazar en Warhaus).
Destijds werd hij opgehemeld op onze pagina’s en nu is Monrad er met de nieuwe single Caught Up. Matthew heeft het daarin over het moment waarop we alles willen laten voor wat het is, omdat we te veel worden versmacht door de dagelijkse beslommeringen die vanuit alle hoeken op ons afkomen.
Kortom, niet het soort nummer dat aanleiding geeft tot een polonaise. Wel is Caught Up een weemoedige track die opgebouwd is rond een aanstekelijke vibe en eigenlijk aanvoelt als – here we go again – een verloren track van Leonard Cohen. Toegegeven, we herhalen onszelf maar er zijn ergere dingen in het leven dan alsmaar te vergeleken te worden met de hogepriester van het pathos.
Over Isaac Roux is het laatste woord zeker nog niet geschreven. De man heeft bakken talent, een dijk van een stem, zingt vol overgave en emotie en heeft tot nu toe alleen nog maar intens mooie nummers gemaakt. Wie Roux ooit live aan het werk zag, weet dat hij solo of met band zijn publiek volledig inpakt met zijn pure aanpak. Hij doet dat op kleine podia maar ook op de grote zoals Pukkelpop of Rock Werchter.
Op zijn debuutalbum is het nog een tijdje wachten (staat gepland voor ergens in november) maar we krijgen wel al een nieuwe single. Brotherhood begint ingetogen met de mooie stem van Isaac en pianoklanken. In het refrein wordt er uitgepakt met blazers waardoor het nummer veel grootser en intenser wordt. In de volgende strofe vult zijn band hem heel knap aan. Het tweede refrein resulteert gegarandeerd in kippenvel door de mooie, gelaagde sound.
Deze single is van zo’n hoog niveau dat Roux hier even straf klinkt als Ben Howard of Bon Iver.We zijn nog maar eens van onze sokken geblazen.
Nicolas D’Exelle zou je kunnen kennen als de gitarist van Black Leather Jacket, maar wie weet associeer je zijn naam binnenkort wel met zijn soloproject dat Dexelle heet. Zou best kunnen, want als het op hitgevoelige songs schrijven aankomt – weliswaar met een hoek af – mag je altijd bij de Antwerpenaar komen aankloppen.
Met de rock van Black Leather Jacket heeft zijn soloproject niets te maken, ook niet met het imago ervan. In de clip van nieuwe single The Midas Touch loopt Nicolas de hele tijd met een zonnebril op te paraderen. Een beetje arrogant, het charisma druipt eraf, net zoals Ian McCulloch van Echo & The Bunnymen het zou doen.
Het is ook in die richting dat je het muzikaal moet gaan zoeken. Iets wat tussen de Bunnymen en de Teardrop Explodes ligt, en nog meer tussen Suede en de begindagen van DAAN. Straffe catchy indiepop die je eigenlijk maar één keer moet horen om er verslaafd aan te raken. Nieuw is het allemaal niet, maar wie met een paar zinnen tekst vergeleken wordt met Brett Andersonof Julian Cope moet zich geen zorgen maken over zijn toekomst. A star is born, geloof ons maar.