Wat is het verschil tussen een godenkind en de zoon van een godenkind? Veel. Vraag het aan Axel Merckx, vraag het aan Jordi Cruyff en vraag het gewoon aan iemand op straat maar zeg nooit dat wij het je vroegen. Wij staan namelijk niet in voor eventuele ziekenhuiskosten.
Het is proberen. Te luisteren naar Jude, de zevende lange van Julian Lennon. En het is verdomde moeilijk. Had hij moeten weten, natuurlijk. Een vader die een gerespecteerd wasknijperhersteller is of was, is nu eenmaal makkelijker op te volgen dan je-weet-wel-wie.
En Julian wijkt niet af van de stamboom en pist er ook niet tegen. Zoals in Save Me, wat door volhardende violen wel erg doet denken aan vroeger, en aan dat groepje waar zijn pa ooit deel van uitmaakte, veilig lang geleden maar het verleden is nooit veilig.
Er klinkt iets nasaal in zijn stem in Every Little Moment: heeft hij van geen vreemden.
Love Don’t Let me Down is wat kenners als ons (gelieve te lachen) een goeie song noemen, al hoorden we dat al eens en beter, zelfs.
Julian Lennon kijkt achter zijn schouder, denkt terug aan zijn vader en doet dat goed maar waarom kon hij geen death metal of reggae gaan maken? Schilderijtjes? Poëzie aan de keukentafel? Simpel: hij is de zoon van.
Jude (wie er wat van kent begrijpt de titel) is een goeie plaat. Vergelijk vooral niemand met iemand of iets met niets. En laat ons nu met rust. Er dienen wasknijpers hersteld te worden.