Tekst: Roel Jacobus
Foto: Johan Vanparys
De stedelijke cultuurdienst van Damme zit nooit verlegen om een gedurfd initiatief. De zin van het publiek in live optredens is groot, héél groot. En zo mocht de organisatie vrijwel meteen het bord “uitverkocht” bovenhalen voor de eerste concertavond van het jaar.
De primeur van de heropstart op vrijdag 28 mei ging naar rockbands BEUK en Goe Poeier op de parking naast de Cultuurfabriek in deelgemeente Sijsele. Dat gebeurde volgens de succesformule van de maandelijkse ‘cultuurcafés’. Daarbij spelen, gratis toegankelijk, telkens één of twee bands uit hetzelfde genre gevolgd door een jam.
De cultuurdienst had geduldig de versoepeling van de coronamaatregelen afgewacht om deze formule naar buiten te verplaatsen. Strikt volgens de gezondheidsregels: een zittend publiek, aan tafels, op voldoende afstand en enkel op reservatie, maar zonder mondmaskers en met drankbediening aan tafel. Met een slimme truc opende de dappere cultuurdienst deze keer 50 reservaties, telkens voor elk van de bands. Er was een veelvoud aan interesse en dankzij het aangename lenteweer (eindelijk!) genoten ook op straat en in de aanpalende tuinen talrijke mensen mee. Het leek wel een bevrijdingsfeest.
Goe Poeier trapte met verve de avond op gang. De jonge snaken – gemiddelde leeftijd: 16 jaar – grasduinen in het brede repertoire van blues en classic rock. Ze spelen voornamelijk covers van AC/DC tot ZZ Top en alles daar tussenin. We hoorden onder meer CCR, Muddy Waters en The Rolling Stones. Na bijna drie jaar samen spelen groeiden er enkele fijne eigen nummers in dezelfde stijl. Live wordt Goe Poeier getrokken door energieke frontman Angello Atim en gitarist Matteo Rasemont, steunend op de ritmesectie van tweelingbroers Ibe en Rune Deduytschaver. Saxofonist Jaffe De Naegel geeft extra kleur aan de sound. Dit vijftal zette het rockterras voor de eerste keer in lichterlaaie.
Na de pauze betrad hardrocktrio BEUK met een ongelofelijk grote honger het podium. Het waren bijna negen maanden verstreken sinds hun laatste optreden – op 4 september 2020 in Tielt – en dat betekende voor het strakke concerttempo van BEUK een eeuwigheid.
Het weerzien met de fans was wederzijds hartelijk en de vlam sloeg in de pan van bij de eerste tonen van Dynamiet, gesteund door een bijzonder goede geluidsmix. De tweede song Beuker zette de volledige inhoud van het album Beuker aan. Een combinatie van nieuwe studiosongs en live klassiekers uit hun repertoire. Het publiek genoot zichtbaar en ging mee in de verhalen van zanger-bassist Roel Jacobus, het explosieve gitaarwerk van Meyke Demey en de stuwende drums van Laurent De Moor.
Daarnaast had BEUK een paar nieuwigheden in petto. Halverwege de set brachten ze voor het eerst live hun versie van ‘k En Brugge in m’n Herte. De week ervoor hadden ze deze klassieker van Benny Scott naar hun hand gezet, als steun aan de actie van krant Brugsch Handelsblad om deze song als officieel Brugs volkslied te laten erkennen. Tot groot jolijt van het publiek dat spontaan meezong.
Aan de coronatijd houdt BEUK ook een nieuwe song over: Woord Voor Woord hekelt de massale discussies en polarisering in de maatschappij. Er pasten nog net twee bisnummers vóór het sluitingsuur, waarna de band en het publiek opgetogen adem haalden: live rock is terug.
De stedelijke cultuurdienst van Damme verdient een dikke pluim. Zowel voor de durf om initiatief te nemen als voor de gretigheid waarmee dit werd voorbereid. De inrichting van het podium en het concertterras, de geluidsmix, ontvangst van de band, bediening aan tafel… het plaatje was af.