De Fransman Laurent Pernice draait alweer enige decennia mee. Hij vertrok uit NOX om zijn eigen muzikale weg te vinden en overdonderde ons toentertijd meteen met zijn debuut Details (1988) op het toen zeer interessante label Permis de Construire. Electronica, ambient, industrial en experiment werden op vakkundige wijze met elkaar verenigd en het blijft een plaat die we nog zo nu en dan eens zijn rondjes laten draaien.
Vele platen en samenwerkingen later, onder meer met Legendary Pink Dots, Jacques Barbéri en Dominique Beven, is er nieuw werk beschikbaar dat we, na enkele keren luisteren, bijna net zo intrigerend vinden als zijn debuut.
De eerste paar keren leek het alsof de plaat te veel dingen tegelijk wilde laten horen. Het leek eerder een samenvoeging van een aantal nummers die nog op het schap lagen te blinken dan een samenhangend geheel. Misschien was er te veel wind, of zaten we met ons hoofd in de tuin bloembollen in de grond te duwen en zomerplantjes in de volle grond te steken om gedetailleerd genoeg te kunnen luisteren.
We zijn echter volhouders als we potentieel vermoeden bij een band of plaat, en zie, soms loont het. Dat het nog steeds een bizar geheel is geworden, ligt deels ook aan het feit dat Pernice heel wat gasten heeft uitgenodigd voor Il y a les ombres.

Om te beginnen zijn er vier verschillende stemmen te ontwaren: die van Alain Damasio, een vaste waarde voor Pernice in zijn band Palo Alto, Judith Juillerat die zelf al een paar mooie platen maakte, het heel donkere spoken word-fenomeen Black Sifichi en de schrijfster Héloïse Brézillon, die net haar eerste boek T3M uit heeft.
Muzikaal is Berbéri uiteraard opnieuw van de partij, net als Laura Guarrato (Magma), Nicolas Dick (zanger, gitarist en mede-oprichter van Kill The Thrill en weirdo Christophe Petchanatz.
Het levert elk nummers op die met zijn allen gemeen hebben dat ze de donkere kant van het leven beschouwen. Ietwat angstaanjagend soms, obscuur, geniepig en bevreemdend tegelijk wat voor een bizarre sfeer zorgt die wel even blijft hangen, ook als de plaat al lang en breed is afgelopen.
Net omdat de muziek ietwat ongrijpbaar is, blijven we ernaar teruggrijpen, waardoor we een sterk vermoeden hebben dat deze net zo dikwijls uit de kast zal blijven komen als ’s mans debuut.