Op de avond dat een of andere rare kwast gekleed in een rood kleed over de daken met een wit paard schuurt en brave kindjes met lekkere dingen verwent, werden de muziekliefhebbers door de Hasseltse Muziekodroom getrakteerd op een stukje onvervalste muziekgeschiedenis waarover sinds 38 jaar menig fan nog steeds niet is uitgepraat: Killing Joke.
Of men over vier decennia nog over Death Valley High, die de support act was, nog zal spreken is een zeer twijfelachtige zaak. De Californische act lijkt qua looks wat op de vergane glorie Gene Loves Jezebel en tapt schaamteloos uit de allergrootste clichés van de glamrock. Ze hebben wel meesterproducer Ulrich Wild (White Zombie en Deftones) kunnen strikken voor hun album CVLT [AS FVK], helaas vertaalt dat zich niet in goede songs. Laat staan een origineel geluid, en dat is nou net waarin de hoofdact altijd in heeft uitgeblonken…over tegenstellingen gesproken!
De reden waarom Killing Joke al die jaren is blijven meedraaien is zonder meer te danken aan het feit dat de Britten nooit twijfelden om te experimenteren, zonder daarbij ooit hun eigen oergeluid te hebben moeten prijs geven. Soms ging dit vrij ver, zo werd er midden jaren 90 met nu-metal geflirt of klonken ze op de onvolprezen Brighter Than A Thousands Suns eerder als een bombastische apocalyptische synthpopband. Met hun laatste studio-album Pylon die ontzettend goed aansloeg bij de trouwe fans werd resoluut gekozen voor een terugkeer naar hun oude punkroots, in Hasselt werd dat na de eerste decibels onmiddellijk overduidelijk. Ook wat de bezetting betreft. Tijdens de begrafenis van bassist Paul Raven die op 46-jarige leeftijd aan een hartstilstand overleed, werd het duidelijk dat de mannen die Killing Joke hadden opgericht (zelfs de meeste trouwe fans kunnen de verschillende line-up’s niet bijhouden), opnieuw bij elkaar moesten komen. Zo geschiedde, en ook in de Muziekodroom waren het zanger Jaz Coleman, gitarist Geordie Walker, bassist Martin “Youth” Glover en drummer Paul Ferguson die in hartje Limburg stonden.
Jaz Coleman was er in 1982 al rotsvast van overtuigd dat de wereld zou vergaan, en ook al lijken zijn onheilspellende woorden van toen niet meer als een goedkope Nostradamus-nepprofetie, is hij in tijden dat Trump aan de macht is, de gedroomde entertainer om zijn buigzame publiek voor een anderhalf uurtje naar diens inferno te leiden. Ooit zal hij toch wel gelijk krijgen, dus laten we gewoon dansen op de laatste stuiptrekkingen van een planeet die zich heeft neergelegd bij zijn eigen ondergang.
It’s the end of the world and I feel fine (juist Michael Stipe) en Coleman kan het weten, want bijna al zijn songs gaan er over. De tour zat er met het Belgische optreden op, en hoewel de band een wat vermoeide indruk gaf (de mannen naderen nu eenmaal de grens van 60), werd iedere Killing Joke-fan ontroerd toen hij zag hoe op het einde de leden in elkaars armen vielen. Bijna veertig jaar een punkfenomeen zijn en op handen gedragen worden door de fans, het is een plezier dat niet iedereen wordt gegund.
Een loeiharde klank geleid door een set die een briljante potpourri was waar iedere Killing Joke-fan zich wel kon in vinden. Love Like Blood (verguisd door heel wat Killing Joke-fans, desalniettemin één van de beste songs ooit) zette als tweede track de zaal niet onmiddellijk in vuur en vlam, maar dat veranderde eens de intro hoorden van Eighties door de Muziekodroom galmde. Het klinkt inderdaad best lullig om in een concertzaal “we’re living in the eighties” in 2016 te staan brullen, maar bij Killing Joke vergeet je dat. Hun geluid is nu eenmaal één van de bouwstenen van de zwarte jaren 80-muziek, en klinkt geen noot gedateerd.
Aan crowdpleasers geen gebrek. Het hypnotiserende The Wait, de psychotische meezinger Unspeakable, de song waarop de hele moshpit wachtte (Wardance), het betoverende Requiem, het onverwoestbare Complications en zelfs die eerste door John Peel gelanceerde hit (Turn To Red). Een voor een werden ze gespeeld, en één voor één met gejuich onthaald. De rimpels en de haaruitval worden meer en meer merkbaar bij Killing Joke, maar de band die zijn naam uit een Monty Phyton-sketch haalde, staat er anno 2016 nog steeds. Dat we dit nog mogen meemaken, niet waar doemdenkertjes?