Drie jaar geleden hield de Brusselse psychedelische popband Wooly Mammoths het voor bekeken. Frontman Sean Raab verkaste naar de States en daar stampte hij zijn solo-project Fat Trout Trailer Park uit de grond. Muzikaal gaat hij met dit project alle kanten uit, van futuristische postpunk naar psychedelische glamrock, van hiphop naar experimentele electro met rock-‘n-roll invloeden. Voor Raab zijn er geen grenzen, hij experimenteert er vrolijk op los. Dat viel ons op bij zijn vorige singles Gold, Fatberg en Wendigo. Drie singles die je totaal niet met elkaar kan vergelijken alleen dat ze een sterke unieke sound hebben.
Ook met Dirty Hands laat hij weer een andere kan van Fat Trout Trailer Park horen. Met deze song doet Raab geen moeite om zijn minachting te verbergen voor de miljardairsklasse. Hij brengt een zinderend bezoek aan de giftige psyche van een hogeschool opgeleide high roller voor hij terug naar Wall Street gaat met een cocaine en champagne kater.
Deze vierde single uit de debuut-ep van Fat Trout Trailer Park, die op 7 oktober verschijnt, klinkt het meest poppy van alle singles van dit project. Ook baseert Raab zich op dit nummer op een vrij ordinaire cliché formule van een popsong. Geen eigenaardige wendingen zoals in de vorige singles gewoon strofe, refrein en dat blijft zichzelf herhalen tot het einde. Dat maakt van Dirty Hands ook de meest veilige en de minst avontuurlijke song van Raab.
Maar dat maakt van Dirty Hands natuurlijk geen slechte single. Zeker niet, het is gewoon een catchy feelgood nummer. Het is wel een beetje bijzonder dat Sean daar dan de kapitalistische generatie een sneer mee geeft. Sean Raab kan het niet laten om zijn luisteraars op één of andere manier te verrassen en dat altijd in positieve zin.