Een avondje Amenra, het is een vooruitzicht waar menigeen (ook niet-leden van The Church of Ra) met ongeduld naar uitkijkt, zeker als dat geduld erg lang op de proef werd gesteld door viraal geshizzle. Niet in de Sint-Baafsabdij evenwel zoals eerst de bedoeling was, maar gewoon in de Gentse Handelsbeurs. Maar laat ons niet vooruitlopen op de feiten, want vóór CHVE en de zijnen ten tonele verschenen was het aan Corecass en Móhda om de opgetrommelde menigte op te warmen.
Corecass is het soloproject van de Duitse multi-instrumentalist Elinor Lüdde die zich in Gent echter liet begeleiden door een niet nader genoemde gitarist (laat het ons weten moest jij zijn naam kennen). Samen brachten ze een soort van Gloom & Doom soundscapes op synth, harp en gitaar hier en daar aangevuld met zang.
Sfeermuziek voor mensen die graag een avondje doorbrengen op een kerkhof aan de kust want hier en daar werden de composities gelardeerd met samples van het geluid van de golfslag, regenbui of donderslag.
Muziek die binnenkomt, da’s zeker en ook de mensen rond ons leken dit wel te smaken.
Uit Gent kwamen dan weer Nele Nu (poëtisch bewegingskunstenaar), Thomas Hoste (draailier) en Maarten Marchau (dwarsfluit en mondharp) die optreden onder de naam Mótha. Samen brengen ze op muziek gezette poëzie maar dan zonder (of toch met weinig) woorden.
Nele hees zich, wit geschminkt (als een lijk?), gehuld in een rode doek, op een sokkel en bewoog op de dronende muziek van draailier en fluit. Een combinatie die het waarschijnlijk erg goed gedaan zou hebben in de Sint-Baafsabdij maar die toch wat aan impact verloor in de wat sterielere ruimte van een concertzaal. De onwennige blikken rondom ons, zeker eens duidelijk werd dat Nele met ontbloot bovenlijf voor het publiek stond, waren symptomatisch voor een zeker ongemak bij de toeschouwer. Het effect waar het trio op hoopte?
Nele liet zich twee keer van het podium in het publiek vallen om vervolgens knuffelend door de zaal te wandelen. Huidhonger? Afscheid nemen van de wereld der levenden? Uiteindelijk stierf ze een dramatische dood op de sokkel. Los van de schoonheid van de performance, de muziek en de fragiliteit in de bewegingen van Nele duurde de voorstelling misschien net iets te lang. Maar dat kan ook te maken hebben met die context waar we het eerder over hadden.
Het was ondertussen ruim 21u30′ toen Colin H. van Eeckhout, Mathieu Vandekerckhove, Bjorn Lebon, Lennart Bossu en Tim De Gieter het podium betraden. Geen applaus, geen interactie met de zaal… dat is wat je verwacht van Amenra en dat is wat je krijgt. Maar wat stonden de heren – ondanks het stevige tourschema – strak!
Spanningsopbouw gevolgd door een vlammende catharsis, zo zijn niet alleen de nummers van Amenra opgebouwd, ook hun optredens overspoelen je om net als je dreigt kopje onder te gaan, even ademruimte te laten.
Ogentroost uit hun meest recente album De Doorn was dan ook de perfecte opener van wat een stevige set zou worden. Ook de andere nummers op hun laatste plaat zouden, gesprenkeld tussen ander werk, nog de revue passeren. Enkel De Dood In Bloei kunnen we ons niet meer herinneren.
Het beste werd – wat ons betreft – voor het laatste gehouden want veel beter dan A Solitary Reign (het enige nummer dat ze speelden uit Mass VI) wordt het niet. Hoorden we verder nog langskomen in de set: Razoreater en Ter Ziele uit Mass IIII, Nowena en Am Kreuz uit Mass III.
Amenra houdt niet van plotse, grote veranderingen, toch is de band al een tijdje aan het evolueren. De perfecte klank, het strak geregisseerde imago en ditto shows en de uitgepuurde visuals zijn we ondertussen al lang gewoon.
Nieuw is de ‘interactie’ met het publiek. Ja, tussen aanhalingstekens want neen, Colin maakt geen praatje en roept geen ‘Goodevening Ghent’ tussen de nummers, dat zou maar al te mal zijn! Wel staat hij tegenwoordig zowat een kwart van de show met zijn gezicht richting publiek en dat is fijn. Want je kwetsbaar opstellen is meer dan de ziel uit je longen schreeuwen, het is de ziel uit je longen schreeuwen oog in oog met de toeschouwer die je pijn en emotie kan zien.
Straffe show, straffe band. Eentje die je minstens één keer in je leven moet gezien hebben, of je nu van hun muziek houdt of niet.