De naam Philip Selway zal sommigen weinig zeggen, maar de man zit wel achter de drums bij Radiohead, maakte met Radiohead-collega Jonny Greenwood en Pulp-zanger Jarvis Cocker deel uit van Weird Sisters in de film Harry Potter and The Goblet Of Fire, speelde mee op het album 7 Worlds Collide en The Sun Came Out van Neil Finn en vergezelde Lanterns On The Lake tijdens de opnames van hun recentste album Versions Of Us. Hij schrijft zelf ook liedjes en brengt die sinds 2010 uit onder zijn eigen naam bij het Bella Union label.
Dit jaar bracht Selway zijn derde studioplaat Strange Days uit, de soundtrack voor Let Me Go niet inbegrepen. Het is een filmische meesterwerk geworden waarbij Philip zelf niet achter de drums zat, de Italiaanse Valentina Magaletti nam zijn plaats in omdat hij naar eigen zeggen “not the right mindset” had om te drummer op zijn eigen songs. Die plaat kwam hij voorstellen in Brussel. Hij werd vergezeld door gitarist Adrian Utley (Portishead), Katherine “Quinta” Mann (Collectress, Bat For Lashes) en drummer Chris Vatalaro (Jarvis Cocker, Brian Eno Mark Ronson…). Al is de man het gewoon van op grote podia te staan (met Radiohead) toch werd ervoor gekozen om zijn plaat in België voor te stellen in de intieme AB Club.
Het voorprogramma werd verzorgd door gitarist John J Presley. Presley begeleidde in het verleden Duke Garwood, Ed Harcourt en Smoke Fairies. Solo brengt hij donkere, bezwerende, bluesy nummers die ergens liggen tussen de sound van de jonge Nick Cave, Mark Lanegan en Giant Sand. In 2019 debuteerde hij met het album As The Night Draws In. Twee jaar geleden verscheen Albany Sessions, een plaat die hij in zijn eentje opnam tijdens de lockdown.
John J Presley had twee muzikanten bij die hij niet voorstelde, de man bleek niet echt een grote spraakwaterval. Op keyboards, harmonium en dwarsfluit herkenden we wel zijn partner Danielle Presley maar de drumster kwam ons niet bekend voor. John gaf een afwisselde set waarin elk nummers totaal anders klonk dan het andere. Muzikaal is er dan ook geen etiket op te kleven, de muziek ging van donkere, bezwerende roots & blues tot pure slowcore, terwijl Perry er met haar harmonium een folky kantje aan gaf. John kruidde het geheel af met zijn doorleefde stem en sublieme gitaarwerk. Het klonk allemaal heel intrigerend en intens, het publiek smulde ervan en de singer-songwriter kreeg nadien dan ook veel volk aan de merch-tafel. Dáár bleek de man gelukkig een stuk spraakzamer dan op het podium.
Ook Selway bleek al snel een heel sympathieke, warme man te zijn die al heel blij was dat er mensen kwamen kijken naar zijn concert. Hij kondigde elk nummer aan en gaf er de nodige uitleg bij terwijl hij het niet zo talrijk publiek steeds bedankte voor hun aandacht. Knap om te zien dat zo’n artiest met een gevulde carrière zo bescheiden kan blijven. Dat gold trouwens ook voor de muzikanten die Philip bij zich had, toppers die al bij heel wat topmuzikanten mochten dienen. Het was dan ook geen gemakkelijke klus om Strange Days live te brengen. Een plaat waarop Selway alles uit de kast haalde inclusief een vierkoppig strijkers ensemble en het London Contemporary Orchestra; Dat met slechts vier muzikanten op het podium brengen, is echt wel geen sinecure.
We kregen dan ook een meer ingetogen versie van de mooie plaat, die vooral Quinta passend aanvulde met soundscapes, haar viool en een zingende zaag. Philip heeft een warme, zachte stem die perfect matcht met het subtiele klankenpalet dat we in de AB Club geserveerd kregen. Bij elk nummer leek het of we een warm deken over ons heen kregen. Wel een groot contrast met het voorprogramma, maar dit terzijde. Een groot zanger kunnen we Selway niet noemen maar hij kent zijn limieten en schrijft nummers op maat van zijn stem. Op die manier klonk alles mooi ingetogen en hoefde hij nooit echt uit te halen. Hij wisselde regelmatig van instrument, vaak speelde bij keyboard af en toe ruilde hij ze in voor akoestische en elektrische gitaar en bas.
De set begon met het openingsnummer Little Things uit Strange Dance en hij sloot als bis af met het laatste nummer van de plaat There’ll Be Better Days. Daartussen passeerden de meeste songs uit de recente plaat en het prachtige titelnummer uit de soundtrack Let Me Go, het triphop-achtige Coming Up For Air en de akoestische pareltjes Don’t Go Now en Turning It Inside Out uit het vorige album Weatherhouse. Ook mocht de allereerste song die hij ooit schreef en opnam By Some Miracle niet ontbreken.
Philip Selway en zijn muzikanten brachten een wondermooie, magische set vol ingetogen pareltjes waar het publiek enthousiast op reageerde. Gelukkig was het grootste deel van de aanwezigen muisstil aan het luisteren zodat we alle details van de liedjes konden horen. Dit concert kwam toch wel heel dicht in de buurt van de perfectie.