Ze doen het allemaal wel eens, die rockers: het uitbrengen van een coveralbum, en ook workaholic Ty Segall kon niet zonder. Op Fudge Sandwich neemt de Californische garagerock elf songs van zijn helden onder handen. Nou ja, wat kon. In een interview met Uncut verklaarde Ty dat een Kraftwerk-song ook wel op zijn verlanglijstje stond, maar hij had geen zin om in het Duits te zingen. Ook een nummer van Wu-Tang Clan mocht, maar dat kon dan weer niet omdat rappen en Ty Segall niet echt samengaan.
Covers zitten hem in het bloed. Tijdens zijn optredens kun je er om de haverklap horen en op Freedom’s Goblin nam hij zelfs Every 1’s A Winner van Hot Chocolate op. Nu dus een heel album vol liedjes van anderen, en omdat hij er iets zeer persoonlijks van wilde maken, speelde de Amerikaan alles zelf in: de vocals, de gitaar- en het drumwerk.
Opvallend is dat Ty Segall op veilig speelt als het op keuzes aankomt, want op die ene song van de Britse anarchopunkers Rudimentary Peni na, lijkt alles wel uit de platenkast van je opa te komen. Klassiekers als Isolation van John Lennon, The Lonervan Neil Young of I’m A Man van de Spencer Davis Group, allemaal krijgen ze een Ty Segall-behandeling. Zeer gewaagde versies, want door het hoog gebruik van de fuzzgitaar (Lowrider is met zijn Alan Vega-achtige elektroriff de vreemde eend in de bijt) worden de songs zo goed als onherkenbaar dat zelfs een doorgewinterde muziekquizdeelnemer het niet zo kunnen raden.
Het is waarschijnlijk een album dat tussen de soep en de patatten is opgenomen, want alles wat hij doet lijkt spoteenvoudig, het resultaat is wel dat hij met Fudge Sandwichéén van de meest intrigerende (garage)rockplaten van dit jaar heeft gemaakt.