Misantroop Maurice De Jong die het woord licht gebruikt in de titel van zijn album doet ons besluiten dat de wonderen de wereld nog niet uit zijn. Sinds 2004 produceert De Jong onder een waaier aan aliassen een stroom muziek die er steevast onverbiddelijk op in hakt. Geen genade kent hij.

Muziek dient om zijn angsten, frustraties, het lijden, de zin en onzin van ons bestaan, het puur existentiële, in klanken te gieten. Snoeihard is het meestal, met een mengeling van alles wat naar donkere metal ruikt, gemengd met experimentele noise en elektronica die zich maar al te graag vergaloppeert.
Sinds een paar jaar is De Jong stilaan een andere beweging aan het maken en wordt de muziek sfeervoller, meer gelardeerd met drones die zeker zullen aanspreken bij fans van bijvoorbeeld Nadja en Sunno))).
Is hij bezadigder geworden met het ouder worden, met het vaderschap? Neen hoor, hij kiest gewoon andere kanalen om zich te uiten. Het is nog steeds snoeihard, log en zwaar maar dan anders dan voorheen. Meer gekanaliseerd misschien.
The Genesis of Light is eigenlijk een plaat die De Jong al in 2008 wilde maken. Hij begon er aan, stopte ermee, vergat ze tot hij ze recent terugvond op een al lang en breed verstofte harde schijf. Wat hij hoorde was een trigger om er opnieuw mee aan de slag te gaan. Het gitaarwerk werd opnieuw opgenomen, verfijnd, er werden allerlei geluiden toegevoegd, dingen veranderd tot hij tot de constatering kwam dat hij er nu wel in slaagde om de plaat af te maken, wat zoveel jaar eerder absoluut niet wilde lukken.
Het zorgt meteen voor een plaat die eigenlijk best wel anders klinkt dan het hermetische klankentapijt dat Gnaw Their Tongues meestal op de luisteraar loslaat. Er is meer ademruimte, een sprankeltje hoop. Ooit komt het nog helemaal goed met de Maurice. Voor nu zijn we zeer tevreden met de logge droney deuntjes, vier nummers die eigenlijk gewoon één geheel vormen ter optimalisatie van ieders gemoedsrust.


