Doen Gentle Waves of Belle & Sebastian nog belletjes rinkelen, of associëren de meeste melomanen Isobel Campbell toch vooral met de onvolprezen Mark Lanegan? Tuurlijk weet je dat de Schotse singer-songwriter en celliste al een indrukwekkend oeuvre op eigen naam heeft staan. Ondertussen ging er toch al negen jaar sinds voorbij sinds de vorige release. Maar nu is er het fraaie There Is No Other, een bijzonder mooie collectie nieuwe songs, die tot haar beste kunnen worden gerekend als je het ons vraagt.
Op een gure en stormachtige maandagavond kwam Campbell de nieuwe plaat voorstellen in Rotonde-zaal van de Botanique in Brussel. Wie de storm trotseerde werd gul beloond met de dromerige en minimalistische melodieën en arrangementen, en liet zich gewillig verwennen en troosten door het zijdezachte stemgeluid en charmes van Campbell.
Zou la Campbell ook nog iets van Belle & Sebastian brengen straks? Of wat met die songs die ze normaliter met Lanegan zingt dan, komen die aan bod in de set? Voor we op die vragen antwoord kregen, was het aan de Amerikaanse Nina Violet om het publiek op te warmen, enkel gewapend met krachtige stem en gitaar, alsook met flink wat verhalen over… boten bouwen. Deze muzikante is, zo merkten we later op de avond, een van de bandleden van Isobel Campbell, waarbij ze behalve gitaar en basgitaar ook viool speelt, en bijkomende vocalen verzorgt.
Violet vertelde ons ronduit over haar job als botenbouwer/hersteller. Ze woont zelf ook op een boot, waar ze de meeste van haar liedjes schrijft. “De nieuwe plaat is nog niet klaar geraakt”, bekende Violet. “Maar ik heb een purpere demo-cassette bij die je straks kunt kopen. Ja, purper, dat heeft wat met mijn naam te maken”, aldus de goedlachse Amerikaanse.
In een goed halfuur beweest Violet dat ze over een krachtig stemgeluid beschikt, en dat ze met die stem best nog veel kanten op kan. Maar ze leek nog niet echt een keuze gemaakt te hebben wat dat betreft. We hielden het meest van die stem wanneer die zacht en warm klonk, met soms wat melancholie aan boord. Dat overslaan naar vibrato en falsetto vonden we net iets minder. Maar zingen dat kan ze, Nina! De songs klonken eenvoudig maar oerdegelijk.
Tegen de klok van negen, stroomde er langzaam maar zeker wat meer volk toe in de sfeervolle Rotonde-zaal. Het was dan ook hoog tijd voor le moment suprême. Voorafgegaan door de Deense drummer, de Schotse gitarist en Nina Violet, schreed Isobel Campbell schreed over het podium. Applaus!
Tussen de set-opener Willow Song en de allerlaatste bis werd de Rotonde gehuld in intimistische dromerige, zeg maar feeërieke indie en folk-pop, met zuinige, piekfijn uitgekiende arrangementen en de immer zalvende en betoverende stem van Campbell. En ook dat cellospel van deze Schotse engel klonk bekoorlijk. Ei zo na niemand die het gewaagde om te praten tijdens de show of tussen de nummers door. Elkeen was dan ook veel te druk met genieten van zoveel pracht.
Natuurlijk kwam het materiaal uit de nieuwe plaat aan bod, waarbij wij behoorlijk onder de indruk waren van een ronduit subliem The National Bird of India of ook Vultures, het niet minder mooie Below Zero en het werkelijk hemelse jazzy Rainbow.
Maar schitteren dat deden Campbell en band ook met ander nummers uit het mooie oeuvre van de Schotse chanteuse. Zoals een verukkelijk Do Or Die, het bloedstollend mooie Saturday’s Gone, maar zeker ook Hori Horo, een meesterlijk uitgesponnen haast transcendentale renditie van Thursday’s Child dat bijwijlen aan The Velvet Underground + Nico deed denken en een beklijvend Seafaring Song, waarbij Nina Violet met brio de rol van Mark Lanegan overnam.
Cool Water en Hang On, ook een beetje schatplichtig aan Velvet Underground, waren de sterke afsluiters van de main set. Isolde dankte het publiek nadien voor hun komst, “zeker met dit stormachtige weer!”.
Het was al even over tienen, zouden ze nog terugkomen? Lang liet de band het publiek niet wachten op een antwoord en we kregen nog twee liedjes. De cover van Tom Petty’s Running Down A Dream, ook te vinden op het nieuwe album, was best aardig, maar voor ons niet echt nodig.
Maar Isobel stuurde ons met een prachtig cadeau naar huis. Uit The Boy with the Arab Strab, het derde album van Belle & Sebastian (1998) kregen we een fenomenaal mooi Is It Wicked Not To Care? Kippenvel à gogo bij die allerlaatste noten van de avond. Helaas was het dan ook echt afgelopen. En wij konden gesterkt, gecharmeerd, getroost en bedwelmd door zoveel schoonheid de nacht in.