Home Festival BRDCST Festival (DAG2) Brussel (05.04.2025)

BRDCST Festival (DAG2) Brussel (05.04.2025)

by Hans Vermeulen

Indoorfestival BRDCST was op zaterdag in een zonovergoten binnenland aan de tweede dag toe. Backxwash was de curator van dienst en de Zambiaans-Canadese rapster, op haar identiteitskaart staat Ashanti Mutinta, zorgde derhalve voor de namen op het hoofdpodium. Het was druk bekomen van dag 1 en de wervelstorm die Anna von Hausswolff veroorzaakte, dus kozen we voor dag 2 het andere pad en dus niet dat van Backxwash, op één concert na, dat van een Japans combo.

VIOLENT MAGIC ORCHESTRA

Wat hebben de Vlaamse Militanten Orde en Violent Magic Orchestra gemeen? De letterafkorting VMO is gelukkig het enige vergelijkingspunt. Het was wel bevreemdend fans van de band met bandshirts te zien vertrekken aan de merchstand. T-shirts en hoodies waarop dus VMO in het groot te lezen viel. Deze bizarre aanblik werd vlotjes doorgetrokken op het podium. Wat zich daar afspeelde was niet minder dan imposant. De bandnaam zou een gele knipoog zijn naar hun Japanse landgenoten van Yellow Magic Orchestra. Ze willen klinken als een blackmetalband die door Kraftwerk beïnvloed werd.

De bandleden eigenen zichzelf overigens ook de namen toe van een paar legendarische blackmetalbands als Darkthrone, Mayhem, Emperor en Xasthur. Op hun recente album Death Rave kregen ze Attila Csihar en Kaelan Mikla over de vloer. Ze kwamen in ‘corpse paint’ het podium op en begonnen er aan met een indrukwekkende reeks science fiction visuals. Ze lijken bovendien bewust  op Shinigami (goden van de dood) uit de manga Death Note. De show – want zo mag dat zeker betiteld worden – was een industrial horroshow uit de anime wereld met schreeuwen en poses die akelige ruimtewezens opriepen. Muzikaal vonden we er eigenlijk niets aan, maar we zijn wel blij dit theaterstuk te hebben meegemaakt.

Dan werden we muzikaal veel meer op onze wenken bediend in de AB Club. Kassie Krut maakte daar grote sier. Dit New Yorkse trio, Kasra Kurt, frontvrouw Eve Alpert en Matt Anderegg, mengde op zeer dwingende en innovatieve wijze minimalistische electro, industrial en danspunk.

Hoewel er op zich weinig te zien was tijdens hun concerten, maakten ze veel los. De dansbenen en heupen om maar iets te zeggen. ‘Kroetjes’ zeggen we tegen wonden die genezen. Gestold bloed was ook wat we leken te zien op de backdrop bij Kassie Krut. Krut verwijst ook naar krautrock en laat dat nu net heel erg hoorbaar zijn. Zet daar pompende door een dubbele Ableton gestuurde logge beat onder met verveeld klinkende zang en je weet wat je gemist hebt. Het was voor de volle 100 procent overstuurd en “op zijn drum-‘n-bass hyperkinetisch” en dus weinig verteerbaar maar wel melodisch.

KASSIE KRUT

Dit resulteerde in een uniek geluid dat zowat Asian Dub Foundation voor mensen met ADHD leek te willen symboliseren. PVA vibes schemerden door in het tweede deel dat minder bombast etaleerde. EBM en garage passeerden tussen logge dub. Iedereen nam een stuk microfoon ter mond, uiteraard met de nodige autotune in de blender. Deze soundtwist werkte bijzonder goed en hield de bedeesd dansende festivalgangers bij de ‘dubles’. Kassie Krut klonk erg origineel, niet qua concept maar wel hoe ze het uitwerkten, en bouwden de set op sublieme wijze op. Positiewissels op de instrumenten maakten het plaatje compleet. Felle aanrader dit.

EVE ALPERT / KASSIE KRUT

Woorden van James Murphy (LCD Soundsystem) over de debuutep van het uit Bristol afkomstige duo Mermaid Chunky: “You’ve restored my faith in music”. Na een uur te zijn ondergedompeld in de geweldige show van Freya Tate en Moina Moin was een volledige AB Club compleet verliefd en dat vertaalde zich naar een recorduitverkoop merch. Synth-gedreven cabaret met electrowave en middeleeuwse folk werden samengebald tot een fonkelend nieuw klinkend geluid. Codewoorden waren humor, kleur en chaos. De volledige zaal stond te dansen tijdens het laatste kwartier van dit ronduit schitterende optreden. Freya en Moina waren zo schattig en authentiek dat we niet anders kunnen besluiten dan met de woorden “ze speelden het hele veld naar huis”.

MOINA MOIN / MERMAID CHUNKY

Mermaid Chunky zag er uit als ‘Rose Murphy’ of ‘Chappell Rose’ maar bracht dub met een knipoog naar Mano Negra. Sierlijke roze feetjes met een arsenaal aan blokfluiten en een saxofoon. Tiny Gymnast ging over kite dat geen comeback lijkt te maken. “Maybe I will wear my trousers like this”. De tekst ging van ‘beautiful sound’ over jingle Bells naar slutty belly en flip flops. En dat op een beat die leek op Der Rauber Und Der Prinz. Zeer knap gedaan en uiteraard knotsgek met vogels die floten want Moina kan alles nabootsen met haar koffer vol fluitjes.

Het was klappertandend uitkijken naar de volgende vogelsoort. Mermaid Chunky leek wel de clownesque versie van Decisive Pink. Let op, het klinkt nu alsof het een gimmick was maar vergis je niet. De nummers waren erg knap in elkaar gevlochten en het was niet alleen visueel heerlijk om volgen.

FREYA TATE / MERMAID CHUNKY

Gemini Girls werd door beiden bijna parlando gebracht en was ook weer grappig. “We are Gemini Girls wearing gemini shoes”. En dat blootvoets… De nummers klonken onverminderd minimalistisch maar wel onweerstaanbaar met een stevige blootvoet in new wave en ska. Mermaid Chunky had iedereen mee en was dé sensatie van het weekend. Beiden stonden ze even hard aan het roer van een collectief dansfeest en de sérieux waarmee Freya de zaal in galop bracht was onvergetelijk. “Ride that pony, ride that horse”. En zo gaat dit optreden de geschiedenis in als de eerste collectieve paardenwedren onder festivalgangers. Het leven is dus toch een ponykamp.

Hun geluidsman vertelde een paar uur later dat de tekst tijdens het laatste nummer gewoon pure improvisatie was want zei hij “They surprise me every gig, I sincerely didn’t know what was going to happen next”. Geen wonder dus dat ze binnenkort op Glastonbury mogen spelen. Absolute sensatie!

Opnieuw Amerikanen aan zet in de Club met Body Meat van Christopher Taylor. Elke song kende wel een duizelingwekkende mix van r&b, trap en industrial. Pitchfork en andere bladen zijn fan van de hyperspeed rave sound die vooral door de drummer naar grote hoogtes wordt gestuwd. Body Meat opende in een degoutante rookwalm van de totaal overbodige rookmachine met een spervuur van drumpad-salvo’s om dan met Mobyiaanse rustgevende synths een totaal andere en behoorlijk onverwachte koers te varen. Drie minuten later kregen we techno met drumpad en met autotune verminkte zang. Het swingde wel maar desondanks hielden beide heren hun winterse jas aan.

BODY MEAT

Nu ja, techno is het nu ook niet bepaald. Trap dan maar zeker? Hyperpop is ook goed! Sowieso is dit genre immens populair bij de jeugd en dan vooral in Franstalig België. De drumpedaal werd met een gewicht verzwaard. Desondanks was er instabiliteit en dat haalde het tempo volledig uit de set omdat ze er zich aan stoorden maar het probleem niet verholpen kregen. De drumpad viel nochtans perfect te horen. Het duo kreeg de Club niet op temperatuur hoewel de nummers best knap in elkaar staken. Het is geenszins ons geliefkoosd genre maar objectief als we zijn, konden we dit wel grif toegeven. Er kwam maar geen tempo in dus verkasten we voor het slotakkoord van dag 2 naar de Beursschouwburg.

CROP TOP CORE

Daar verscheen het collectief Crop Top Core – geweldige naam – ten tonele en verzamelde een paar straffe muzikanten om DJ Rashad te eren. De ruim 10 jaar geleden overleden footworkpionier uit Chicago was een meester in het verwerken van samples en hiphop in zijn werk en het viertal eerde hem op bijzondere wijze.

Casper Van de Velde (zie ook An Pierlé) was op zijn drums absoluut weer een bepalende kracht. Sylvain Haenen (Purrses, Fievel Is Glaucque) viel zijn gitaar een uur lang aan en aan de rechterkant, de knopjes en de synth stonden Sam De Clercq (Brorlab, Bontridders, Félicette, Kotskat) en Alan Van Rompuy (Vieze Meisje).

Crop Top Core opende ook met effecten uit Caspers drumpedalen en metalen vijzels op de snaren van Sylvain. Sam leek een schattig matroosje dat voorlas uit een boekje maar het op een schreeuwen zette.

Hyperkinetische noise in de stijl van Hyper Gal werd flink uitgepuurd hoewel Sams stem onvoldoende uit de brij werd gehaald wat uiteraard jammer is. Intrigerend was het anders zeker. Scratch en noise geluiden werden in complete kakofonie met een kermisdeuntje op de achtergrond op de broadcasters afgevuurd. Geniaal? Absoluut want de dissonantie had een verslavend effect en we hadden constant het gevoel dat er plot-twists en zotte wendingen stonden te gebeuren. Hopla, een portie Atari Teenage Riot door het zwerk in een broeierige Beursschouwburg.

Saturday Night fever! Elk instrument apart werd origineel op de voorgrond gemixt in rustiger delen van nummers en iedereen ging zot te keer als de nummers op heerlijk sonische wijze mochten ontsporen. Thurston zou trots zijn. Crop Top Core heeft niet alleen een heerlijke naam maar ook een boeiend arsenaal aan heerlijk geflipte nummers. Op het einde klonk de gitaar zelfs als een voorbijrijdende racewagen op een paardenmolen. Natuurlijk was Casper weer het ronduit fantastische drumspook. Dit viertal was zoveel meer dan ‘horseriders op een apocalyps’. Morgen meer crop tops en vooral ook dag 3 van BRDCST.

CASPER VAN DE VELDE / CROP TOP CORE

INSTAGRAM: BRDCST / VIOLENT MAGIC ORCHESTRA / KASSIE KRUT / MERMAID CHUNKY / BODY MEAT

You may also like

This website uses cookies to improve your experience. We'll assume you're ok with this, but you can opt-out if you wish. Accept Read More