Enkele jaren geleden deed het solo-optreden van de Antwerpse zangeres met Schotse roots Fiona Brown onze ogen en oren tintelen door haar mysterieuze performance en onder-de-huid-kruipende sound.
Na een geslaagde tour als voorprogramma van o.a. Daan en Stuart Staples van Tindersticks, dook ze met haar man Staf Verbeeck en enkele welbekende muzikanten waaronder Simon Casier (Balthazar), Steven Van Gelder (Geike, Driftwood) en Tom Barbier (Ozark Henry), in de studio. Door een toevallige ontmoeting op café wist ze ook Neil Fraser, gitarist bij de Tindersticks te strikken voor haar opkomende debutalbum Mundane.
Openingsnummer My Void dompelt ons meteen onder in Fiona’s muzikaal universum door haar warme stem en de donkere, strakke beats. De monotone zoektocht naar een gemeenschappelijke herkenning van onze diepste dromen wordt perfect vertaald in Stalkers en Siren, waarbij droom en werkelijkheid in vraag worden gesteld. Ook bij de serene pianobegeleiding in Shiver en de drummende beat in LFF zoekt haar ijle engelenstem als een dolende ziel naar liefde in deze kille, verwarde tijden.
Opmerkelijk doorheen het album is dat we constant lijken te wachten op een schreeuwende climax. Telkens wordt dit gevoel echter getemperd. Mundane is hier een duidelijk voorbeeld van, maar ook het dreigende alarmsignaal bij Head Down laat ons achter met een rusteloos gevoel.
Enkel bij Restricted horen we plots een verrassende, dreigende gitaar die ons meevoert naar een opkomend onweer waarbij de schreeuw tegen de ons opgedrongen, verstikkende regels ons neerbliksemt zoals ook Grace Jones dit op haar laatste album wist te doen.
De dromerige onderwater-outro in Beautiful Misery brengt ons uiteindelijk weer tot rust en laat ons achter met het herkenbare gevoel zoals de trip-hop bands in de jaren ‘90 perfect wisten te brengen.