Ondanks de zere voeten en andere protesterende lichaamsdelen, trokken we voor de derde dag op rij naar Kortrijk voor de slotdag van Sonic City. Naast een paar welklinkende namen die we niet wilden missen, stonden er evengoed acts op de affiche waarvan we nog nooit hadden gehoord. Het is dan ook een ontdekkingsfestival voor iets.
Doordat een act wegviel werd er wat aan de tijdstabel gesleuteld. Terug puzzelen dus, maar shit happens. Cola was niet al te gecharmeerd door het feit dat ze om één uur in de middag de registers moesten openen, toch waren ze tevreden – hoe konden ze anders – om te merken dat ondanks het vroege uur de Club tot aan de voordeur was gevuld. Waarschijnlijk heeft dat veel te maken met het feit dat twee Cola-leden bij Ought zaten. Het gaat nog steeds om postpunk, strak gespeeld waarbij vooral het vakmanschap van Evan Cartwright opviel. Het enige wat het trio niet in huis had was voldoende variatie, waardoor de nummers veel te veel op elkaar leken. Niet slecht, wel heb je dit soort bands net iets te vaak gehoord waardoor de grote doorbraak wellicht zal uitblijven.
In noisemiddens is DITZ al een tijdje de band die aangestipt staat als de huidige vaandeldrager van het genre. Afkomstig uit Brighton en berucht om hun decibels. Dat leverde in Frankrijk reeds een opstootje op met de politie wegens geluidsoverlast. Ook Kortrijk bleef niet gespaard. Snoeiharde noise die over je heen raast als een straaljager. Ook al was het op een tijdstip dat de modale burger een tasje koffie met bijhorend taartje verorbert, slaagde de excentrieke frontman Cal Francis er op zijn dooie gemak in om de Sonic City-gangers rondjes te laten lopen die enkele seconden later ontaarden in een vurige moshpit. Amper twee bands ver en reeds een hoogtepunt genoteerd, een voorbode van wat een fantastische dag zou worden.
Ulrika Spacek gaat al een tijdje mee. In 2016 debuteerden ze met The Album Paranoia. Ondanks positieve woorden van de pers, bleef de Britse band steeds onder de radar van het grote publiek. Wel gelukkig opgemerkt door Tramhaus die als curator van het festival de band uitnodigde om er hun derde album Compact Trauma voor te stellen. Aanstekelijke psychedelische indiepop die niet vernieuwend klinkt, maar toch aanvoelde als het meer toegankelijke werk van pakweg Spectrum of Spiritualized. Dit maar om te zeggen dat je het bij Ulrika Spacek in hogere sferen moet zoeken.
Je zal het maar doen, als invaller het hoogtepunt van de dag worden. Dat is wat Voyeur deed. Afkomstig uit New York en al muziek opgenomen met producer Martin Bisi, die bekend is voor zijn werk met Sonic Youth. Laat de band rond Thurston Moore dan ook het heerlijke ijkpunt zijn voor dit viertal. Zangeres-gitariste Sharleen Chidiac lijkt dan wel sprekend op PJ Harvey, muzikaal laat ze zich meer gelden als de zus van Kim Gordon. Strak gespeeld, geen greintje interactie met het publiek, wel volledig opgaand in haar eigen sound. En als die gelinkt kan worden met één van de beste bands ter wereld dan ben je goed bezig en kan dat ons alleen maar gelukkig maken.
Joe & The Shitboys. De trofee van beste bandnaam, dat vond ook de Canadese Dana Gavanski die door tijdsoverlap toch onze voorkeur genoot. Tijdens een gezellig praatje, fluisterde de zangeres ons toe dat ze haar inspiratie voornamelijk haalde bij Virginia Astley. Voor wie niet mee is, een dame die in de jaren 80 met haar ethereal pop in één adem met die van de Cocteau Twins werd genoemd. Dana heeft dan ook het soort stem waar je uren naar kan luisteren. Voeg daar nog een dosis lo-fi pop aan toe die zowel speels als gevaarlijk is en je hebt muzikaal vuurwerk. Een derde hoogtepunt? Jawel, en met I Talk To The Wind van King Crimson mag ze van ons part al wandelend naar huis met de trofee van beste cover die op Sonic City de revue passeerde.
De vier jongens van Mock Media wonen in een klein boerenstadje in Canada en zo zien er ook een beetje uit. Maar schijn bedriegt, want achter de korte broeken of de salopette schuilen vier jongens die hun strepen al verdienden bij Crack Cloud, N0V3L en Pottery. Een supergroep dus zoals ze in de online-brochure van Sonic City werden omschreven en zo gedroegen ze zich ook. Vier jonge kerels die veel geluisterd hebben naar de Talking Heads of de eerste (overigens prima!) platen van The Police. Hoekige wavepunk waarin veel te beleven viel. Dat vond ook het publiek die zich de ziel van het lijf danste. Eentje om aan te kruisen? Jawel.
Je weet het natuurlijk pas maar achteraf, maar de Club was veel te klein voor The Messthetics. Meters voorbij de ingangsdeur stonden nieuwsgierigen aan te schuiven om een glimp op te vangen van de band die opgebouwd is rond Fugazi-leden Joe Lally en Brendan Canty. Samen met jazzsaxofonist James Brandon Lewis lieten ze de noise voor wat het was en hielden ze zich deze keer bezig met een flinke portie free jazz met daarbovenop een fris punklaagje gesmeerd.
Ondertussen kon je om het hoekje in de Box terecht voor een intieme set van Nadah El Shazly. De in Caïro geboren producente/muzikante stelde in de Guldensporenstad haar album Ahwar voor. Prachtige, intieme muziek die bij momenten doet denken aan het rustigere werk van Portishead. Namedropping waarmee we alleen maar willen zeggen dat Nadah El Shazly voor torenhoge klasse staat.
Minder subtiel waren de Lambrini Girls uit (alweer) Brighton. Punkrock die refereert naar de eenvoud van The Runaways (wat geen nadeel is), maar wel overladen met politieke statements. Dit laatste vormde helaas wel een hindernis. Er is geen zinnig mens die niet akkoord kan gaan met de boodschappen die Phoebe Lunny de zaal instuurde. Meermaals liet de frontvrouw horen dat wie niet instemde met haar gedachtegoed de zaal mocht verlaten. Snappen we, veel minder begrepen we waarom dat bij iedere song moest herhaald worden waardoor alle vaart uit het concert werd gehaald. Ook Lunnys woorden om op haar bevel tot vervelens toe op en neer te springen of rondjes te dansen, waren wel vermakelijk, maar soms had het meer met Plopsaland te maken dan met Bikini Kill.
Nu goed, smaken verschillen en dat was zeker het geval met Lust For Youth. Het Deense duo dat eerder al op Sonic City stond, werd al vaker omschreven als “de New Order van den Aldi”. Nu ja, zelf hebben we nog steeds liever de New Order van den Aldi dan de Mumford & Sons uit de Delhaize. Poppy synthpop waarbij de ene de zaal verliet en anderen aan het swingen waren, ook al werden sommige melodielijnen gewoon uit hun gsm gedropt. Veel minder tevreden waren de fotografen – en onze ogen – die het moesten stellen met een set waarbij de stroboscoop geen seconde op pauze stond.
Tijd voor de laatste act van de dag en dat waren natuurlijk de curatoren van dienst: Tramhaus. Amper vier jaar op de teller, maar dankzij opgemerkte optredens op Eurosonic, Best Kept Secret en Lowlands in geen tijd grote undergroundsterren geworden. Zanger Lukas Jansen kon het zelf amper geloven dat hij voor een bomvolle zaal stond die gewillig uit zijn hand at. Postpunk, maar wel met de kracht van een bulldozer. Er was geen seconde zonder een uitbundige moshpit te bespeuren. Een feestje voor het publiek, maar vooral ook voor deze Rotterdammers die er moeiteloos in slaagden om op een regenachtige zondagavond in Kortrijk te kunnen bewijzen dat ze één van de beste livebands van dit moment zijn. Na afloop hadden we zelfs nog genoeg energie over om er aan toe te voegen dat dit maar het begin is. See you next year Sonic City!
Sonic City: Facebook / Instagram
COLA / DITZ / VOYEUR / DANA GAVANSKI / MOCK MEDIA / STILL HOUSE PLANTS / THE MESSTHETICS & JAMES BRANDON LEWIS / NADAH EL SHAZLY / LAMBRINI GIRLS / TRAMHAUS