Come And See Gurriers! De titel van de strakke debuutplaat van de Ieren loodste ons als een koelkastmagneet naar de AB Club. De zenuwen g’ier’den ons door de keel want NERVES uit datzelfde Ierland kwamen in het voorprogramma de zenuwen nog wat strakker opspannen. Nog een link tussen beide bands is Left Of The Dial. Gurriers werden in Rotterdam maatjes met het Hollandse Tramhaus en binnen een vijftal dagen zullen NERVES daar voor de Ierse opvolging zorgen. Met Glórach heeft NERVES overigens een evenzeer krachtig debuutstatement uitgebracht. De Dubliners hebben een experimentele punkreputatie opgebouwd als één van de meest verpletterende live bands van het moment. Onze oordoppen hadden we in onze achterzak steken en kwamen van pas. Naast Gurriers draaiden ze ook al aan de verwarming bij Sprints en Deadletter.
Nerves is een punkkwartet uit Londen, maar ook een shoegaze band uit Sheffield. Maar die kleuren slechts bleekgroen vergeleken met de venijnige oerkracht die uitging van het enige echte NERVES, het kwartet uit Dublin dat Ierse westkustpunk met veel noise bracht. Er is ook een reden waarom die bandnaam terecht hoofdletters opeiste. Het viertal is afkomstig uit de Ierse graafschappen Mayo en Galway, wat wellicht de vlag met wapenschild op de versterker verklaarde. Naast ons stond een Ier die in 1986 voor een jaartje naar Brussel was afgezakt, maar dat jaartje duurt precies nogal lang want hij woont hier nog. Apetrots en glunderend onderging hij deze heerlijke pot noiserock. Een Nederlandse fan uit Utrecht wist me te vertellen dat de ritmesectie op drums, Adam Nealon, en bassist Ryan Mortell in een andere Ierse band zitten: Naked Lungs.
Zanger en gitarist Kyle Thornton was met zijn krullend haar, doorzichtig zwart shirt en Ierse kilt boven een gewone broek (vreemd dit) de blikvanger, maar gitarist Eoin Keigher was de verpersoonlijking van een opgefokte fulminerende noiserocker. Hij sloop bijna al stuiptrekkend over het podium en bliksemde menig concertganger neer met een vervaarlijke blik. De militant van de partij Groen op de eerste rij droeg een rood t-shirt en dat leek wel als een rode lap op een stier te werken bij Keigher. Het zorgde er wel voor dat er op het podium visueel veel te beleven viel maar gelukkig was dit overheerlijke ondersteuning voor een dijk van een concert. Wie bekend is met de opgehitste live shows van Gilla Band weet al meteen welk vlees we in de kuip hadden. Het is bovendien Gilla Bands Daniel Fox die achter de knoppen zat bij het finaal inblikken van Glórach, dat overigens Iers is voor lawaai.
Opener Empty combineerde al meteen furieuze gitaarfeedback met een ‘dronende’ bas en naar de keel grijpend gezang. Denk aan gotische punk in metalen bunkers in een industriële aankleding. De band luisterde vooral naar My Bloody Valentine, Bauhaus, Burial en jawel The Cure. Het favoriete nummer aller tijden van Thornton is overigens Just Like Heaven.
NERVES gooiden er meteen gloednieuwe nummers achteraan, getiteld Takes A Second, Dirty Fingers en Don’t Let Go. Deze pasten perfect bij de op Glórach verfijnde korrelige sound. In het publiek zei iemand “dit is zo goed dat je hoopt dat de nummers geen 3 maar 10 minuten duren”, en dat was dan nog een FGF, met name een Fervente Gurriers Fan.
Afsluiter Leigue beantwoordde deze verzuchting en liet pijnlijk smachtende gezangen over vervormde gitaren horen. Het werd steeds feller tot het nummer stilviel om vrijwel meteen vol plankgas een epische finale in te luiden. Het nummer is al jaren het uithangbord van de band en de meest accurate manier om de band in pakweg zeven minuten samen te vatten. Conflict en spanning dansen hand in hand en symboliseren de Ierse samenleving. De impact van trauma’s uit het verleden leven verder in hun nummers. Het resultaat is intense muziek die in de AB op sublieme wijze tot leven werd gewekt. De triomfantelijke respons na hun laatste nummer was méér dan terecht.
Gurriers, oud Iers voor stoere, wetteloze straatjongens, bestormden letterlijk het podium dat nog in licht baadde en we zagen meteen zanger Dan Hoff in een op Mark E. Smith geënte sjofele outfit positie innemen achter zijn microfoon. Bassist Charlie McCarthy droeg ook een Ierse kilt, wellicht een overblijfsel van zijn periode bij zijn andere band die hij een half jaar geleden verliet, met name NERVES, jawel!
Wij stonden vlak voor gitarist Ben O’Neill en mijn god, wat maakte die 50 minuten lang indruk. Nausea lanceerde als opener meteen een zotte moshpit, uiteraard niet voor het laatst vanavond. De jengelende sirene-achtige gitaar van O’Neill en de opgefokte baslijnen van McCarthy lieten meteen een hevige portie IDLES horen. Hoff maakte ons het hof met overtuigd en overtuigend geschreeuwde teksten. De toon was gezet!
Gitarist Mark MacCormack dook meteen het publiek in tijdens het veelzeggende Close Call, dansbare pokkeherrie die vooral het spelplezier van de band etaleerde. Furieus dansen, het bestaat, en het genre werd vormgegeven door Gurriers. Tijdens Des Goblin gooiden de Ieren een flinke scheut Klaxons door de AB Club waarmee ze de dansbare noiselijn feilloos aanhielden. Het al iets oudere Boy werd geïnjecteerd met de genen van Gilla Band, niet in het minst door de onverdroten ijver die Ben – de man met de meeste ideeën in Gurriers – aan de dag legde.
“Live intense and die in freedom” werd er al even intens uitgeperst als de boodschap ambieerde tijdens Dipping Out. IJdele hoop dat de fans hierop zouden blijven stilstaan. Uiteraard stond de boel in brand en we probeerden die vergeefs te blussen door onze pint in alle euforie om te stoten.
En wat een heerlijke optater is No More Photos wel niet zeg! Metz stoppen ermee maar met Gurriers is de opvolging verzekerd. Eén van onze favorieten van dit aan een razend tempo voort denderende, oerkrachtige optreden. Het nummer eindigt als pure Nirvana ten tijde van Tourette’s. De voet werd dan van het gaspedaal gehaald maar hier onderscheidt de band zich van andere opkomende bands als Model/Actriz of Chalk door even interessante en begeesterende muziek te brengen als geopteerd wordt voor radiovriendelijk voortkabbelende nummers. Prayers is dan ook een dijk van een gebed. Het bewijs werd geleverd door het prachtige Top Of The Bill want we zagen niemand naar de bar schuiven. Ook hier maakte de spaarzame gitaar van O’Neill indruk met zijn verwijzingen naar het obscuurdere werk van The Cure. De hoogtepunten werden ondertussen even talrijk als de in elkaar gestapelde ‘hoogtepinten’ op het podium.
Het slottrio van de plaat vormde ook de finale van het optreden. Het tempo mocht zich weer ongenadig vergalopperen tijdens het aan Fat Dog te linken fuifnummer Sign Of The Times. McCarthy mengde zich tussen de moshende dansers maar verloor zijn baskabel. Hij droop af maar Hoff was zo hoffelijk om het nummer te herbeginnen. Geheel terecht want het nummer dreef volledig op de klanken die Charlie uit zijn bas perste. Met Approachable kregen we de laatste en wellicht felste uppercut te verwerken. De kaart van de stonerrock werd getrokken en het bleek een winnende troefkaart. Springende en lachende gezichten vulden het AB-zwerk en de bandleden mengden zich heel benaderbaar tussen de fans.
We waren, eerlijk is eerlijk, al een paar maand uitgekeken op het postpunkgenre maar de Ierse revolutie van 14 oktober – voer voor toekomstige muzikale dichtbundels – liet ons het genre weer volop omarmen. Come And See, het nummer, was de kers op de shoegazetaart en toonde nog maar eens de veelzijdigheid aan van Gurriers.
Het gebeurt niet alle dagen dat een support band niet moet onderdoen voor een headliner in topvorm, maar NERVES hadden het lef deze prestatie op hun prestatiefiche te noteren. De grootste fan van Gurriers repte zich naar voor en overhandigde Hoff een koelkastmagneet in de vorm van Manneken Pis. Een Manneken Bis zat er niet meer in want daarvoor hebben ze nog te weinig nummers. Wordt vervolgd.
NERVES: Instagram – Facebook
GURRIERS: Instagram – Facebook