…And Then I Fell Apart was zowat een jaar geleden het ep debuut van vier vijftigers uit het Gentse die hun liefde voor vintage rock, postpunk, new wave en wellicht ook voor elkaar samenbalden in een urgente live band. De ep gaf niet de energie weer die bij F R A G M E N T van het podium afstraalt.
Nu is er echter hun eerste volwaardige plaat en die doet dat zeker en vast wel. Met een titel als There’s A Riot Goin’ On waren ze dat meteen aan zichzelf verplicht. Etymologisch is een fragment een brokstuk, een deel, een episode, een flard, een flits, een onderdeel, een scherf of een uitsnede. Het zijn mysterieuze kerels, zoveel is wel zeker. Philippe Gunst (gitaar en keys) stond 30 jaar geleden in de finale van Humo’s Rock Rally en dat was toen hét van hét. Drummer Geert Bonne is gekend door elke die hard Gorky-fan. Piet Geldhof (bas) en zanger Christophe Scheire zijn de bandleden met de minste ervaring maar zuigen op een podium de meeste aandacht naar zich toe.
Maar terug naar die oproer-plaat. In The End zit zowel qua zang als muzikale insnede in de loopgraven van Whispering Sons. “We lack the courage to be cowards”. Mooie zin maar op het einde kunnen ze precies dan toch niet meer verder, want “in the end we can’t go on”.
Voor Warzone wisten ze ene Luc Van Acker te strikken om Scheire vocaal te ondersteunen. En hoe heerlijk is de Willy Willy vs TC Matic-gitaar van Gunst? Overheerlijk! De korrel in Scheires stem past als gegoten bij de vette groove want dit nummer hoort nu eenmaal ruig en vuil te klinken. Het einde klinkt ook heerlijk abrupt. De band grossiert live in oplawaaivormige erupties maar pakt op deze plaat uit met een paar straffe aanstekermomentjes (voor de jongeren: gsmlichtjesmomenten). Scared maakt de problematiek van dakloosheid bespreekbaar en Scheire klinkt nog triester dan de song zelf. Wat een inlevingsvermogen. De band is fan van The Triffids en die tristesse vinden we hier zeker terug.
Het is nooit slecht om een geforceerd minder nummer tussen parels te zwieren, die vallen dan beter op. Ghosts ontgaat ons volledig. De “it’s not under your bed, it’s in your head” klinkt zoals het nummer, heel erg doorsnee en overbodige early nineties poprock die nogal neigt naar wat U2 tot het sterrendom verhief. Maar kijk, die hebben bijna evenveel fans als War On Drugs dus waarschijnlijk hebben wij de ‘holy ghosts’ nog niet ontdekt onder ons bed. Slow Kill is een rustig nummer dat de geesten de adem afsnijdt met een sublieme gitaarlijn en heldere zang. “You’re taking me for granted, slow the pain” is tekstueel ook weer erg geslaagd en het nummer lekker gelaagd. Zonder twijfel één van de hoogtepunten op dit debuut. Scheire lijkt ook wel 4 à 5 zangers inéén te herbergen want hij kan met zijn stem vele kanten op. In de studio kan dat allemaal gecamoufleerd worden, maar neem het van ons aan, live boet hij niet in aan dadenkracht.
Nijdigheid troef in wat wellicht de strafste riotsong is. Mislukte succesverhalen worden in Fake Merit in een moddervette baslijn gedrenkt. Geldhof wil deze groove wellicht een kwartier aanhouden. Gunst gooit er achteloos een riffke tegenaan en Bonne mag zich meppen eh reppen om het tempo te volgen. In het tweede deel van de song zorgt Gunst voor het meest magische moment van de plaat met zijn heerlijk gitaarspel dat de band duidelijk doet ‘overdriven’, wat mag als je iets wil duidelijk maken. De “you don’t get my irony” klinkt giftig en gemeend. En hoe zou het ondertussen zijn met Greta Thunberg? De Sisters Of Mercy-achtige vibe in Riot, we bedoelen die van First And Last And Always, wordt met een sirene opgepompt tot een rockertje dat niet helemaal bekoort maar een broodnodige ode aan de klimaatactivisten inhoudt.
Inhouden doen de Fragmentiërs in het slot met Gone om dan vuilbekkend af te ronden met een uppercut die bijna stoïcijns Meanwhile werd gedoopt. Gone presenteert een erg parlando zingende Scheire met een diepe warme stem. Hij zegt het zelf dus het is de waarheid. “Watch your back, you don’t wanna be fooled”. Deze song klinkt anders dan anders en dat maakt de band ook wel interessant.
F R A G M E N T zal wel veel repeteren maar herhaalt zichzelf niet op dit debuut. Vaak is een gebrek aan een coherent geluid een struikelblok, hier ondervinden we dat niet. De variatie maakt ruimte vrij om vol aandacht te luisteren naar het volgende nummer, en meanwhile is er opnieuw een brommer gestolen in de wijk. Blah blah blah… een uitgebreide ode aan Iggy Pop een waaier aan pompende riffs rollen aan en af. Het is gewoon een leuke punksong in de beste “up yours”-traditie. We hebben in de wandelgangen van het internet vernomen (blah blah blah deel 2) dat de plaat op cd gebrand is, dus wie nog op zoek is naar een kerstcadeau dat niet veel plaats inneemt en een totaal onherkenbare vorm heeft (do you get my irony?), contacteer zonder dralen F R A G M E N T via hun socials (die vind je hieronder).