De stormram die de deur keihard open beukt, heeft plots plaats geruimd voor een schuchter klopje op de deur, een liedje over plastic slangen, een groots en bombastisch shoegazenummer dat verkeerd afliep, een indie-nerd die de ideeën die hij in zijn hoofd heeft, samenbrengt in zijn slaapkamer en wereldvrede die achter de hoek lonkt.
Dit allemaal in onze Luminous Belge van deze week. Artiesten van dienst zijn Ramkot, Fervents, Whispering Sons, Julien Tanghe en Warhaus.
De stijl van Ramkot wordt omschreven als “ramrock”: goed in het oor liggende gitaarrock die rechttoe rechtaan is en live garant staat voor een stevig feestje. Dat Ramkot mocht rekenen op behoorlijk veel airplay – niet in het minst op Studio Brussel – heeft ertoe bijgedragen dat hun aanhang razendsnel groeide. En toch viel er soms ook al eens een kritischer noot te lezen bijvoorbeeld bij onze Noorderburen na hun passage op Pinkpop. Zo was één van de bemerkingen dat Ramkot zich wel erg gemakkelijk laat verleiden tot nummers die een eenvoudiger versie lijken van bands zoals Queens Of The Stone Age.
Of er een verband bestaat tussen de kritische commentaren en de nieuwe single Hollow weten we niet. Feit is wél dat Ramkot bij dit nummer plots uit een héél ander vaatje tapt.
Eerdere singles Zeppelin en Claim To Fame uit het komende album Rosa, lieten de band al op een andere manier horen maar het waren nog steeds onvervalste, stevige rocksongs. Niets daarvan echter bij Hollow. Rustig, ingetogen en verrassend zijn termen die beter bij dit nummer passen. De stormram die de deur keihard open beukt, heeft plots plaats geruimd voor een schuchter klopje op de deur. Dat het trio op dergelijke pakkende wijze voor de dag zou kunnen komen, hadden we eerlijk gezegd niet meteen verwacht. De garantie op een feestje leek net bijna een vanzelfsprekendheid geworden en dan komen ze plots bloedserieus uit de hoek.
Laat ons maar meteen duidelijk wezen: ook deze manier van Ramkot kunnen we heel erg appreciëren. Het toont niet enkel dat ze groeien als muzikanten maar ook dat ze geen schrik hebben om het over een andere boeg te gooien én dat het niet altijd van voor tot achter moet beuken om interessant te zijn. Laat Hollow dan ook nog eens net een verhaal brengen over hoe je angstvallig je identiteit tracht te verbergen uit schrik om de waarheid te tonen aan een ander, en je krijgt meteen een band die een andere gedaante aanneemt maar wél eentje die geloofwaardig is.
In oktober komt Fervents‘ ep uit en Plastic Snake Factory is ondertussen de derde single. Liedje over plastic slangen, “Wat is dat nu?” zou je denken, maar het is wel degelijk een scherpe satire op de absurditeit van de hedendaagse samenleving. Het nummer wordt door de Luikenaars dan ook omschreven als “een volkslied voor verzet en eenheid”.
Of Jan met de pet van plan is om Plastic Snake Factory op straat mee te brullen valt te bezien. Wij zijn alvast fan. Noem het punk of wat dan ook, vooral weten ze bij Fervents snedige gitaarriffs te combineren met melodie. The Clash is nooit veraf. Een band om te ontdekken en vooral te omarmen. Laat de hype maar komen, want Fervents behoort tot het beste uit België dat je waarschijnlijk nog niet hebt gehoord.
De zomer van 2024 werd ook een beetje die van de Whispering Sons. Present op de meeste festivalpodia. Verpletterend zoals altijd, zoals bijvoorbeeld op seizoensafsluiter Leffingeleuren. Een set die werd beëindigd met de nieuwe single Try Me Again en door onze man ter plaatse werd omschreven als een onomkeerbaar bewijs dat Whispering Sons 2.0 nog straffer is! Een statement dat helemaal klopt. De eerste mini-lp en bij uitbreiding Image, zijn mijlpalen in de (Belgische) muziekgeschiedenis en een perfect bewijs hoe jonge snaken met klassieke newwave- en postpunkelementen (en veel talent) iets nieuws en origineels kunnen brouwen.
Op de vooravond van een clubtour in Europa met 36 (!) concertdata, verschijnt Try Me Again als liveversie op single. Omschreven als Kobe’s kijk op het schrijven van een groots en bombastisch shoegazenummer dat verkeerd afliep. Het is maar hoe je het ziet, voor ons is het gewoon weer een tour de force van een band die er keer op keer slaagt om zichzelf te overtreffen, massaal het publiek meekrijgt in hun onvoorspelbare eigenzinnigheid en dat zonder ook maar één duimbreed toe te geven. Dat alleen al maakt van Whispering Sons één van de allerbeste internationale allerbeste bands in jaren. Dat en natuurlijk nog veel meer.
Als je fan bent van Jakomo, de indieband bestaande uit Brusselse twintigers, dan wil je vast ook luisteren naar de nieuwe solosingle van Julien Tanghe. Hij is teruggekeerd naar zijn slaapkamer, maar heeft zijn vrienden eruit geschopt om zijn nummer alleen op te nemen. Later liet hij Lucien Fraipont van Robbing Millions er nog eens naar kijken als producer en voila, we hebben een prachtig indiepopliedje dat alles heeft wat Jakomo ons altijd heeft gegeven. Het is misschien iets eigenzinniger en pittiger.
Of Julien Tanghe nu muziek maakt met Jakomo, zijn andere project Denali Wrench of solo, hij heeft zijn herkenbare stijl gevonden, maar hij combineert die altijd met nieuwe ideeën zodat er geen sprake is van stagnatie.
Zijn melancholische, meer teruggetrokken zang en de ritmegitaar, die herinneringen oproept aan oude soul- of psychedelische opnames, worden hier ondersteund door een drummachinebeat die Suicide eind jaren 70 niet anders geprogrammeerd zou hebben. De mysterieuze stem aan het begin van Nydn zou ook een invloed van Alan Vega kunnen zijn. De drummachine is het beknopte geluid dat Julien Tanghe gebruikt om het nummer te variëren, soms harder, soms zachter. Soms met die postpunkgitaar, soms alleen met stem.
Er is hier geen herkenbaar refrein. We hebben het niet over de zomerhit van 2024, we hebben het over de indie-nerd die de ideeën die hij in zijn hoofd heeft, samenbrengt in zijn slaapkamer. We mogen een kijkje nemen. Natuurlijk kan het ook gebeuren dat door de beat en energie van het nummer er aan het eind een paar meubels aan de kant moeten, want dansen mag tenslotte. Julien Tanghe moet dat maar met zijn buren regelen. We zijn hier slechts gasten.
De romantische Belgische versie van Gainsbourg is sinds een tijdje gestopt met lachen van miserie. Meer nog, sinds het overtollige hartzeer waar Ha Ha Heartbreak in verzoop heeft Maarten Devoldere weer vlinders gehuisvest in zijn solide buik. De sierlijke verteerde popcorn, maakt plaats voor de eerste echte single van zijn vierde album Karaoke Moon en croont Warhaus Where The Names Are Real op gang.
Wereldvrede lonkt achter de hoek moesten meer mannen zoals Maarten over hun “Emily’s” schrijven. Hij omschrijft haar niet alleen als het goddelijke lichaam, ook de kwetsbaarheid van een prille relatie komt naar voren in dit nummer. Is het wel goed genoeg, voor minder dan die echtheid mag de toekomst ons kleurboek niet vol tekenen.
Warhaus heeft het nadeel van in een te talentvolle bubbel ontbolsterd te zijn. Lijntjes kunnen ze best naast elkaar trekken. De vriendschap en onderling respect maakt plaats voor alle succesvolle muzikale projecten waar we op zijn tijd van kunnen genieten. Inventieve vriendjes die ons huidige muzieklandschap kleuren verdienen onze warme knuffel.