Kitty Solaris liet zich voor haar negende album inspireren door James Bond. Volgens de Berlijnse singer-songwriter heeft iedereen behoefte aan een James Bond figuur in hun buurt in deze chaotische tijden… Tegelijk is dit album een manifest voor de vrede; niet enkel om de wapens neer te leggen maar ook in een streven naar persoonlijke harmonie.
Solaris ging muzikale inspiratie halen bij haar helden (Sonic Youth, The Velvet Underground, Cat Power en The Cure) maar zoals steeds zijn die invloeden niet te horen. Ze maakt al jaren liedjes die gaan van pure pop naar grunge en alles wat daar tussenin ligt. Op James Bond is vooral ingetogen dreampop te horen met af en toe een knipoog naar de jaren ’80 of een mariachi vibe. Zij noemt het zelf een elektronische versie van The War On Drugs, al horen wij vooral klanken in de trend van Beach House en Still Corners maar wel met meer body en afwisseling.
Het is vreemd dat deze Duitse, die al jaren aan de muzikale weg timmert, nog nooit is doorgebroken in het buitenland, want haar muziek klinkt echt wel boeiend en avontuurlijk. Elk nummer op deze plaat zou een indie hitje kunnen zijn. Alles klinkt super catchy en heeft een originele insteek. Zelfs de cover van Robert Palmers Johnny & Mary heeft iets bijzonders. Daar komt nog bij dat Solaris bijna alles zelf ingespeeld en gezongen heeft.
Wat Kitty Solaris ook doet, ze zal nooit klinken als haar muzikale helden maar wel als zichzelf en dat levert weer een zalige, boeiende plaat op. Wij hebben geen James Bond nodig, wel artiesten zoals Kitty Solaris.