Herinnert zich nog iemand de plaat Blight (op U-Tech) van René Aquarius, drummer bij Dead Neanderthals, Cryptae en tal van andere projecten en bands? Dat was een plaat waarop Aquarius zijn drumstel onderzocht, klanken produceerde die weinig tot niets met het doordeweekse gebruik van een drumstel hadden te maken. Hij maakte intrigerende drones die tot ieders verbeelding spreken.
De uit Reims, Frankrijk afkomstige Jason Van Gulick, die sinds 2009 in Brussel is blijven hangen, is al net zo bezeten door drums en percussie, maar pakt het op een helemaal andere manier aan. Hij is van opleiding architect en wellicht is dat de reden dat zijn aanpak een stuk academischer is. Hij onderzoekt hoe de door hem gemaakte klanken corresponderen met de ruimte waarin ze worden gemaakt. Als het beton van een gebouw (concrete), waardoor het al eens mag ratelen en botsen. Hij gebruikt heel wat roffels in zijn opzet, maar verkent net zo goed de buitenkant en de randen van zijn percussie, om er soms schrapende, soms krakende geluiden aan te ontlokken. Een mep op een cymbaal wordt zo een onderbreking van een industrial aandoende drone.
De plaat is opgedeeld in vijf stukken die eigenlijk een mooi geheel vormen. Genummerd van I tot V geeft hij de luisteraar een inkijk in zijn theorieën, die het akoestische karakter van het gebouw en zijn instrument in de verf zetten. Het levert hem voortdurend samenwerkingen op, gaande van Yermo, Ed Wood Jr. tot Sum Of R, waarbij muzikale grenzen geen tel hebben in zijn niet aflatende experimenteerdrift.
Denk aan een ingehouden, dromende Z’ev, voornoemde René Aquarius of elke percussionist die meer doet dan zijn vellen ranselen maar op zoek gaat naar nieuwe geluiden. En het werkt nog ook, want Concrete is een uitstekende plaat waarnaar we eindeloos kunnen luisteren.