Of de Grote Moedergodin er voor iets tussen zit, is niet duidelijk, maar The Black Swan Triad bracht met hun album Symbiosis de Elementen muzikaal onder de aandacht. Het is de debuutrelease van deze muzikanten, die voor het eerst samen een verbond sloten.
Hoewel Ashtoreth en Grey Malkin dat al eerder deden. Met zijn soloproject Ashtoreth, kennen we Peter Verwimp vooral van zijn eigenzinnige, experimentele drone- en doomsound, die tegelijk natuurlijk en sjamanistisch klinkt. Grey Malkin houdt het iets geheimzinniger, want het is ons nog steeds niet volledig duidelijk of het hier om een individu of een collectief gaat, dat experimentele folk brengt.
Deze keer werkten ze samen met de Noorse artiesten Menaleah en Vindlandsraud. Twee metalgeöriënteerde namen, ook niet vies om daar een streep folk door te trekken.
Vier namen, vier elementen. De symbiose klinkt meesterlijk in de 7 tracks op dit album.
Knisperende vlammen worden meteen overgenomen door vurig getokkel en tribale gezangen in Fire. Een track die opflakkert en weer luwt tot duister mystieke sferen.
Het zou te vanzelfsprekend zijn dat Air het meest luchtige nummer geweest was. De vocalen klinken ijl, maar de klanken zijn er op die manier rond vastgesponnen, dat het bijna verstikkend aanvoelt. Met veldopnames van vogels en geruis, klinkt de zang bezwerend spiritueel.
Druppels vallen op drones. Druppels vallen op. Water Suites I-III zit vol contrast. Warme ambient soundscapes wisselen golven van gezang af met niet meer dan stromend water, waarna een doomsound opduikt, die alles lijkt te verbinden en lichtgevende klanken toe laat.
De aarde lijkt te klagen onder het mantrisch gezoem in Earth. We horen ze afbrokkelen en scheuren, terwijl een sjamanistische trom haar trage ritme slaat. Het gehum en gekreun van haar gebruikers volgt dat ritme, als was het onbewust slaafs. Af en toe opgeschrikt door onverwachts geritsel, is deze somber trage track de meest angstaanjagende.
Void knispert psychedelisch. De leegte, opgevuld met noisy, (bijna horror)soundscapes. Want er is niets onverdraaglijker dan de stilte.
In de Sixth Sense treedt de mens opnieuw op de voorgrond, met een sterke, ongewone, maar zeer mooie samenzang die een theatrale uitstraling meedraagt. Een muziekdoosje opent zich lieflijk, waarna de sound verbittert en in een duistere ijlheid vervaagt.
Gelaagde zanglijnen wervelen doorheen Oblivion, waarna dronedoom het ritmisch overneemt en het album in verscheurende hardheid dreigt te laten eindigen. Het nummer van bijna 15 minuten biedt echter de kans om alle elementen terug te horen en meteen opnieuw te vergeten, omdat er zich reeds een ander aandiende.
De diversiteit binnen de tracks verrast, verleidt, verdoemt, laat dromen en vrezen tegelijk.
De versmelting van metal, drones, folk en ambient in een experimenteel kader, zorgt voor een sterke synergie op dit album. Diepdonker, de ene keer als zwevende grijze wolken, de andere keer als klevend, gitzwart pek, word je in de tracks meegenomen naar even surrealistische, onaardse plekken als naar heel natuurlijk aanvoelende woestenijen. Elk nummer, zacht of hard, zit vol kracht, als een heidens ritueel.
Symbiosis is digitaal verschenen en in beperkte oplage op cd bij Reverb Worship.