We zagen recentelijk al een paar iconen passeren, en het houdt maar niet op. Vorig weekend zagen we Duran Duran, en drie weken voordien was Kim Gordon in het land. Donderdag was het de beurt aan Jon Spencer die een duidelijke link met Gordon heeft. De ondertussen 57-jarige uit New Hampshire afkomstige blues/noise-legende startte op 20-jarige leeftijd de aan Einstürzende Neubauten refererende band Shithaus (waarin ook de latere zanger van Cop Shoot Cop, Tod Ashley zat). Jon Spencer richtte dit jaar een nieuwe band op, Jon Spencer & The Hitmakers. Ze touren nu met hun gloednieuwe album Jon Spencer Gets It Lit. Spencer bevindt zich anno 2022 in een situatie die ernstig verschilt met die van een kwarteeuw eerder toen we hem nog zagen optreden op de main stage van Rock Werchter. Nu stond hij met zijn nieuw kwartet geprogrammeerd in Salle René Magritte in het dorpje Lessines dat we met zijn allen vooral kennen van Roots & Roses. Hij niet in het minst want hij trad daar een paar jaar geleden nog op met zijn rockabilly combo Heavy Trash. Lessines programmeert daar deze zomer een paar concertavonden onder de vlag Summer Nights Fever. Zo komt ook nog Suzanne Vega langs in een zaaltje dat nooit de parochiezaalstatus kwijtspeelt. Dit wordt wel gecompenseerd door tonnen charmes en de lokale middenstand die de handen in elkaar slaat. Ook de dollarbiljetten van Roots & Roses zijn hier het enige aanvaarde betaalmiddel.
Waarom ook het belang van Jon Spencer niet onderschat mag worden en welke link hij heeft met Kim Gordon wordt zo meteen duidelijk. Shithaus werd snel opgedoekt en Spencer richtte in 1985 de garagerockband Pussy Galore op, uiteraard een verwijzing naar James Bond en muzikaal schatplichtig aan Rolling Stones en zoals reeds vermeld Einstürzende Neubauten. Zo coverden ze de song Yu-Gung van de Neubauten. Een band heeft een drummer nodig en Spencer koos ene Bob Bert. Niet de minste want dit is de eerste drummer van Sonic Youth (voel je de link met Kim Gordon al komen?). Bert drumde op de eerste vier albums van Sonic Youth en kwam Pussy Galore versterken na Bad Moon Rising. De gitariste, Julia Cafritz, een notoir cultfiguur uit de New Yorkse noisescene, verliet een paar jaar later Pussy Galore om met Kim Gordon het trio Free Kitten op te starten, samen met Mark Ibold van Pavement. Cafritz werd bij Pussy Galore vervangen door ene Cristina Martinez. Vrij snel het sein om met fotografe/topmodel Martinez een relatie aan te vangen en de band te ontmantelen om samen met haar het geweldige Boss Hog op te richten, de op één na grootste band die Spencer ooit opstartte.
In 1991 sloeg hij de handen in elkaar met Russel Simins en Judah Bauer en vormde aldus zijn meest succesvolle band ooit, The Jon Spencer Blues Explosion. Met die band vulde hij de AB en stond dus ook op Werchter. Zijn toonaangevende vuile bluesrock met distorted vocals was een inspiratie voor vele groten die het bluespad kruisten, zoals The Black Keys en The White Stripes. The Blues Explosion maakten uiteindelijk 9 platen en werden pas dit jaar officieel ten grave gedragen en dus vervangen door The Hitmakers. Wie zijn die Hitmakers nu precies? Dit is ook een zot verhaal. Het zijn geen jonkies maar ook muzikanten die hun sporen al in de eighties verdiend hebben. De keyboards en drums worden verzorgd door een duo uit de indierockband Quasi, met name Sam Cookes en Janet Weiss die we vooral kennen als drumster van Sleater-Kinney. Ze is al dan niet tijdelijk wel al een tijdje vervangen door Mike Gard (aka M Sord). De cirkel is rond als je leest wie de vierde naam van dit gezelschap is, jawel, Bob Bert himself !!
Zo geschiedde dus dat in het kleine zaaltje in Lessines de helft van Pussy Galore op het podium verscheen en we getrakteerd werden op een stomende set rhythm & blues met veel verwijzingen naar garage –en noiserock. De hoge temperaturen hadden er al voor gezorgd dat het publiek al goed gerodeerd en ingedronken was na de set van The Sore Losers. Spencer zelf deed wat hij al altijd heeft gedaan, op geen druppel zweet kijken en voluit rammen tot zijn hemd 5 kg zwaarder woog door het zweet dan vóór de eerste noot gespeeld werd. Zijn overgave werkte aanstekelijk op het publiek dat er veel zin in had. Tegelijk was vooral de inbreng van Bert opmerkelijk. De langharige noiseveteraan zat in een flink uit de kluiten gewassen Neubauten imperium achter 3 ijzeren tonnen, vreemdsoortige industriële apparatuur en een resem startkabels. Hij bediende de tonnen met werkhandschoenen en hij gebruikte schroevendraaiers en hamers als drumstokken. Dit gaf het geheel een typisch kil en industrieel geluid en was natuurlijk wel boeiend om naar te kijken.
Spencer speelde tijdens de reguliere set 15 nummers waarvan er zomaar eventjes 11 uit de nieuwe plaat geplukt werden. De andere songs kwamen uit het 4 jaar oude solo debuut (als we dit woord mogen gebruiken) Spencer Sings The Hits. Zijn Heavy Trash-jaren uitgezonderd maakte hij sinds de plaat Extra Width een reeks redelijk inwisselbare platen. Dit is geenszins negatief bedoeld want de vuile garagebluesrock heeft Spencer naar zijn ziel en hart gekneed en hij was gewoon baas in zijn eigen bluesimperium. Dit maakte dat je nooit het gevoel had nummers te horen die nieuw waren hoewel ze dat vollen bak waren. Anderzijds was het voor ons als early Blues Explosion fanatici best confronterend om geen enkel nummer van The Jon Spencer Blues Explosion te horen. Alsof Duran Duran enkel nummers van de laatste twee platen zou spelen. Enkel Jon komt hiermee weg. De band speelde nog 5 bisnummers want Cookes diende zich snel uit de coulissen te reppen om te vermijden dat een overijverige fan zijn synths helemaal om zeep zou helpen. Ze werd hier terecht voor de levieten gelezen door Spencer. Eigenlijk moeten we toegeven dat ze op hoogst originele manier de band tot een bisronde dwong. Niet dat die niet gepland was, de setlist die we konden bekijken bewees immers het tegendeel. Boss Hog uitgezonderd speelden ze van elk alter ego één nummer, zo kwam Pussy Galore langs met NYC:1999! Driewerf hoera, we kregen ook Bellbottoms van The Jon Spencer Blues Explosion te horen. “Bellbottoms truly make me wanna dance”.
Wie de man al volgt van de jaren negentig zal er de grap wel van ingezien hebben dat hij vermoedelijk 48 keer ‘ladies and gentlemen The Hitmakers’ riep. Dat was voordien ‘ladies and gentlemen The Blues Explosion”. Laten we een rootskat een blueskat noemen want het niveau op de nieuwe plaat ligt hoog. Hoog maar niet vernieuwend, dat stigma blijft voorbehouden voor iconische platen als Orange en Now I Got Worry. Er viel wel een verrassing te noteren halfweg de reguliere set toen de song Pretty Fuck Look werd ingezet van het 35 jaar oude Pussy Galore-album Groovy Hate Fuck. Op de synths van Cookes stond een sticker gekleefd met de niet mis te verstane woorden “Next Level Fucked Up”. Er zijn bij een Jon Spencer-show 4 zekerheden. 1) Je amuseert je te pletter 2) Spencer zweet zich te pletter 3) er wordt stevig gebruik gemaakt van het 4-letter woord f*** 4) Spencer probeert elke keer weer zijn record spagaat te verbreken. Which is pretty fucked up…