Het zit de heren van Elefant niet echt mee. Hebben ze net die lp uit die het verschil maakte met vroeger (niet dat we voorganger Konark Und Bonark slecht vinden), komt er een virus uit China de boel om zeep helpen. Want laten we een kat maar een kat noemen: de tweede plaat van deze prettig gestoorde Gentenaren zit jammer genoeg veel te veel verscholen in de dieperik van de vergetelheid. Maar soms ligt de oplossing in een kleine daad. Gewoon eens een klik op de bekende streaming diensten, eens luisteren en je ervan vergewissen dat dit plaatje niet zou misstaan in je collectie.
Een stijl willen we er niet opplakken, al was het maar dat je dit toch niet lukt. Captain Beefheart met Zappiaanse invloeden en synths die een Arabische buikdans ten tonele voeren? Wie zal het zeggen?
Wél, is de titeltrack uit hun tweede album ontzettend poppy en naar ons buikgevoel zelfs tamelijk hitgevoelig, ook al zal de gemiddelde hitparadeliefhebber na afloop wel eens wanhopig kunnen overwegen om een fles bleekwater door zijn lijf te jagen. En toch blijft dit het soort muziek waar je ons altijd mag voor wakker maken. Bejahung is dan ook een bejahung van wat we in feite al jaren weten: Elefant is één van de fijnste bandjes van dit land. Of om het om met Pawlowski’s woorden te zeggen: onthouden die naam!