Soms vraagt een mens zich af waar de Belgische bands die gekke namen vandaan blijven halen. In het geval van deze Beverenaars (geen flauw idee of dit woord bestaat!) zal één of andere natuurdocumentaire daar wel voor iets tussen zitten, want Pyroclastic Wave heeft iets te maken met vulkanen. Voor een natuurkundige uitleg verwijzen we je met alle plezier door naar Wikipedia, want bij ons gaat het over de muziekjes.
Vier songs staan er op deze ep die trouwens wordt aangeboden aan de prijs die je er zelf wil voor betalen. Ja, het is een idee die ons (en u!) aanspreekt. Zot, steeds bereid om een onveilig pad in te draaien, maar zonder te vergeten dat er een luisteraar aan de andere kant van de lijn zit.
De stijl? Wel, dat klinkt op iedere song anders, hoewel er een flinke vleuge jazzpop en ska aan te pas komt. De meest radiovriendelijke song, dat zeggen we voor het melodietje dat zeer goed blijft plakken en dat na (check!) de tweede draaibeurt. De radio-indiepop van God Of Soul opent met een disco-achtig toontje. Jimi Tenor is nooit ver weg, en je zou zweren dat het electrofunk wordt, maar de snijdende gitaren en vooral het niet te stoppen ritme zorgen ervoor dat je constant je met je hoofd zit mee te schudden al was het beste van Bloc Party.
Thieves In The Night vangt aan met John Scofield-ritme. Jawel, jazz komt ook de hoek kijken, zelfs wat blazers en daarmee kom je bij een skasound uit, weliswaar inclusief een vette gitaarriff. Je hoort wel dat de jongens budgetaire beperkingen hebben, maar ze weten dit zeer goed te camoufleren door hun energieke klasse.
Een band die je niet op één, twee , drie in een hokje kan plaatsen. Fallen Leaves gaat alweer dat jazzladdertje op. Een meewoedige sax die je meesleurt op een niet te stoppen ritme.
Met Sugar Coats duiken we weer de zwoele nacht in, de blazers regeren de song, terwijl de gitaren en de opzwepende stem de rest doen.