Muziek verzacht de zeden. In dat rijtje moet in deze tijden, speciaal voor acute gevallen van verkiezingskater, Cartoon Darkness van Amyl and The Sniffers het perfecte antidotum zijn. Komaan, zet al je pijnen aan de kant voor deze flitsende bende losgelaten Australiërs, een vuige punkrock’n’rollersband die van het van zich afschreeuwen een heel schone kunst heeft gemaakt. Maar pas wel even op, wiens songs je zomaar bij de kladden zullen grijpen en die zo machtig energetisch gloeien dat je je er onoplettend ook hard aan kan schroeien.
Want zeker, zo infectueus zijn ze, van zodra je Amyl and The Sniffers hebt gehoord krijg je hun catchy geluid niet meer uit je hoofd. Omwille van de geniale charmante eenvoud in al die springlevende nummers, een onmiddellijke eigenschap waarvan je dacht dat die enkel voor fris debuterende groepjes als de Sex Pistols, Nirvana of The Strokes was voorbehouden. Maar intussen hebben ze met hun als een komeet gerezen populariteit de weg van doorbraak op de grote festivals al gevonden en konden ze dit album zelfs opnemen in Foo Fighters‘ 606 Studio’s met Nick Launay, producer – alsjeblieft – van IDLES en Nick Cave.
De grootste kleppers op het album zijn U Should Not Be Doing That, Chewing Gum, Big Dreams, Pigs en Jerkin’. Maar in die dertien songs draaiden ze zelfs geen greintje eenheidsworst. Ze lanceren alles in een gevarieerde resem aan stijlen, op en neer, chaotisch, ruig en explosief. Drieëndertig onweerstaanbare minuten die je zo in een razend tempo voorbijschieten.
De felle blondine Amy Taylor is je charismatische Courtney Love van dienst. Rebels scanderend, waar nodig feministisch onpreuts met de borstjes bloot en er met expliciete humor hard en ketterend tegenaan schoppen.
Er moet haar daarbij blijkbaar veel van het hart. Een vat vol maatschappelijke bewogenheid, zo de grieven van jongeren die de rotte wereld rond hen verguizen en gepassioneerd zelf aan de bak willen, gedreven vrouwen-issues. Met haar Cartoon Darkness, zegt ze, drijft ze frontaal het duistere onbekende tegemoet. Maar ook de breekbare persoonlijke onderwerpen worden niet geschuwd en afgehandeld met een punky cool om u tegen te zeggen.
Verwacht van deze gitaarband dus vootal veel bonkend drumwerk, fascinerende riffs en maffe gitaarsolo’s, veel van die ritmische hooks op volle speed vooruit. De woedende doorpompende opener Jerkin’ staat daarbij model voor al wat volgt. Zie ze maar eens bezig op die goor fulminerende video ervan, zo helemaal doordrammend dat het helemaal leuk wordt. Luister bovendien naar die meedogenloze headbangers als Tiny Bikini, Doing In Me Head, Do It Do It of het ultrakorte maar gigantische It’s Mine. Er zitten zowaar ook tragere nummers tussen zoals de introspectieve relatiesong Bailing on Me of het ingetogen Big Dreams (met zijn alternatieve Born To Be Wild-video!). Maar kijk, ook die zijn even briljant.
Prachtig dus toch dit leuke aussiepunkfeestje dat weer van helemaal down under tot bij ons is geraakt. Het viertal deed het zo eerder al tweemaal, met al dat zout, die peper en die pit van hun eerdere albums. Op deze bevrijdende derde doet deze voormalige cultgroep het net zo pretentieloos authentiek en opwindend, met wervelwinden die je rauw uit je sokken blazen. Sterk gewoon in één ruk en van begin tot einde. Dit is kortom één van die onverschrokken pure punkplaten van 2024. Niet te missen, laat ze knallen.