Het blijven rare snuiters die van Star Club West. Dit project van Nico Jacobs (je kent hem van Orange Black en Few Bits) heeft ondertussen al 25 jaar op de teller staan. Geliefd bij een handvol mensen bij wie de microbe met succes is doorgedrongen, maar het overgrote deel van de muziekbevolking is er immuun voor gebleven. Kwestie van het virusjargon in corona-tijden alle eer aan te doen. De band waar ook Wim Van Den Heuvel, Raf De Backer, Soft Johnson en Steven Holsbeeks deel van uitmaken, maakt het zichzelf dan ook allesbehalve gemakkelijk. Zeg zelf: drie platen tegelijkertijd uitbrengen. Commerciële zelfmoord heet zoiets, of gewoon eigenzinnig gedrag met ballen?
Eerder hadden we het al over But Klim waarin we zowat alles hoorden (van David Byrne tot Caribou). Puki Pooki is de tweede uit de zogenaamde Love Me-trilogie. Vreemde titel en zo klinkt de plaat ook, niet dat ze niet toegankelijk zou zijn. Zeg dat het aan ons ligt, maar muziek die balanceert tussen heerlijk foute 80’s en tamelijk geniale lo-fi.
Ook op deze plaat hoor je massa’s invloeden. Het begint al met opener Soft Johnson die met zijn warme elektronica herinneringen oproept aan Tangerine Dream (check Wikipedia!), maar al gauw een donkere synthpopsong wordt die klinkt als de beginjaren van Talk Talk mocht ene Carlos Alomar erbij hebben gezeten. Denken we toch…
Do We Want To Rock zouden we ook durven onderbrengen onder de noemer synthpop (zoals de meeste van de tracks op deze plaat overigens). Deze keer wel met een IJslands tintje en voorzien van de prachtige vocalen van Izja Rutten die ook al meezong op Big Sparks van Few Bits. He Feels Dirty begint met een 80’s-achtige beat. Elektronische spielerei met Kraftwerk-bochtjes, maar zonder dat het doel uit zicht raakt, want het is duidelijk dat Star Club West het hart wil raken. Bunny Times is dan weer foute 80’s (alweer!) maar klinkt als Pavement on speed.
Puki Pooki klinkt zoals de titel laat vermoeden en is in feite de ideale geluidsband voor zo’n ouderwets Atari-spelletje waarbij je niet meer dan twee streepjes en een bolletje zag. Cars & Cocks is dan weer een titel die we zelf niet zouden kunnen verzinnen, terwijl we bij Star Brace Solutions denken aan het Hawaï-hemdje van Glenn Medeiros (grijp maar opnieuw naar die Wikipedia!). Een plaat waar we inderdaad kop noch staart aan konden vinden. Moet ook niet. Wel ongewoon, maar onweerstaanbaar heerlijk.